De FDA (in 2001)
en de EMA (in 2002) hebben topisch gebruik van de calcineurineremmer pimecrolimus
goedgekeurd voor de behandeling van atopische dermatitis in kinderen van twee jaar en ouder. Orale
calcineurineremmers, gebruikt in orgaantransplantatiepatiënten, zijn
geassocieerd met een verhoogd risico van maligniteiten, waaronder lymfomen en
huidcarcinomen. Dr. David Margolis (University of Pennsylvania) hebben in een
postmarketing studie onderzocht of er een associatie is tussen topisch gebruik
van pimecrolimus en het risico van maligniteiten in kinderen. De uitkomsten van
de Pediatric Eczema Elective Registry (PEER) studie zijn online gepubliceerd in JAMA Dermatology.1
Deelnemers
aan PEER zijn 7.457 kinderen die sinds 2004 gedurende tenminste zes weken voor
atopische dermatitis zijn behandeld met topisch pimecrolimus. De mediane
pimecrolimus-blootstelling was 793 g. De patiënten zijn gevolgd tot en met mei
2014, voor een follow-up van 26.792 persoonsjaren. Tijdens de follow-up zijn in
het cohort vijf maligniteiten gezien (twee leukemieën, één osteosarcoom, twee
lymfomen). De SIR voor alle maligniteiten op basis van gegevens van de
leeftijds-gestandaardiseerde populatie in de SEER-database was 1,2 (95%-bti
0,5-2,8). De SIR voor lymfoom was 2,9
(95%-bti 0,7-11,7) en voor leukemie 2,0 (95%-bti 0,5-8,2).
De
onderzoekers concluderen dat het onwaarschijnlijk is dat pimecrolimus zoals
gebruikt in het PEER-cohort geassocieerd is met een verhoogd risico van maligniteiten.
1.Margolis DJ, Abuabara K, Hoffstad OJ et al.
Association between malignancy and topical use of pimecrolimus. JAMA Dermatol
2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)