Oudere patiënten zijn gewoonlijk ondervertegenwoordigd in klinische studies van maligniteiten. De gerandomiseerde multicenter fase 2-studie 321GO onderzocht verschillende chemotherapieregimes voor gevorderd maag-slokdarmcarcinoom (GO) in fragiele en/of oudere patiënten die niet in aanmerking kwamen voor conventioneel gedoseerde chemotherapie. Dr. Peter Hall (University of Edinburgh) en collega’s publiceren uitkomsten van 321GO online in het British Journal of Cancer.¹

De behandelingen binnen 321GO waren 80% van de standaarddoseringen van epirubicine (E), oxaliplatine (O), en capecitabine (X). De patiënten werden niet-geblindeerd gerandomiseerd naar EOX (n=17), OX (n=19), of alleen X (n=19). De progressievrije overleving voor alle patiënten was 4,4 maanden; voor de verschillende armen 5,4 maanden voor EOX; 5,6 maanden voor OX; en 3,0 maanden voor X. Het aantal patiënten met goede overall treatment utility (OTU; een nieuw patiënt-gecentreerd eindpunt) na twaalf weken was drie met EOX (18%), zes met OX (32%), en één met X (6%). Na zes weken was in tweeëntwintig patiënten (41%) graad 3 of hogere niet-hematologische toxiciteit gezien, vooral lethargie of diarree. De OTU na twaalf weken was prognostisch voor overall survival (p=0,0001).

De onderzoekers concluderen dat het OX-regime de voorkeur heeft voor fase 3-bestudering van palliatieve chemotherapie voor GO-carcinoom in fragiele of oudere patiënten. OTU is een veelbelovend eindpunt voor het vergelijken van verschillende regimes in deze patiënten.

1.Hall PS, Lord SR, Collinson M et al. A randomised pohase II trial and feasibility study of palliative chemotherapy in frail of elderly patients with advanced gastroesophageal cancer (321GO). Br J Cancer 2017; epub ahead of print