Rituximab
plus cyclofosfamide, doxorubicine, vincristine, en prednison (R-CHOP)
chemotherapie is standaard zorg voor niet-eerder behandeld diffuus
grootcellig B-cel lymfoom (DLBCL). Obinutuzumab (G) is een type 2 anti-CD20
monoklonaal antilichaam. De multinationale fase 3-studie GOYA vergeleek G-CHOP
met R-CHOP voor patiënten met nieuw-gediagnostiseerd gevorderd-stadium DLBCL.
Dr. Umberto Vitolo (Academisch Ziekenhuis Turijn) en collega’s publiceren de studie online in het Journal of Clinical
Oncology.1
De patiënten
werden gerandomiseerd naar acht 21-daagse cycli G (n=706) of R (n=712) plus zes
of acht cycli CHOP. Het primaire eindpunt van de studie was de door lokale
onderzoekers bepaalde progressievrije overleving. Na mediaan 29 maanden
observatie waren PFS-gebeurtenissen gezien in 28,5% van de patiënten in de
G-arm versus 30,2% van de patiënten in de R-arm (HR 0,92; p=0,39). De drie-jaars
PFS was 70% in de G-arm versus 67% in de R-arm. Ook voor de secundaire
eindpunten centraal-beoordeelde PFS en respons werden geen significante
verschillen tussen beide armen gezien. In exploratieve subgroep-analyse hadden
patiënten met germinal-center B cell-like subtype betere PFS dan patiënten met
geactiveerd B cell-like subtypen, in beide armen. De frequentie van graad 3 tot
5 adverse events was hoger in de
G-arm (73,7%) dan in de R-arm (64,7%). De meest-gerapporteerde AEs waren
neutropenie, infusiereacties, misselijkheid, en constipatie.
De
onderzoekers concluderen dat G-CHOP vergeleken met R-CHOP niet resulteerde in
statistisch-significant betere PFS in patiënten met niet-eerder behandeld
DLBCL.
1. Vitolo U, Trĕný M,
Belada D et al. Obinutuzumab or rituximab plus cyclophosphamide,
doxorubicin, vincristine, and prednisone in previously untreated diffuse large
B-cell lymphoma. J Clin Oncol 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)