Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Prospectieve studie van kiemlijn BRCA-mutatie en uitkomsten van mammacarcinoom in jonge vrouwen

(0)2018-01-12 16:00   ( Nieuws )

Tags

POSH-studie  

Prof. Diana EcclesRetrospectieve studies hebben tegenstrijdige interpretaties opgeleverd van de impact van genetische factoren op de prognose van patiënten met mammacarcinoom. De Britse Prospective Outcomes in Sporadic versus Hereditary breast cancer (POSH)-studie is opgezet om het effect te onderzoeken van een kiemlijn BRCA1- of BRCA2-mutatie op de uitkomsten van mammacarcinoom in jonge vrouwen. Prof. Diana Eccles (University of Southampton) en collega’s publiceren de studie online in The Lancet Oncology.1



De studie werd uitgevoerd in 127 centra in het Verenigd Koninkrijk. Tussen begin 2000 en eind 2007 includeerde de studie vrouwen met een diagnose invasief mammacarcinoom voor de leeftijd van veertig jaar. De diagnose moest ten hoogste twaalf maanden voor inclusie in de studie gesteld zijn. Patiënten met een eerdere maligniteit werden uitgesloten. De patiënten stonden bloedmonsters af voor de BRCA1- en BRCA2-mutatiebepalingen. Klinisch-pathologische gegevens werden verkregen uit de medische dossiers van de patiënten. Het primaire eindpunt was overall survival voor alle BRCA1/2-mutatiedraagsters versus alle niet-BRCA1/2-mutatiedraagsters twee, vijf, en tien jaar na de diagnose.

Onder de 2733 geïncludeerde vrouwen waren er 338 met een pathogene BRCA-mutatie (12%; 201 met BRCA1-mutatie; 137 met BRCA2-mutatie). Na mediaan 8,2 jaar follow-up waren 678 deelneemsters overleden, onder wie 651 aan mammacarcinoom. Er was geen statistisch significant verschil in overall survival tussen de groepen vrouwen met versus zonder BRCA1/2-mutatie: na twee jaar 97,0% versus 96,6%; na vijf jaar 83,8% versus 85,0%; en na tien jaar 73,4 versus 70,1% (p=0,76). Onder de 558 patiënten met TNBC was de OS na twee jaar beter in de vrouwen met versus zonder BRCA1/2-mutatie (95% versus 91%; HR 0,59; p=0,047). Het verschil tussen deze groepen was niet meer significant na vijf jaar (81% versus 74%; p=0,62) en na tien jaar (72% versus 69%; p=0,12).

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met een diagnose mammacarcinoom voor de leeftijd van veertig jaar de overleving niet verschilt tussen vrouwen met en vrouwen zonder BRCA1/2-mutatie. Onder vrouwen met TNBC zou de mutatie mogelijk korte-termijn overlevingsvoordeel kunnen bieden.

1. Copson ER, Maishman TC, Tapper WJ et al. Germline BRCA mutation and outcome in young-onset breast cancer (POSH): a prospective cohort study. Lancet Oncol 2018; epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren