Recidief van
levercelcarcinoom na leverresectie wordt onderscheiden in vroeg en laat
recidief, met als afsnijpunt twee jaar na de resectie. Vroeg recidief wordt
gezien als waarschijnlijk het gevolg van occulte metastase van de initiële
tumor, terwijl laat recidief vaak van klonale origine is en kan worden opgevat
als de novo tweede primaire HCC. Een retrospectieve
multicenterstudie in China heeft risicofactoren, patronen, en uitkomsten van
laat recidief van HCC geïnventariseerd. Prof. Feng Shen (Tweede Militaire
Medische Universiteit, Shanghai) en collega’s publiceren de studie online in JAMA Surgery.1
De studie includeerde
734 patiënten die tussen begin 2001 en eind 2015 leverresectie voor HCC
ondergingen in zes ziekenhuizen in China en twee jaar na de resectie
recidiefvrij waren. Onder deze patiënten waren 652 mannen (88,8%), en de
gemiddelde leeftijd was 51,0 jaar (SD 10,3 jaar). Uiteindelijk werd laat recidief
gezien in 303 patiënten (41,3%), na mediaan 78,0 maanden follow-up (IQR 52,8
tot 112,5 maanden). Onafhankelijke risicofactoren voor recidief waren in
multivariate analyse mannelijk geslacht, cirrose, meerdere tumoren,
satellietnodules, tumor groter dan 5 cm, en macroscopische en microscopische
vasculaire invasie. De figuur laat zien dat laat recidief geassocieerd was met slechtere overall survival.
Onder de 303
patiënten met laat recidief waren er 273 met alleen intrahepatisch recidief
(90,1%), 30 met zowel intra- als extrahepatisch recidief (9,9%), en geen met
alleen extrahepatisch recidief. Potentieel curatieve behandelingen werden
uitgevoerd in 165 van 303 patiënten met laat recidief (54,5%); deze
behandelingen waren her-resectie, transplantatie, en lokale ablatie.
Multivariate analyse liet zien dat regelmatige surveillance voor postoperatief recidief (HR 0,470; p=0,001),
cirrose (HR 1,381; p=0,02), portale hypertensie (HR 2,424; p<0,001),
Child-Pugh graad B of C (HR 1,376; p<0,001), BCLC stadium B (HR 1,304;
p=0,04) of C (HR 2,037; p<0,001), en potentieel curatieve behandeling (HR
0,443; p<0,001) onafhankelijke voorspellers waren van OS onder patiënten met
laat recidief.
De
onderzoekers concluderen dat laat recidief na HCC-resectie geassocieerd was met
geslacht, cirrose, en verscheidene agressieve kenmerken van de initiële tumor.
De patronen van laat recidief suggereren dat surveillance dient te worden
gericht op de lever. Postoperatieve surveillance was geassocieerd met betere OS
van patiënten met laat recidief.
1.Xu
X-F, Xing H, Han J et al. Risk
factors, patterns, and outcomes of late recurrence after liver resection for
hepatocellular carcinoma. A multicenter study from China. JAMA Surg 2018; epub
ahead of print
Summary: A multicenter study in China showed
that late (more than 2 years after surgery) recurrence of hepatocellular
carcinoma was associated with male sex, cirrhosis, and several aggressive tumor
characteristics of the initial HCC. Late recurrence was associated with worse overall survival. The
patterns of late recurrence suggested that surveillance should be targeted to
the liver. Postoperative surveillance improved the chance of potentially curative
treatments and OS.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)