Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Open resectie versus video-geassisteerde thoracoscopische chirurgie voor NSCLC: impact op opioïdengebruik


Dr. Rebecca SchwartzPatiënten die chirurgie ondergaan voor vroeg-stadium niet-kleincellig longcarcinoom ervaren vaak persistente postoperatieve pijn. Er wordt geschat dat de pijn in 10% van de patiënten van debiliterende intensiteit is. Bij ontslag krijgen de patiënten opioïden voorgeschreven, bedoeld als korte-termijn pijncontrole voor de eerste weken na de chirurgie. In de praktijk kan het gebruik van opioïden langer worden voortgezet. Video-geassisteerde thoracoscopische chirurgie (VATS) is een minimaal-invasieve chirurgische techniek. Dr. Rebecca Schwartz (Icahn School of Medicine, New York) en collega’s hebben onderzocht of VATS vergeleken met open resectie resulteerde in minder frequent opioïdengebruik. Ze publiceren de analyse vandaag online in JAMA Oncology.1

In de SEER-database identificeerden de onderzoekers 3900 patiënten die tussen begin 2007 en eind 2013 chirurgie ondergingen voor stadium 1 NSCLC, en in de dertig dagen voor de ingreep geen opioïden gebruikten. Er waren 1987 patiënten die VATS ondergingen (50,9%) en 1913 die open resectie ondergingen (49,1%). Onder de VATS-patiënten waren meer vrouwen, ouderen, patiënten met kleinere tumoren, adenocarcinomen, minder comorbiditeiten, hogere inkomens, en meer stadsbewoners.

In totaal 2766 patiënten (70,9%) kregen bij ontslag opioïden voorgeschreven. Lange-termijn postoperatief opioïdengebruik, gedefinieerd als tenminste één recept binnen negentig dagen na chirurgie plus nog tenminste één recept binnen honderdtachtig dagen, werd vastgesteld voor 603 patiënten (15,5%). In een niet-gecorrigeerd model was VATS versus open resectie geassocieerd met ruim 40% lager risico van lange-termijn opioïdengebruik (OR 0,57; 95%-bti 0,48-0,68). In een propensiteits-gematcht model (1066 patiënten) was VATS versus open resectie geassocieerd met bijna 50% lager risico van lange-termijn opioïdengebruik (OR 0,52; 95%-bti 0,36-0,75).

De onderzoekers concluderen dat 15,5% van de patiënten die voor de ingreep geen opioïden gebruikten na de ingreep lange-termijn opioïdengebruikers werden. VATS vergeleken met open resectie was geassocieerd met lager risico van lange-termijn opioïdengebruik.

1.Tuminello S, Schwartz RM, Liu B et al. Opioid use after open resection or video-assisted thoracoscopic surgery for early-stage lung cancer. JAMA Oncol 2018; epub ahead of print

Summary: A study of the SEER database found that 15,5% of patients with stage I NSCLC who were not previous opioid users became long-term opioid users after surgery. Patients undergoing video-assisted thoracoscopic surgery (versus open resection) were less likely to use opioids, both in the immediate postoperative period and long-term (OR 0,52; 95%-bti 0,36-0,75).

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren