De studie includeerde 74 patiënten die tussen februari 2016 en oktober 2019 in Beth Israel pembrolizumab monotherapie kregen voor aNSLCL. De mediane leeftijd was 68,5 jaar (range 33-87). Bij de start van de behandeling hadden 45 patiënten (60,8%) PS 0 of 1 en 29 patiënten (39,2%) PS 2 of hoger. Afgezien van leeftijd waren er geen verschillen in baseline-kenmerken tussen beide groepen. De mediane follow-up was 19,5 maanden (range 13,4-27,8). De figuur laat de overlevingspercentages in beide groepen zien. De groep met PS 2+ vergeleken met PS 0-1 had lagere ziektecontrolepercentages (53,6% versus 88,4%; p=0,002), kortere mediane progressievrije overleving (2,3 maanden versus 7,9 maanden; p=0,004), en kortere mediane overall survival (4,1 maanden versus 23,2 maanden; p<0,001). Multivariate analyse gecorrigeerd voor baseline-factoren bevestigde PS 2 of hoger als onafhankelijke risicofactor voor slechtere PS (HR 2,02; p=0,03) en OS (HR 2,87; p=0,004).
De onderzoekers concluderen dat onder patiënten die pembrolizumab monotherapie kregen voor aNSCLC een PS 2 of hoger bij start van de behandeling geassocieerd was met slechtere prognose.
- 1.Sehgal K, Gill RR, Widick P et al. Association of performance status with survival in patients with advanced non-small cell lung cancer treated with pembrolizumab monoherapy. JAMA Network Open 2021;4:e2037120
Summary: A cohort study at Beth Israel Deaconess Medical Center (Boston, MA) found that among patients receiving pembrolizumab monotherapy for advanced NSCLC, an ECOG PS score of 2 or higher at the start of treatment was associated with poorer progression-free and overall survival.