Er is geen
duidelijkheid over de waarde van chemoradiotherapie voor vroeg-stadium
(T1-2N0M0) squameus celcarcinoom van de glottis (GSCC). Dr. Robert Chin
(University of California, Los Angeles) en collega’s hebben een analyse
uitgevoerd van uitkomsten van chemoradiotherapie (CRT) versus alleen radiotherapie
(RT) voor vroeg-stadium GSCC. Ze publiceren de analyse online in JCO Precision Oncology.1
In de
SEER-database identificeerden de onderzoekers 4743 patiënten met een diagnose
gelokaliseerd GSCC tussen begin 2004 en eind 2014. CRT vergeleken met RT was geassocieerd
met hogere ziektespecifieke mortaliteit (DSM), zowel onder patiënten met
T1-ziekte (gecorrigeerd HR 4,222; p<0,001) als onder patiënten met T2-ziekte
(aHR 2,260; p<0,001). CRT vergeleken met alleen RT resulteerde ook in
significant hogere DSM onder T2-patiënten met verminderde stembandmobiliteit
(aHR 2,084; p=0,046) en onder T2-patiënten met normale stembandmobiliteit (aHR
2,412; p<0,001). Ook na propensity
score matching was CRT vergeleken met RT geassocieerd met significant
hogere DSM onder patiënten met T1-ziekte (p<0,001) en onder patiënten met
T2-ziekte (p=0,003).
De
onderzoekers concluderen dat CRT vergeleken met alleen RT voor T1-2N0M0 GSCC
geassocieerd was met hogere DSM. Dit patroon bleef bestaan na verdere
stratificatie op basis van stembandmobiliteit.
1.Wang C, Kishan AU, Raldow A et al.
Addition of chemotherapy is associated with decreased survival in early-stage
(T1-2N0M0) glottic squamous cell carcinoma treated with definitive
radiotherapy. JCO Precision Oncol 2019; epub ahead of print
Summary: An analysis of the SEER database found that addition of chemotherapy to definitive
radiotherapy for early-stage glottic squamous cell carcinoma was associated
with increased disease-specific mortality.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)