Verbeteringen in de behandelingen voor mammacarcinoom (BC) hebben geresulteerd in toename van de prevalentie van lange-termijn overlevers. Een studie in Denemarken heeft het risico geïnventariseerd van laat recidief van BC, tien jaar of langer na de primaire diagnose. Dr. Deirdre Cronin-Fenton (Universiteit van Aarhus) en collega’s publiceren de studie in het Journal of the National Cancer Institute.¹

In de database van de Deense Mammacarcinoomgroep identificeerden de onderzoekers 36.924 vrouwen met een diagnose BC tussen begin 1987 en eind 2004. Onder deze vrouwen waren er 20.315 die tien jaar na de diagnose vrij waren van recidief of tweede maligniteit. Deze vrouwen werden gevolgd tot laat recidief, overlijden, emigratie, tweede maligniteit, of eind 2018. Tijdens de follow-up van tien tot ten hoogste tweeëndertig jaar na de diagnose werd laat recidief gezien in 2595 vrouwen (cumulatieve incidentie 16,6%; 95%-bti 15,8-17,5). Factoren die geassocieerd waren met verhoogd risico van recidief waren tumorgrootte meer dan 20 mm, klierpositieve ziekte, en ER-positieve ziekte.


De onderzoekers concluderen dat recidieven bleven voorkomen tot 32 jaar na de primaire diagnose. Vrouwen met klierpositieve ziekte, grote tumoren, en ER-positieve tumoren hebben wellicht baat bij verlengde surveillance, meer agressieve behandeling, of nieuwe behandelingen.

1.Nørgaard Pedersen R, Öztürk Esen, Mellemkjaer L et al. The incidence of breast cancer recurrence 10-32 years after primary diagnosis. J Natl Cancer Inst 2021; epub ahead of print

Summary: A study in Denmark investigated the risk of late breast recurrence, 10 years or more after the primary diagnosis. Among 36,924 women with BC, 20,315 became 10-year disease-free survivors. Of these, during follow-up from 10 to 32 years after the diagnosis, 2,595 developed late recurrence (cumulative incidence 16.6%; 95% CI 15.8-17.5). Tumor size larger than 20 mm, lymph node positive disease, and ER-positive tumors were associated with increased risk of late recurrence.