Onder andere
de Radiation Therapy Oncology Group 0617-studie heeft laten zien dat verhoogde
stralingsdosering naar het hart een onafhankelijke voorspeller is van slechtere
overleving in lokaal-gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (LA-NSCLC). Dr.
Charles Simone (University of Maryland, Baltimore) en collega’s hebben een
studie uitgevoerd van tijds-trends in cardiale mortaliteit na radiotherapie
voor LA-NSCLC. Ze publiceren de studie online in het International
Journal of Radiation Oncology.1
In de
SEER-database identificeerden de onderzoekers 52.624 patiënten met stadium III
NSCLC die aan de inclusiecriteria
voldeden. De patiënten kregen RT tijdens vijf perioden: 1988-1993, 1993-1998,
1998-2003, 2003-2008, en 2008-2013. Van deze patiënten hadden 31.549
rechtszijdige ziekte (60%) en 21.075 linkszijdige ziekte (40%). De incidentie
van cardiac-specific mortality (CSM)
nam over de vijf genoemde perioden significant af. In vier van de vijf perioden
was er een statistisch significant (p<0,05) verschil in CSM op basis van
ziekte-lateraliteit; dit was alleen niet het geval in de periode 1988-1993
(p=0,14). De subdistributie HRs voor CSM op basis van ziekte-lateraliteit over
alle perioden was 1,30 (95%-bti 1,18-1,42). In multivariate analyse was
linkszijdige ziekte onafhankelijk voorspellend voor CSS van 1993 tot 2008
(p<0,05).
De
onderzoekers concluderen dat CSM in de loop van de tijd afgenomen is, en dat
linkszijdige ziekte tot 2008 maar niet daarna onafhankelijk voorspellend was
voor CSS.
1.Haque
W, Verma V, Fakhreddine M et al. Trends in cardiac mortality in patients with
locally advanced non-small
cell lung cancer. Int J Radiat Oncol Biol Phys 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)