De jarige
van 5 juni is de Zweedse oogarts Allvar Gullstrand (1862-1930), die in 1911 de Nobelprijs kreeg for his work on the dioptrics of the eye.
Gullstrand
werd geboren in Landskrona in het zuidwesten van Zweden (halverwege tussen Malmö en
Helsingborg), als zoon van het hoofd van de gemeentelijke gezondheidsdienst
Pehr Alfred Gullstrand.1 Allvar Gullstrand studeerde geneeskunde aan
de universiteit van Uppsala (1880-1885), studeerde een jaar in Wenen, en zette
zijn studie voort in Stockholm waar hij in 1888 afstudeerde en in 1890
promoveerde. In 1891 werd hij docent oftalmologie in Stockholm, en in 1894 hoogleraar
oftalmologie in Uppsala.
Gulstrand was een pionier op het gebied van de geometrische en fysiologische
optica. Hij legde de wetenschappelijke basis voor zijn werk in zijn
proefschrift Bidrag till astigmatismens
teori (1890). In de volgende jaren bouwde hij zijn theorie uit, en
publiceerde hij Allgemeine Theorie der monochromatischen Aberrationen und ihre nächsten Ergebnisse für die Ophthalmologie
(1900),
waarvoor hij prijzen kreeg van de Swedish
Royal Academy of Sciences en de Swedish
Medical Association. In 1906 en 1908 publiceerde hij Die reelle optische Abbildung en Die optische Abbildung in heterogenen Medien und die Dioptrik der
Kristallinse des Menschen. De drie publicaties tezamen vormen de basis voor
de moderne optische wetenschap. Gullstrand ontwierp de spleetlamp voor oogonderzoek.2 Hij beschreef gedetailleerd de
structuur van de cornea, hij verbeterde de oftalmoscoop, en hij ontwierp corrigerende
lenzen voor patiënten na een staaroperatie.
Nadat Gullstrand de Nobelprijs had gekregen werd hij lid (1911-1929) en voorzitter
(1922-1929) van de commissie van de Swedish
Academy of Sciences die jaarlijks de Nobel-laureaat voor de Natuurkunde
kiest. In die positie blokkeerde hij het toekennen van de Nobelprijs aan Albert Einstein voor diens relativiteitstheorie, die in Gullstrand’s ogen niet
bijzonder belangrijk was.3
Einstein kreeg de prijs in 1921 wel voor zijn ontdekking van het
foto-electrisch effect.
Gullstrand ging
in 1927 met emeritaat. Hij overleed op 28 juli 1930 in Stockholm (volgens
sommige bronnen Uppsala) aan de gevolgen van een hersenbloeding (volgens
sommige bronnen een beroerte).
Morgen: ‘I cannot claim to have been a highly intellectual child. I liked to
make gun powder using materials purchased from the local drug store, or taken
from my older brother’s chemistry set.’
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)