Patiënten
met laag of intermediair-1 risico myelodysplastisch syndroom hebben in geval
van behandeling met alleen ondersteunende zorg (vooral rode bloedceltransfusie)
een mediane overleving van 5,7 respectievelijk 3,5 jaar. Anemie is het belangrijkse probleem voor deze
patiënten, maar RBC-transfusies kunnen leiden tot ijzer-overload, cardiale en
hepatische morbiditeit, en mortaliteit, en zijn geassocieerd met slechtere prognose.
Prof. Uwe Platzbecker (Technische
Universiteit Dresden) en collega’s hebben onderzocht of toediening van
darbepoëtine-α de behoefte aan RBC-transfusie in lager-risico MDS zou kunnen
verlagen. Ze publiceren hun studie vandaag online in Leukemia.1
De studie
werd uitgevoerd in negen Europese landen. Deelnemers waren patiënten met laag
of intermediair-1 risico MDS; hemoglobine niet hoger dan 10 g/dl, lage
transfusiebelasting, en serum erythropoëtine hoogstens 500 mU/ml. Ze werden 2:1
gerandomiseerd naar 24 weken subcutaan darbepoëtine-α 500 μg (n=98) of placebo (n=49)
iedere drie weken. Bij randomisatie was het mediane hemoglobinegehalte 9,3
g/dl.en het mediane serum-erythropoëtinegehalte 69 mU/ml. Tussen week 5 en week
24 was transfusie vereist voor 36,1% van de patiënten in de interventie-arm
versus 59,2% van de patiënten in de placebo-arm (p=0,008), met
erythroïde-respons 14,7% in de interventie-arm versus 0% in de placebo-arm
(p=0,016). Er waren geen nieuwe veiligheidssignalen.
De
onderzoekers concluderen dat 24 weken darbepoëtine-α iedere drie weken
resulteerde in significante verlaging van de transfusiefrequentie en significante
toename van erythroïde-respons in lager-risico MDS.
1.Platzbecker
U, Symeonidis A, Oliva EN et al. A phase 3 randomized placebo-controlled trial of darbopoetin alfa in
patients with anemia and lower-risk myelodysplastic syndromes. Leukemia 2017;
epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)