Dr. Alejandro Rauh-Hain (Massachusetts General Hospital, Boston) en collega’s hebben een analyse uitgevoerd van overall survival van vrouwen met stadium IIIC en IV epitheliaal ovariumcarcinoom (EOC) na neoadjuvante chemotherapie (NACT) versus primaire cytoreductieve chirurgie (PCS) in de klinische praktijk. De analyse is online gepubliceerd in JAMA Oncology.¹ In de National Cancer Data Base identificeerden de onderzoekers 22.962 patiënten in de leeftijd van zeventig jaar of jonger (gemiddelde leeftijd 56,1 jaar; SD 9,4 jaar) met een diagnose tussen 2003 en 2012, en een Charlson comorbidity index 0, die in aanmerking kwamen voor elk van beide behandelingen, en in wie NACT of PCS begon binnen drie maanden na de diagnose.


Van de patiënten onderging 86,4% PCS en 13,6% NACT. Voor de analyse matchten de onderzoekers 2935 patiënten uit beide groepen. De mediane follow-up was 56,5 maanden in de PCS-groep en 56,3 maanden in de NACT-groep. De mediane OS was 37,3 maanden (95%-bti 35,2-38,7 maanden) in de PCS-groep en 32,1 maanden (95%-bti 30,8-34,1 maanden) in de NACT-groep (p<0,001).

De onderzoekers concluderen dat onder vrouwen met gevorderd-stadium EOC en een Charlson comorbiditeit index 0 PCS vergeleken met NACT geassocieerd was met betere OS.

1.Rauh-Hain JA, Melamed A, Wright A et al. Overall survival following neoadjuvant chemotherapy vs primairy cytoreductive surgery in women with epitheliala ovarian cancer. Analysis of the National Cancer Database. JAMA Oncol 2016; epub ahead of print