
Het primaire eindpunt van de studie was incidentie van definitieve CRBSI binnen veertien dagen na plaatsen van de katheter (dCRBSI14). Deze incidentie was 2,6% (8/307) met chloorhexidine versus 3,9% (12/306) zonder chloorhexidine (p=0,375). Voor het secundaire eindpunt definitieve of waarschijnlijke CRBSI binnen veertien dagen (dpCRBSI14) was er wel een significant verschil tussen beide groepen (6,5% met chloorhexidine versus 11% zonder chloorhexidine; p=0,047). Dit was ook het geval voor het secundaire eindpunt overall dpCRBSI (10,4% met versus 17% zonder chloorhexidine; p=0,019). De frequentie van dressing-intolerantie was niet significant verschillend tussen de groepen (12,4% versus 11,8%; p=0,901).
De onderzoekers concluderen dat chloorhexidine-bevattende dressings de incidentie van dpCRBSI in neutropene patiënten verlagen.
1.Biehl LM, Huth A, Panse J et al. A randomized trial on chlorhexidine dressings for the prevention of catheter-related bloodstream infections in neutropenic patients. Ann Oncol 2016; epub ahead of print