![Prof. Selma Ugurel](http://www.uni-saarland.de/verwalt/presse/campus/2002/3/bilder/16-ugurel.jpg)
In de studie werden 300 patiënten van 14 centra geïncludeerd. De mediane follow-up was 13,0 maanden. De mediane progressievrije overleving was 5,1 maanden, en de mediane overall survival was 7,6 maanden. De beste respons op vemurafenib was geassocieerd met serum-LDH niveau lager dan de UNL (p=0,00000001), ECOG-status 0 (p=0,00089), en BRAF-mutatie V600E (p=0,016). Onafhankelijke voorspellers van de PFS waren in multivariate analyse ECOG 1 of hoger (HR 1,88; p=0,00005), voorbehandeling met immuuntherapie (HR 0,53; p=0,0067), verhoogd serum-LDH (HR 1,45; p=0,012), leeftijd hoger dan 55 jaar (HR 0,72; p=0,019) en voorbehandeling met chemotherapie (HR 1,39; p=0,036). Voorspellers van de OS waren verhoogd serum-LDH (HR 1,99; p=0,00012), ECOG 1 of hoger (HR 1,90; p=0,00063), leeftijd hoger dan 55 jaar (HR 0,65; p=0,011), voorbehandeling met een kinaseremmer (HR 1,86; p=0,014), voorbehandeling met chemotherapie (HR 2,17; p=0,039) en mannelijk geslacht (HR 0,70; p=0,039).
De onderzoekers concluderen dat het type voorbehandeling van invloed is op de uitkomst van vemurafenib-behandeling. Voorafgaande immuuntherapie heeft een gunstige invloed op de overleving; voorafgaande chemotherapie en kinaseremming hebben een ongunstige invloed. Ook performance status, serum LDH, leeftijd en geslacht zijn van invloed.
1.Ugurel S, Loquai C, Kähler K et al. A multicenter DeCOG study on predictors of vemurafenib therapy outcome in melanoma: pretreatment impacts survival. Ann Oncol 2014; epub ahead of print