Chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie (CIPN) is een debiliterende bijwerking van neurotoxische behandelingen voor maligniteiten met taxanen en platinaverbindingen. Een multicenter retrospectieve cohortstudie in Australië heeft prechemotherapie risicofactoren voor CIPN geïnventariseerd in patiënten die behandeld werden met paclitaxel of oxaliplatine. Prof. David Goldstein (The University of New South Wales, Sydney) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.¹

De studie includeerde volwassen patiënten met stadium I tot en met IV ziekte die tussen september 2015 en maart 2020 drie tot twaalf maanden voor inclusie paclitaxel- of oxaliplatine-behandeling hadden voltooid in centra in Sydney of Brisbane. Het cohort bestond uit 266 vrouwen en 67 mannen; de mediane leeftijd was 58 jaar; 228 patiënten hadden paclitaxel gekregen en 105 hadden oxaliplatine gekregen; 138 met mammacarcinoom, 83 met colorectaalcarcinoom, 112 met overige maligniteiten). CIPN graad 1 of hoger werd gediagnostiseerd in 238 patiënten (71,5%). Verhoogd risico van CIPN werd gezien in patiënten met lager hemoglobinegehalte voor aanvang van de behandeling, hogere body mass index, hogere leeftijd, en vrouwelijk geslacht.

De onderzoekers concluderen dat de retrospectieve studie lager pretreatment hemoglobine, hogere BMI, hogere leeftijd, en vrouwelijk geslacht heeft geïdentificeerd als risicofactoren voor het ontwikkelen van paclitaxel- of oxaliplatine-geïnduceerde perifere neuropathie.

• 1.Mizrahi D, Park SB, Li T et al. Hemoglobin, body mass index, and age as risk factors for placlitaxel- and oxaliplatin-induced peripheral neuropathy. JAMA Network Open 2021;4:e2036695

Summary: A multicenter retrospective cohort study in Australia identified low pretreatment hemoglobin, higher body mass index, older age, and female sex as risk factors for developing placitaxel- or oxaliplatin-induced peripheral neuropathy.