Overlevers van mammacarcinoom kunnen na hun primaire behandeling lange-termijn fysieke en psychologische sequelae ervaren die een negatieve invloed uitoefenen op hun kwaliteit van leven, en depressieve klachten kunnen veroorzaken. Eerder is gepubliceerd dat groeps-gebaseerde cognitief-gedrags stress management (GBSM) na chirurgie geassocieerd was met betere kwaliteit van leven over twaalf-maands follow-up en met minder depressieve klachten tot vijf jaar na inclusie in de studie. Prof. Michael Antoni (University of Miama FL) en collega’s publiceren nu online in Cancer uitkomsten van deze studie na acht tot vijftien (mediaan elf) jaar follow-up.¹


Vrouwen met stadium 0 tot IIIb mammacarcinoom werden twee tot tien weken na chirurgie geïncludeerd, en gerandomiseerd naar tien weken GBSM of ééndaagse psycho-educatie (controlegroep). Voor de nu gepubliceerde analyse werden 51 GBSM-patiënten en 49 controlepatiënten opnieuw benaderd. Ze beantwoordden de Center for Epidemiologic Studies-Depression (CES-D) en de Functional Assessment of Cancer Therapy-Breast (FACT-B) vragenlijsten. De deelneemsters uit de GBSM-groep rapporteerden significant minder depressieve klachten (d 0,63; 95%-bti 0,56-0,70) en betere kwaliteit van leven (d 0,58; 95%-bti 0,52-0,65) boven de effecten van covariaten.

De onderzoekers concluderen dat vrouwen die na chirurgie voor vroeg-stadium mammacarcinoom GBSM kregen minder depressieve klachten en een betere kwaliteit van leven rapporteerden dan de vrouwen uit de controlegroep. Vroege implementatie van cognitieve-gedragsinterventies kan een positief effect hebben op het lange-termijn psychosociaal functioneren in overlevers van mammacarcinoom.

1.Stagl JM, Bouchard LC, Lechner SC et al. Long-term psychological benefits of cognitive-behavioral stress management for women with breast cancer: 11-year follow-up of a randomized controlled trial. Cancer 2015; epub ahead of print