Er is geen
duidelijkheid over de ras-/etniciteit-gebonden variatie in incidentie en
distributie van subtypen van mammacarcinoom. Een analyse van de SEER-database
heeft deze variatie geïnventariseerd. Prof. Jing Wang (Chinese Academie voor
Medische Wetenschappen, Beijing) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Network Open.1
In de
database identificeerden de onderzoekers 239.211 vrouwen met een diagnose primair
unilateraal mammacarcinoom tussen begin 2010 en eind 2015. De mediane leeftijd
was 60 jaar (IQR 50-69). In de referentiegroep van non-Hispanic white vrouwen was de jaarlijkse incidentie 31,3 per
100.000, lager dan in de groep zwarte vrouwen (IRR 1,04; p<0,001) en hoger
dan in de groep Asian/Pacific Islander (IRR 0,90; p<0,001), American
Indian/Alaskan native (IRR 0,82; p<0,001), en Hispanic white (IRR 0,79;
p<0,001). De figuur laat de impact van ras/etniciteit op de distributie van moleculaire subtypen
zien. Er waren ook significante verschillen tussen sommige groepen in
incidentie van histologisch graad 1 en 2 ziekte, in pathologische patronen, en
in TNM-stadia.
De
onderzoekers concluderen dat onder patiënten met mammacarcinoom ras/etniciteit
van invloed is op de incidentie en op de verdeling van moleculaire subtypen,
histologische graden, pathologische patronen, en TNM-stadia.
1.Kong
X, Liu Z, Cheng R et al. Variation
in breast cancer subtype incidence and distribution by race/ethnicity in the United
States from 2010 to 2015. JAMA Network Open 2020;3:2020303
Summary: A cohort study based on SEER data of breast cancer patients found notable race/ethnicity
associated disparities in incidences and proportions of molecular subtypes, grades, pathologic
patterns, and TNM stages.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)