Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Veneuze trombo-embolie na chirurgie voor bot- of wekedelensarcoom van de extremiteiten


Dr. Prism SchneiderPatiënten die chirurgie ondergaan voor bot- of wekedelensarcoom van de extremiteiten hebben een verhoogd risico van het ontwikkelen van veneuze trombo-embolie (VTE). Een systematisch overzicht van de literatuur heeft dit risico gekwantificeerd. Dr. Prism Schneider (University of Calgary, Canada) en collega’s publiceren het overzicht in het Journal of Surgical Oncology.1

De onderzoekers screenden 2082 studies, waarvan ze 23 includeerden in het overzicht. Het percentage patiënten met VTE na chirurgische resectie van bot- of wekedelensarcoom van de extremiteiten was 2,9%. Het percentage was hoger na chirurgie voor botsarcoom (3,7%) dan na chirurgie voor wekedelensarcoom (1,4%). In de studies werden uitlopende typen en duur van VTE-chemoprofylactica gebruikt. Laag-molecuulgewicht heparine werd het meest toegepast.

De onderzoekers concluderen dat patiënten na chirurgie voor sarcoom een hoog VTE-risico hadden, en dat er geen consensus was over de optimale VTE-chemoprofylaxe.

1.Krzyzaniak H, You DZ, Mosca G et al. Venous thromboembolism rates in patients with bone and soft tissue sarcoma of the extremities following surgical resection: a systematic review. J Surg Oncol 2021; epub ahead of print

Summary: Systematic review of 23 published studies revealed that among patients who underwent surgical resection of bone or soft tissue sarcoma of the extremities the overall rate of venous thromboembolism was 2.9%. The VTE rate was higher after resection of bone sarcoma (3.7%) than after resection of soft tissue sarcoma (1.4%). There was no consensus on duration or type of thromboprophylaxis.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren