Extranodale
extensie (ENE, ook bekend als extracapsulaire extensie) is een ongunstige
prognostische factor in patiënten die primaire chirurgie ondergaan voor
hoofd-halscarcinoom. De prognostische betekenis van ENE in HPV-positief
orofarynx squameus celcarcinoom (OPSCC) is echter niet duidelijk. In single-institution studies is niet
gezien dat ENE een inferieure uitkomst voorspelt. Dr. Zain Husain (Yale
University, New Haven CT) en collega’s hebben de prognostische waarde van ENE
in HPV-geassocieerd OPSCC onderzocht in de National
Cancer Data Base. Ze publiceren de studie online in Cancer.1
In de NCDB
vonden de onderzoekers gegevens van 1043 patiënten die tussen begin 2010 en
eind 2012 primaire chirurgie ondergingen voor pT1-pT4 pN1-pN3 OPSCC. Van deze
patiënten had 43,5% ENE-positieve ziekte. Van de patiënten kreeg 72%
concurrente adjuvante chemoradiotherapie, 16% alleen adjuvante radiotherapie, en
12% geen adjuvante behandeling. Na mediaan 28,4 maanden follow-up was ENE-positiviteit geassocieerd met slechtere overall survival
(drie-jaars OS 89,3% versus 93,6%; p=0,01). In multivariate
analyse waren alleen ENE, lymfovasculaire invasie, pT3/pT4-tumoren, en
Charlson-Deyo score geassocieerd met slechtere OS. Onder ENE-positieve
patiënten was toevoegen van chemotherapie aan adjuvante radiotherapie niet geassocieerd met
betere drie-jaars OS (panel A; 89,6% versus 89,3%; p=0,55); ook niet in
propensity-score gematchte vergelijking (panel B).
De
onderzoekers concluderen dat ENE-positiviteit geassocieerd was met inferieure
OS in patiënten met HPV-positief OPSCC, maar dat adjuvante chemoradiotherapie
vergeleken met alleen radiotherapie in ENE-positieve patiënten niet resulteert
in betere OS.
1.An Y, Park HS, Kelly JR et al.The
prognostic value of extranodal extension in human papillomavirus-associated
oropharyngeal squamou cell carcinoma. Cancer 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)