Voorspelling van de respons op primaire endocriene therapie (PET) voor mammacarcinoom (BC) in oudere vrouwen is gebaseerd op bepaling van de expressie van ER, PgR, en HER2. Een studie van de University of Nottingham (UK) heeft de associatie van expressie van meer biomarkers met uitkomsten van PET onderzocht. Prof. Kwok-Leung Cheung en collega’s publiceren de studie vandaag in Breast Cancer Research and Treatment.¹

Tussen 1973 en 2010 werden in Nottingham 1758 vrouwen in de leeftijd van 70 jaar of ouder behandeld voor operabel BC. Onder deze vrouwen waren er 334 met ER-positieve tumoren, tenminste zes maanden follow-up, en core needle biopsy van voldoende kwaliteit voor constructie van tissue microarray. Met immuunhistochemie bepaalden de onderzoeker de expressie van zeventien biomarkers, gedichotomiseerd in ‘laag’ versus ‘hoog’ gebaseerd op waargenomen verschillen in overleving.

Deze figuur laat zien dat behalve ER- en PgR-expressie ook expressie van LKB1 en BCL-2 geassocieerd waren met tijd tot ziekteprogressie, en deze figuur laat zien dat naast PgR-expressie ook MUC1-expressie geassocieerd was met BC-specifieke overleving. De expressie van de andere biomarkers was niet significant gecorreleerd met uitkomsten.

De onderzoekers concluderen dat naast expressie van ER en PgR ook expressie van MUC1, BCL-2, en LKB1 geassocieerd was met uitkomsten van PET voor mammacarcinoom in oudere vrouwen.

1.Parks RM, Albanghali MA, Syed BM et al. Patterns of biomarker expression in patients treated with primary endocrine therapy – a sunique insight using core needle biopsy tissue microarray. Breast Cancer Res Treat 2020; epub ahead of print

Summary: A study at the University of Nottingham (UK) investigated associations of expression of 17 biomarkers in core needle biopsy TMA with outcomes of primary endocrine therapy in older breast cancer patients. In addition to ER and PgR, LKB1 and BCL-2 were associated with time to disease progression, while MUC1 was associated with breast cancer-specific survival.