![Elin Edda Sigurdadottir](http://m.c.lnkd.licdn.com/mpr/mpr/shrink_500_500/p/4/000/142/199/0b640da.jpg)
De onderzoekers identificeerden alle Zweedse patënten met de diagnose MM tussen 1976 en 2005, met follow-up tot 2007 (n=14.798). Van deze patiënten waren er 394 (2,7%) eerder gediagnostiseerd met MGUS. De MM-patiënten die voorheen bekend waren met MGUS hadden een betere overall survival (mediaan 2,8 jaar) dan patiënten zonder voorafgaande MGUS-diagnose (mediaan 2,1 jaar; HR 0,86; p<0,01); hoewel de patiënten met voorafgaande MGUS-diagnose meer comorbiditeiten hadden dan patiënten zonder voorafgaande MGUS-diagnose (p<0,001). Onder de patiënten met voorafgaande MGUS-diagnose was lage M-protein concentratie (lager dan 0,5 g/dl) geassocieerd met slechtere MM-overleving (HR 1,86; p=0,01).
De onderzoekers concluderen dat bekend zijn met MGUS geassocieerd is met betere overleving van MM, hetgeen suggereert dat vroegere behandeling van MM resulteert in betere overleving. De waarneming dat lagere M-protein concentratie geassocieerd is met slechtere MM-overleving kan samenhangen met minder frequente klinische follow-up. De waarnemingen onderstrepen het belang van klinische follow-up van MGUS-patiënten, ongeacht risicostratificatie.
1.Sigurdadottir EE, Turesson T, Lund SH et al. The role of diagnosis and clinical follow-up of monoclonal gammopathy of undetermined significance on survival in multiple myeloma. JAMA Oncol 2015; epub ahead of print