Vanmiddag
worden op het ESMO-congres in Madrid twee studies gepresenteerd van
combinatietherapie voor BRAF V600-mutatie-positief melanoom. Prof. Grant McArthur
(Peter MacCallum Cancer Center, Melbourne) gaat in op de resultaten van de fase-3
CoBRIM studie. In CoBRIM zijn 495 behandelingsnaïeve patiënten met niet-resectabel
lokaal gevorderd of metastatisch melanoom gerandomiseerd naar de BRAF-remmer vemurafenib
plus de MEK-remmer cobimetinib of vemurafenib plus placebo. De progressievrije
overleving in de cobimetinib-arm bedroeg 9,9 maanden, versus 6,2 maanden in de
placebo-arm (HR 0,51; p<0,0001). Complete plus partiële respons werd gezien
in 68% van de patiënten in de cobimetinib-arm versus 45% in de placebo-arm
(P<0,0001). Interim OS-data toonden een HR van 0,65, maar overschreden de
vooraf gespecificeerde stopping boundary
niet. Graad 3 of hoger bijwerkingen kwamen voor bij 65% in de cobimetinib-arm
en 59% in de placebo-arm. De onderzoekers concluderen dat toevoegen van een
MEK-remmer aan de BRAF-remmerbehandeling gunstige effecten heeft bij BRAF
V600-mutatie-positief melanoom.
Dr. Caroline
Robert (Institut Gustave Roussy, Parijs) presenteert de resultaten van een
vergelijkbare studie. Deelnemers waren 740 niet-eerder behandelde patiënten met
niet-resectabel of metastatisch BRAF V600 E/K-mutatie-positief cutaan melanoom.
De patiënten werden gerandomiseerd naar behandeling met de combinatie van
BRAF-remmer dabrafenib plus de MEK-remmer trametinib of alleen de BRAF-remmer
vemurafenib. De studie werd na een jaar voortijdig gestopt vanwege het grote
overlevingsvoordeel in de combinatie-arm. De OS was in de combinatie-arm 31% beter, en het
risico van ziekteprogressie 44% lager. De mediane progressievrije overleving
bedroeg 11,4 maanden in de combinatie-arm, versus 7,3 maanden in de
vemurafenib-arm.
ESMO 2014
5LBA PR en 4 LBA PR
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)