ProtecT is een acroniem voor Prostate Testing for Cancer and Treatment.
De ProtecT-studie vergeleek verschillende benaderingen voor door
PSA-testen gediagnostiseerd prostaatcarcinoom: actieve surveillance, radicale
prostatectomie, en external beam radiotherapie. Prof. Freddie Hamdy (University
of Oxford, UK) en collega’s publiceren tien-jaars overlevingsuitkomsten van ProtecT online in The New England Journal of Medicine.1 Het ProtecT-cohort
is gevormd op basis van gegevens van 82.429 mannen in de leeftijd van vijftig
tot zeventig jaar, die tussen 1999 en 2010 een PSA-test ondergingen. Naar
aanleiding van de uitkomsten van deze test kregen 2664 mannen een diagnose
gelokaliseerd prostaatcarcinoom. Van deze mannen waren 1643 bereid deel te
nemen aan de studie en werden gerandomiseerd: 545 naar actieve monitoring, 553
naar chirurgie, en 545 naar radiotherapie.
Het primaire
eindpunt van de studie was prostaatcarcinoomspecifieke mortaliteit na mediaan
tien jaar follow-up. In de actieve-surveillance groep overleden tijdens de
follow-up acht mannen aan prostaatcarcinoom (1,5 per 1000 persoonsjaren;
95%-bti 0,7-3,0), in de chirurgiegroep overleden vijf mannen aan
prostaatcarcinoom (0,9 per 1000 persoonsjaren; 95%-bti 0,4-2,2), en in de
radiotherapiegroep overleden vier mannen aan prostaatcarcinoom (0,7 per 1000
persoonsjaren; 95%-bti 0,3-2,0). De verschillen tussen de groepen zijn niet
statistisch significant (p=0,48).
Aan alle oorzaken
overleden tijdens de follow-up 169 van de deelnemers. Er waren geen verschillen
tussen de groepen in all-cause
mortaliteit (p=0,97). Metastasen werden gezien in 33 mannen in de
actieve-surveillancegroep (6,3 gebeurtenissen per 1000 persoonsjaren; 95%-bti
4,5-8,8), 13 mannen in de chirurgiegroep (2,4 gebeurtenissen per 1000
persoonsjaren; 95%-bti 1,4-4,2) en 16 mannen in de radiotherapiegroep (3,0
gebeurtenissen per 1000 persoonsjaren; 95%-bti 1,9-4,9). Dit verschil tussen
actieve surveillance en de beide andere benadering was wel statistisch
significant (p=0,004). Ook progressieve ziekte werd gezien in meer mannen in de
actieve-surveillancegroep dan in beide andere groepen (p<0,001).
De
onderzoekers concluderen dat de prostaatcarcinoomspecifieke mortaliteit na tien
jaar in alle groepen laag was, zonder significante verschillen tussen de
groepen. Chirurgie en radiotherapie waren vergeleken met actieve monitoring
geassocieerd met lagere incidentie van metastase en progressie.
1.Hamdy FC, Donovan JL, Lane JA et al.
10-year outcomes after monitoring, surgery, of radiotherapy for localized
prostate cancer. N Engl J Med 2016; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)