Systemische
inflammatie speelt een rol in de carcinogenese, en is geassocieerd met overall
survival van patiënten met uiteenlopende
typen maligniteiten. Serum amyloïd A (SAA) is een acute-fase eiwit en een
marker van persistente inflammatie. Een retrospectieve studie van de Sun
Yat-sen Universiteit (Guangzhou, China) heeft de associatie tussen SAA-niveaus
en uitkomsten van anti-PD-(L)-1 monotherapie voor gevorderd niet-kleincellig
longcarcinoom (aNSCLC) geïnventariseerd. Dr. Shaodong Hong en collega’s
publiceren de studie in Lung Cancer.1
De studie
includeerde 91 patiënten die in Guangzhou anti-PD-(L)1 behandeling kregen voor
aNSCLC. In serummonsters genomen voor aanvang van de behandeling en 8 (±2)
weken later werden SAA-niveaus bepaald. De optimale afsnijwaarde voor overall survival stratificatie van de
patiënten was 137,6 mg/l. In univariate analyse was hoger niveau dan de
afsnijwaarde geassocieerd met slechtere OS (HR 2,76; p=0,002). Ook achterwege
blijven van afname van SAA-niveau na acht weken voorspelde slechtere OS (HR
1,51; p=0,009). Patiënten met zowel SAA ≥ 137,6 mg/l als ook achterwege blijven
van vroege afname van SAA hadden opvallend slechte OS (mediaan 3,2 maanden).
De
onderzoekers concluderen dat zowel hoge baseline niveaus als achterwege blijven
van vroege afname van niveaus van SAA geassocieerd waren met inferieure
uitkomsten van anti-PD-(L)1 monotherapie voor aNSCLC.
1.He L-N, Fu S, Zhang X et al. Baseline
and early changes in circulating serum amyloid A (SAA) predict survival
outcomes in advanced non-small cell lung cancer patients treated with
anti-PD-1/PD-L1 monotherapy. Lung Cancer 2021.05.030
Summary: A retrospective study at Sun Yat-sen
University Cancer Center (Guangzhou, China) found that both high baseline
levels and lack of early decline in circulating serum amyloid A were
significantly associated with inferior outcomes of anti-PD-(L)1 monotherapy for
aNSCLC.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)