De impact
van subtype van mammacarcinoom op metastasegedrag en lange-termijn
mammacarcinoom-specifieke overleving (BCSS) is niet duidelijk. Een studie van
de Universiteit van Leuven heeft deze impact onderzocht. Prof. Hans Wildiers en collega’s publiceren de studie online in Breast Cancer Research and Treatment.1
De studie
includeerde 5972 patiënten die tussen begin 2000 en eind 2010 in Leuven een
nieuwe diagnose unilateraal mammacarcinoom kregen. De onderzoekers
onderscheidden drie groepen patiënten: primair chirurgisch behandelde vroeg-stadium
ziekte (SURG; n=5072), neoadjuvant systemisch behandelde vroeg-stadium ziekte
(NEO; n=592), en upfront metastatische ziekte (META; n=308).
Na mediaan
103,6 maanden follow-up (IQR 73,4-139,2) werd afstandsmetastase gezien in 621
patiënten in het SURG-cohort (12,2%) en in 196 patiënten in het NEO-cohort
(33,1%). In deze beide vroeg-stadium ziektecohorten samen was de metastasis rate 8,1% in de groep
patiënten met LuminalA subtype; 20,4% in de groep patiënten met LuminalB1(HER2-)
subtype; 21,7% in de groep patiënten met LuminalB2 (HER2+) subtype zonder
trastuzumab-behandeling; 9,0% in de groep patiënten met LuminalB2 met
trastuzumab-behandeling; 30,0% in de groep patiënten met HER2Positive(ER-)
zonder trastuzumab-behandeling; 19,9% in de groep patiënten met
HER2Positive(ER-) met trastuzumab-behandeling; en 25,3% in de groep met
triple-negatieve ziekte. Subtype had ook impact op de locatie van eerste
metastase.
Voor single-site eerste metastasen was de
mediane BCSS (vanaf het moment van
metastase) het kortst onder patiënten met hersenmetastase (mediaan 13,9
maanden) en het langst onder patiënten met botmetastase (mediaan 48,4 maanden).
De mediane BCSS was 40 maanden voor patiënten met één metastatic site; 27,1 maanden voor patiënten met twee
metastaselocaties, en 20,5 maanden voor patiënten met drie of meer metastaselocaties.
De mediane BCSS (vanaf het moment van metastase) was langer in patiënten met
upfront metastase dan in patiënten met secundaire metastase (43,4 versus 27,9
maanden).
De
onderzoekers concluderen dat tumorsubtype van invloed was op metastasegedrag en
op overleving na ontwikkeling van afstandsmetastasen.
1.Van
Mechelen M, van Herck A, Punie K et al. Behavior of metastatic breast cancer according to subtype. Breast Cancer
Res Treat 2020; epub ahead of print
Summary: A study in Belgium found differences
between breast cancer subtypes in terms of metastatic behavior and survival
after development of distant metastases.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)