Capecitabine-gebaseerde
chemoradiotherapie (CRT) gevolgd door chirurgie is een standaard-behandeling
voor lokaal-gevorderd rectumcarcinoom (LARC). Met deze behandeling wordt
pathologisch complete respons (pCR) echter in slechts 10 tot 15% van de
patiënten gezien. Toevoeging van een tweede neoadjuvant chemotherapeuticum kan
wellicht het percentage patiënten met pCR verhogen. Een multicenter fase
3-studie in China heeft neoadjuvant CRT met capecitabine plus irinotecan voor
LARC geëvalueerd. Om de toxiciteit van irinotecan te beperken werd de dosering aangepast
aan het uridinedifosfaat-glucuronosyltransferase 1A1 (UGT1A1)-genotype van de patiënten. Prof. Ji Zhu (Fudan
Universiteit, Shanghai) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical
Oncology.1
De studie,
uitgevoerd in zeventien centra, includeerde LARC-patiënten in de leeftijd van
18 tot en met 75 jaar, met Karnofsky performance status 70 of hoger, adequate
beenmergfunctie, leverfunctie en nierfunctie, en met een UGT1A1-genotype *1*1 of *1*28. In eerdere studies was gezien dat de
maximaal verdragen wekelijkse irinotecan-dosering 80 mg/m2 was voor
patiënten met het *1*1 genotype en 65 mg/m2 voor patiënten met het
*1*28 genotype. De patiënten werden gerandomiseerd naar de controlegroep (CapRT;
n=178) die neoadjuvante radiotherapie kreeg met concurrent capecitabine of naar
de interventiegroep (CapIriRT; n=178) die aan deze behandeling irinotecan kreeg
toegevoegd in de maximaal verdragen dosering volgens het UGT1A1-genotype. Het primaire eindpunt van de studie was pCR.
Na de
neoadjuvante CRT werd chirurgie uitgevoerd in 87% van de patiënten in de CapRT-groep
en 88% van de patiënten in de CapIriRT-groep. pCR werd gezien in 27 patiënten
(15%) in de CapRT-groep versus 53 patiënten (30%) in de CapIriRT-groep, voor
een risk ratio van 1,96 (p=0,01).
Complete klinische respons werd gezien in vier patiënten in de CapRT-groep versus
zes patiënten in de CapIriRT-groep. Graad 3 of 4 toxiciteiten werden
gerapporteerd voor 11 (6%) patiënten in de CapRT-groep versus 68 (38%) in de
CapIriRT-groep.
De
onderzoekers concluderen dat toevoegen van irinotecan op geleide van UGT1A1-genotype aan
capecitabine-gebaseerde neoadjuvante CRT voor LARC resulteerde in significante
verbetering van dr respons.
1.Zhu J, Liu A, Sun X et al.
Multicenter, randomized, phase III trial of neoadjuvant chemoradiation with
capecitabine and irinotecan guided by UGT1A1 status in patients with locally
advanced rectal cancer. J Clin Oncol 2020; epub ahead of print
Summary: A multicenter phase 3 study in China evaluated addition of irinotecan guided by
UGT1A1 genotype to capecitabine-based neoadjuvant chemoradiotherapy for locally
advanced rectal cancer. Addition of irinotecan significantly increased tumor
response.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)