Het
identificeren van patiënten met metastatisch heldercellig niercelcarcinoom die
baat kunnen hebben bij behandeling met gerichte TKIs is een uitdaging. Dr. Benoit
Beuselinck (UZ Leuven) en collega’s hebben gezocht naar moleculaire markers van
respons op sunitinib in m-ccRCC. De uitkomsten van hun studie zijn online gepubliceerd in Clinical Cancer Research.1 De onderzoekers hebben
transcriptoom-analyses uitgevoerd van 53 primaire geresecteerde ccRCC-tumoren
van patiënten die metastatische ziekte ontwikkelden en behandeld werden met
sunitinib. Ze hebben hun uitkomsten gevalideerd in 47 additionele ccRCCs die in
de eerstelijns metastatische setting werden behandeld met sunitinib.
De transcriptoom-analyses
resulteerden in de identificatie van vier robuuste ccRCC-subtypes (ccrcc1 tot
4) die geassocieerd waren met respons op sunitinib. Patiënten met ccrcc1/ccrccc4-tumoren
hadden slechtere respons (p=0,005), slechtere PFS (p=0,001), en slechtere OS
(p=0,0003) dan patiënten met ccrcc2/ccrcc3-tumoren. In multivariate analyse
waren deze subtypes de enige significante covariaten voor PFS en OS. De
ccrcc1/ccrcc4-tumoren werden gekenmerkt door een stamcel polycomb signatuur en
CpG-hypermethylering, terwijl ccrcc3-tumoren geen cellulaire respons op hypoxie
vertoonden. De ccrcc-4 tumoren vertoonden sarcomatoïde differentiatie met een
sterk inflammatoir Th1-georiënteerd maar
suppressieve micro-omgeving, met hoge expressie van PDCD1 en PDCD1-liganden.
De
onderzoekers concluderen dat moleculaire subtypes van ccRCC voorspellend zijn
voor de respons op sunitinib in de metastatische setting, en wellicht kunnen
worden gebruikt voor gepersonaliseerde behandeling van mRCC met TKIs,
demethylerende of immunomodulerende middelen.
1.Beuselinck B, Job S, Becht E et al. Molecular
subtypes of clear cell renal cell carcinoma are associated to sunitinib response
in the metastatic setting. Clin Cancer Res 2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)