Orgaanbehoud
na een goede klinische respons op neoadjuvante behandeling kan patiënten wellicht
morbiditeit en bijwerkingen van rectale excisie besparen. De Franse fase
3-studie GRECCAR 2 vergeleek uitkomsten van lokale excisie (LE) versus totale
mesorectale excisie (TME) voor lager-rectumcarcinoom (tot 8 cm van de anus).
Prof. Eric Rullier (Universiteit van Bordeaux) en collega’s publiceren de studie online in The Lancet.1
De studie
werd uitgevoerd bij vijftien tertiaire centra in Frankrijk, met expertise in
behandeling voor rectumcarcinoom. De studie recruteerde 148 patiënten met goede
respons op neoadjuvante chemoradiotherapie, van wie er drie werden geëxcludeerd
(vanwege metastatische ziekte, tumor meer dan 8 cm van de anus, en intrekking
van instemming van de patiënt). De overige patiënten werden gerandomiseerd naar
LE (n=74) of TME (n=71). In de LE-groep was completie-TME vereist als het
tumorstadium ypT2-3 was. Het primaire eindpunt van de studie was een composiet van
overlijden, recidief, morbiditeit en bijwerkingen twee jaar na de chirurgie.
In de
LE-groep ondergingen 26 patiënten completie-TME. In de modified ITT-populatie
waren na twee jaar een of meerdere gebeurtenissen van het composiet eindpunt
opgetreden in 41 van 73 patiënten in de LE-groep (56%) versus 33 van 69
patiënten in de TME-groep (48%) overeenkomen met een OR 1,33; p=0,43). De
onderzoekers concluderen dat de studie er niet in is geslaagd superioriteit van
LE over TME aan te tonen, waarschijnlijk omdat teveel patiënten in de LE-groep
completion-TME ondergingen die resulteerde in morbiditeit en bijwerkingen.
1.Rullier
E, Rouanet P, Tuech J-J et al. Organ
preservation for rectal cancer (GRECCAR 2): a prospective, randomised,
open-label, multicentre, phase 3 trial. Lancet 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)