Extracorporele
fotoferese (ECP) kan resulteren in therapeutisch profijt in patiënten met
Sézary syndroom (SS) en erythroderme mycosis fungoides (MF). Een studie van het
Peter MacCallum Cancer Centre (Melbourne) heeft de werkzaamheid van ECP in het
tijdperk van moderne behandelingen geëvalueerd. Prof. Miles Prince en collega’s
publiceren de studie online in Blood.1
De
retrospectieve studie includeerde 65 SS/MF-patiënten die bij Peter Mac met ECP
werden behandeld. Eindpunten van de studie waren overall survival (OS) en tijd-tot-volgende-behandeling (TTNT). De
mediane follow-up vanaf de diagnose was 48 maanden (range 1-225), met een
mediane voorspelde OS van 120 maanden. De meerderheid van de patiënten (88%)
begon ECP tijdens de eerste tot en met de derde lijn van behandeling, hetzij
als monotherapie of samen met andere systemische behandelingen. Gebruik van ECP
monotherapie resulteerde in significant langere TTNT vergeleken met interferon
α (p=0,0067), histondeacetylaseremmers (p=0,0003), moderne immuuntherapie
(p=0,028), lage-dosering methotrexaat (p<0,0001), en chemotherapie
(p<0,0001). Vroege start van ECP, tijdens de eerste drie lijnen, resulteerde
in TTNT van 47 maanden.
De
onderzoekers concluderen dat de studie gebruik van ECP voor SS/erythroderme MF
steunt, en dat ECP zo vroeg mogelijk in de behandeling overwogen dient te
worden.
1.Gao
C, McCormack C, van der Weyden C et al. Prolonged survival with the early use of a novel extracorporeal
photopheresis regimen in patients with Sézary syndrome. Blood 2019; epub ahead
of print
Summary: A study at Peter MacCallum Cancer Centre (Melbourne, Australia) found that use of extracorporeal photopheresis
prolonged survival and disease control in patients with Sézary syndrome/erythrodermic
mycosis fungoides. Extracorporeal photopheresis should be commenced as early as
possible in the treatment for SS/MF, ideally at treatment lines 1-3.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)