Bereiken van
pathologisch complete respons (pCR) van niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC)
op neoadjuvante behandeling is geassocieerd met betere overleving. Een analyse
van de National Cancer Database heeft
factoren geïnventariseerd die geassocieerd zijn met lange-termijn overleving
onder patiënten die pCR bereikten. Dr. Olugbenga Okusanya (University of
Pittsburgh PA) en collega’s publiceren de analyse online in Clinical Lung Cancer.1
In de NCDB over
de periode 2004 tot en met 2014 identificeerden de onderzoekers 759 patiënten
met stadium I-III NSCLC en pCR op neoadjuvante therapie. Factoren die geassocieerd
waren met slechtere overleving waren hogere leeftijd (per jaar HR 1,02; 95%-bti
1,00-1,03), neoadjuvante radiotherapie (NR 1,48; 95%-bti 1,10-2,00), en
pneumonectomie (HR 1,64; 95%-bti 1,22-2,22). Oogst van tien of meer
lymfeklieren was geassocieerd met betere overleving (versus negen of minder: HR
0,71; 95%-bti 0,56-0,89). Er waren onder patiënten die pCR bereikten geen
significante verschillen in vijf-jaars overleving tussen patiënten met klinisch
stadium I, II en III ziekte (respectievelijk 66,1%; 60,9%; en 58,6%; p=0,288).
De
onderzoekers concluderen dat onder NSCLC patiënten die pCR bereikten op
neoadjuvante therapie jeugdigere leeftijd, hogere lymfeklieroogst, achterwege
laten van neoadjuvante radiotherapie, en niet-pneumonectomie resectie
geassocieerd waren met betere overleving.
1.Martinez-Meehan
D, Lutfi W, Dhupar R et al. Factors
associated with survival in complete pathologic response non-small cell lung
cancer. Clin Lung Cancer 2020; epub ahead of print
Summary: An analysis of the National Cancer Database investigated factors associated with survival from NSCLC after
achieving pCR to neadjuvant therapy. Younger age, increasing LN harvest, absence
of neoadjuvant radiotherapy, and non-pneumonectomy resections were all
associated with improved overall survival.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)