![Dr. Iris van der Ploeg](https://www.avl.nl/media/1308/ploeg-iris-borstkanker-schildklierkanker-chirurgie-antoni-van-leeuwenhoek-avl.jpg?width=158&height=158&rnd=132678054658470000)
De studie includeerde 191 ILC-patiënten die tussen begin 2010 en eind 2019 in het NKI chirurgie ondergingen na NAC: 107 patiënten (56%) ondergingen borstsparende chirurgie (BCS) en 84 patiënten (44%) ondergingen mastectomie. Tumor-positieve marges werden gezien in 67 patiënten (35%), onder wie 55 BCS- en 12 mastectomiepatiënten (51% versus 14%; p<0.001). Herexcisie werd uitgeveord in 33% van de BCS-patiënten met 5% van de mastectomiepatiënten. Definitieve chirurgie was mastectomie in 107 patiënten (56%) en BCS in 84 patiënten (44%). In de BCS-groep waren tumor-positieve marges geassocieerd met cT≥3 status (OR 4,62; p=0,0021). Vijf-jaars locoregionaal-recidiefpercentage (4,7%), vijf-jaars recidiefvrij-overlevingspercentage (81%), en vijf-jaars overall survival percentage (93%) waren niet geassocieerd met type chirurgie na NAC.
De onderzoekers concluderen dat hoewel in 33% van de ILC-patiënten die na NAC BCS ondergingen herexcisie vereist was vanwege positieve resectiemarges, de vijf-jaars RFS uitstekend was en LRR en OS niet significant verschilden tussen groepen met verschillende typen chirurgie.
1.Van Hemert A, van Loevezijn AA, Bosman A et al. Breast surgery after neoadjuvant chemotherapy in patients with lobular carcinoma: surgical and oncologic outcome. Breast Cancer Res Treat 2024; epub ahead of print
Summary: A retrospective cohort study at the Netherlands Cancer Institute (Amsterdam) found that although 33% of ILC breast cancer patients undergoing BCS after neoadjuvant chemotherapy required re-excision for positive resection margins, it is considered safe given that five-year RFS remained excellent and LRR and OS did not differ by extent of surgery.