![Dr. Ashley Margol](https://www.chla.org/sites/default/files/styles/profile_picture/public/thumbnails/image/CHLA-Margol-Ashley-Headshot.jpg?itok=tCJ668F8)
De studie includeerde 468 kinderen en 50 eAYAs met nieuw-gediagnostiseerd laaggradig glioom waarvoor ze alleen met chirurgie behandeld waren. Onder de eAYAs waren toevallen meer frequent (34,0% versus 19,2%; p=0,015). Verder waren er tussen beide groepen geen significante verschillen in klinisch-pathologische kenmerken. De vijf-jaars PFS was 80,2% in de groep kinderen en 83,0% in de groep eAYAs; de vijf-jaars OS was 97,3% in de groep kinderen en 95,4% in de groep eAYAs. Voor alle patiënten tezamen was residuele tumor een onafhankelijke voorspeller van PFS (HR 5,93; 95%-bti 3,45-10,18 voor tumoren kleiner dan 1,5 cm3; en HR 8,38; 95%-bti 4,75-14,79 voor grotere tumoren), terwijl midlijn-chiasmatische locatie (HR 9,69; p<0,001) en niet-pilocytisch astrocytoom-histologie (HR 6,77; p<0,001) onafhankelijke voorspellers van OS waren.
De onderzoekers concluderen dat, in tegenstelling tot verscheidene andere typen maligniteiten, laaggradig glioom vergelijkbare klinisch-pathologische kenmerken en overleving heeft voor kinderen en eAYAs.
1.Margol AS, Yeo KK, Xia C et al. A comparative analysis of clinicopathologic features and survival among early adolescents/young adults and children with low-grade glioma: a report from the Children’s Oncology Group. J Neuro-Oncol 2018; epub ahead of print
Summary: A study by the Children's Oncology Group found that, unlike several other cancers, low-grade glioma has similar presenting features and survival for both children and early AYAs (15-21 years old).