Er is geen duidelijkheid over het optimale management van asymptomatisch schedelbasis meningeoom. Een multinationale retrospectieve cohortstudie heeft upfront stereotactische radiochirurgie (SRS) vergeleken met actieve surveillance (AS) van patiënten met asymptomatisch meningeoom van de schedelbasis. Prof. Jason Sheehan (University of Virginia Health System, Charlottesville) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Neuro-Oncology.¹

Het niet-gematchte studiecohort bestond uit 417 patiënten. Na propensity score matching voor leeftijd, tumorvolume, en follow-up bestonden het SRS-cohort en het AS-cohort beide uit 110 patiënten. Eindpunten van de studie waren lokale tumorcontrole en ontwikkeling van nieuwe neurologische defecten die aan de tumor konden worden toegeschreven. Tumorcontrole werd bereikt in 98,2% van de patiënten in het SRS-cohort en 61,8% van de patiënten in het AS-cohort. SRS vergeleken met AS was geassocieerd met superieure lokale tumorcontrole (HR 0,01; p<0,001). Neurologische achteruitgang werd gezien in drie patiënten in het SRS-cohort (2,7%) en zes patiënten in het AS-cohort (5,5%). Chirurgisch management van het meningeoom tijdens de follow-up was vereist in één patiënt in het SRS-cohort (0,9%) versus elf patiënten (10%) in het AS-cohort.

De onderzoekers concluderen dat SRS vergeleken met AS voor asymptomatisch schedelbasis meningeoom geassocieerd was met superieure lokale tumorcontrole.

1.Mantziaris G, Pikis S, Samanci Y et al. Stereotactic radiosurgery versus active surveillance for asymptomatic, skull-based meningiomas: an international, multicenter matched cohort study. J Neuro-Oncol 2022; epub ahead of print

Summary: A multinational retrospective cohort study found that among patients with asymptomatic, skull-based meningioma stereotactic radiosurgery was associated with superior local control as compared to active surveillance.