Inflammatoir
mammacarcinoom (IBC) is geassocieerd met slechtere prognose dan
niet-inflammatoir mammacarcinoom (non-IBC) onder patiënten met stadium III
ziekte. Of dit verschil ook bestaat onder patiënten met stadium IV ziekte is
nog niet onderzocht, schrijven dr. Tamer Fouad (MD Anderson Cancer Center, Houston)
en collega’s vandaag online in Breast
Cancer Research and Treatment.1 In de publicatie presenteren ze uitkomsten van een studie van overall
survival van IBC- en non-IBC patiënten met distante metastasen bij
diagnose.
De
onderzoekers bestudeerden retrospectief de dossiers van 1504 opeenvolgende
stadium IV-patiënten (206 IBC en 1298 non-IBC) die tussen 1987 en 2012 in
Houston waren behandeld. De mediane follow-up was 4,7 jaar. De mediane OS was
2,27 jaar voor de IBC-patiënten versus 3,40 jaar voor de non-IBC patiënten (p=0,0128). In een multicovariate analyse van
1389 patiënten was de diagnose IBC een significante onafhankelijke voorspeller
van slechtere OS (HR 1,431; p=0,0011). Andere significante voorspellers van
slechtere OS waren zwarte (versus blanke) etniciteit, jongere leeftijd bij
diagnose, negatieve HER2-status, en viscerale (versus niet-viscerale)
metastasen.
De
onderzoekers concluderen dat ook in stadium IV IBC geassocieerd is met
slechtere OS dan non-IBC.
1.Fouad TM, Kogawa T, Liu DD et al. Overall
survival differences between patients with inflammatory and noninflammatory
breast cancer presenting with distant metastasis at diagnosis. Breast Cancer
Res Treat 2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)