Er is
discussie over de associatie tussen gebruik van testosteronvervangende therapie
(TRT) en het risico van prostaatcarcinoom (PrCa) . Dr. Stacey Loeb (New York
University) en collega’s hebben deze associatie onderzocht in bevolkings-gebaseerde
gegevens in Zweden. Ze publiceren hun studie online in het Journal of Clinical
Oncology.1 In het Nationale Prostaatkankerregister van Zweden
vonden de onderzoekers gegevens over 38.570 patiënten met een diagnose PrCa van
2009 tot en met 2012. Ze selecteerden uit de algemene bevolking van Zweden
192.838 voor leeftijd gematchte controlepersonen.
Op basis van
gegevens van het Zweedse Voorgeschreven-Geneesmiddeldenregister stelden de
onderzoekers een geschiedenis van TRT-gebruik vast voor 284 van de
PrCa-patiënten (0,73%) versus 1378 van de controlepersonen (0,71%),
overeenkomend met een OR van 1,03 (95%-bti 0,90-1,17). De patiënten met een
geschiedenis van TRT-gebruik hadden meer frequent dan de controlepersonen gunstig-risico
PrCa (OR 1,35; 95%-bti 1,16-1,56) en minder frequent dan de controlepersonen
agressief PrCa (OR 0,50; 95%0bti 0,37-0,67). De toename van de frequentie van
gunstig-risico prostaatcarcinoom trad in de groep TRT-gebruikers reeds op tijdens
het eerste jaar van TRT-gebruik (OR 1,61; 95%-bti 1,10-2,34), terwijl de lagere
frequentie van agressief PrCa pas na meer dan een jaar gebruik evident werd (OR
0,44; 95%-bti 0,32-0,61).
De
onderzoekers concluderen dat de vroege toename van gunstig-risico van PrCa na
TRT-gebruik een detectiebias suggereert, terwijl de afname van agressief PrCa
een nieuwe waarneming is die nader onderzoek verdient.
1.Loeb
S, Folkvaljon Y, Damber J-E et al. Testosteron replacement therapy and risk of favorable and aggressive
prostate cancer. J Clin Oncol 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)