Vandaag is de laatste dag van de ESTRO Annual Meeting in Turijn. Dr. Scott Glaser (University of Pittsburgh PA) presenteert daar vandaag uitkomsten van een studie van radiotherapie (RT) versus multiagent chemotherapy (MACT) voor stadium II testiculair seminoom.¹ In de National Cancer Data Base (1998-2012) vonden Glaser en collega’s gegevens van 2437 patiënten met stadium II seminoom: 960 met stadium IIA, 812 met stadium IIB, en 665 met stadium IIC. Van de IIA-patiënten kreeg 78,1% RT en 21,9% MACT; van de IIB-patiënten 54,4% RT en 45,6% MACT; en van de IIC-patiënten kreeg 4,2% RT en 95,8% MACT. Voor IIA- en IIB-patiënten waren later jaar van diagnose, behandeling in een academisch centrum, en pathologische bevestiging van lymfeklierpositiveit geassocieerd met grotere waarschijnlijkheid van gebruik van MACT. Eveneens voorspellend voor preferentieel gebruik van MACT waren comorbiditeit score 1 of hoger en geen particuliere verzekering in IIA-patiënten, en T-stadium 2 of hoger in IIB-patiënten.

De mediane follow-up was 65 maanden (IQR 34-106 maanden). In de groep IIA-patiënten was de overleving beter met RT (vijf-jaars OS 99,0%; 95%-bti 98,2%-99,8%) dan met MACT (vijf-jaars OS 93,0%; 95%-bti 89,0%-97,0%). Dit overlevingsverschil bleef bestaan in propensiteit-gecorrigeerde multivariate analyse (HR 0,28; p=0,027). Voor IIB-patiënten was de overleving 95,2% met RT en 92,4% met MACT (p=0,041) maar dit overlevingsverschil was niet significant in multivariate analyse. De vijf-jaars overleving van stadium IIC-patiënten was 92,6%. Vanwege het geringe aantal IIC-patiënten dat RT kreeg was voor deze patiënten vergelijking van uitkomsten na RT versus MACT niet goed mogelijk.

De onderzoekers concluderen dat RT vergeleken met MACT geassocieerd is met betere overleving in stadium IIA-patiënten; in stadium IIB-patiënten is het verschil in overleving na RT versus MACT niet significant.

1.ESTRO Annual Meeting 2016; abstr. OC-0539