![Prof. Gerald Illerhaus](http://www.stuttgarter-nachrichten.de/media.media.f054f65c-98ce-4dc2-871a-d1a0f1ab3cb4.normalized.jpeg)
De patiënten kregen drie zes-weekse cycli van rituximab (375 mg/m2 op dagen 1, 15 en 29), hoge-dosering methotrexaat (3 g/m2 op dagen 2, 16, en 30), procarbazine (60 mg/m2 op dagen 2 tot en met 11), en lomustine (110 mg/m2 op dag 2). Vanwege infectieuze complicaties lieten de onderzoekers in de loop van de studie uit dit R-MPL protocol lomustine weg, en behandelden de volgende patiënten met R-MP. Na drie cycli R-MPL of R-MP kregen de patiënten vier weken onderhoudsbehandeling met procarbazine (100 mg op dagen 1 tot en met 5 iedere zeven dagen).
Het primaire eindpunt van de studie was complete remissie na drie cycli. De studie had 107 deelnemers, van wie 69 werden behandeld met R-MPL en 38 met R-MP. Complete remissie werd gezien in 38 patiënten (35,5%) en partiële remissie in 15 (14,0%). Complete remissie werd gezien in 37,7% na R-MPL en 31,6% na R-MP, maar de twee-jaars progressievrije overleving (alle patiënten 37,3%, R-MPL 38,8%, R-MP 34,9%) en de twee-jaars overall survival (alle patiënten 47,0%, R-MPL 46,0%, R-MP 47,7%) waren niet significant verschillend. R-MP was vergeleken met R-MPL geassocieerd met minder graad 3 of hoger toxiciteiten (71,1% versus 87,0%).
De onderzoekers concluderen dat R-MP meer feasible was dan R-MPL maar even werkzaam was.
1.Fritsch K, Kasenda B, Schorb E et al. High-dose methotrexate based immunochemotherapy for elderly primary CNS lymphoma patients (PRIMAIN-study). Leukemia 2016; epub ahead of print