Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Multicenter fase 3-studie van toripalimab combinatietherapie zonder concurrent cisplatine voor nasofarynxcarcinoom (0)
2025-08-22 15:00   ( Nieuws )
Tags:  DIAMOND randomized trial
Prof. Jun MaMeer dan 70% van de nieuwe gevallen van nasofarynxcarcinoom (NPC) is al bij diagnose in het locoregionaal-gevorderde stadium, waarvoor cisplatine-gebaseerde chemoradiotherapie vereist is. Deze behandeling is echter geassocieerd met hoge toxiciteit. De fase 3-studie DIAMOND, in dertien centra in China, heeft toripalimab geïncorporeerd in inductiechemotherapie en radiotherapie zonder concurrent cisplatine voor nieuw-gediagnostiseerd locoregionaal-gevorderd NPC geëvalueerd. Prof. Jun Ma (Sun Yat-sen Universiteit, Guangzhou) en collega’s publiceren de studie in JAMA.1

Tussen augustus 2021 en augustus 2022 includeerde DIAMOND 532 patiënten met T4N1M0 of T1-4N2-3M0 NPC; de mediane leeftijd was 47 jaar (IQR 39-54); 25,2% waren vrouwen. Vierhonderd patiënten (75,2%) voltooiden de studie per protocol. De patiënten weren 1:1 gerandomiseerd naar standaardtherapie (zeventien drie-weekse cycli van toripalimab 240 mg plus gemcitabine-cisplatine inductietherapie en concurrente cisplatine-radiotherapie; n=266) of hetzelfde regime zonder concurrente cisplatine (n=266). Primaire eindpunten waren faalvrije overleving (FFS) met een noninferioriteitsmarge van 8% en incidentie van all-grade braken.

Op het moment van de nu gepubliceerde analyse was de mediane follow-up 37,0 maanden (range 4,0-50,0). De drie-jaars percentages voor FFS waren 88,3% in de groep zonder concurrente cisplatine versus 87,6% in de groep met standaardtherapie (p=0,002 voor noninferioriteit). De incidentie van all-grade braken was significant lager in de groep zonder concurrente cisplatine dan in de groep met standaardtherapie (26,2% versus 59,8%; p<0,001). De door 87,5% van de patiënten gerapporteerde kwaliteit van leven en de door 94,7% van de patiënten gerapporteerde tolerabiliteit waren beter in de groep zonder concurrente cisplatine.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met nieuw-gediagnostiseerd locoregionaal-gevorderd NPC, toripalimab combinatietherapie zonder concurrent cisplatine feasible was, met hoge FFS en lage toxiciteit (visual abstract).

1.DIAMOND Study Group. Toripalimab combination therapy without concurrent cisplatin for nasopharyngeal carcinoma. The DIAMOND randomized clinical trial. JAMA 2025.13205

Summary: The multicenter phase 3 DIAMOND trial in China found that among patients with newly diagnosed locoregionally advanced nasopharyngeal carcinoma, toripalimab combination therapy without concurrent cisplatin was a feasible treatment with high efficacy and low toxicity.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Associatie tussen gebruik van GLP-1 receptoragonisten en risico van maligniteiten onder obese volwassenen (0)
2025-08-22 13:30   ( Nieuws )
Tags:  GLP-1RAs for obesity cancer risk
Dr. Jiang BianGlucagon-like peptide-1 receptoragonisten (GLP-1RAs) worden voorgeschreven voor glycemiecontrole in type 2 diabetes en hebben recentelijk populariteit gewonnen voor gewichtsmanagement. Een retrospectieve cohortstudie op basis van gegevens in de database van een multicenter gezondheidsonderzoek-netwerk in de Verenigde Staten heeft de associatie tussen gebruik van GLP-1RAs voor obesitas met het risico van ontwikkelen van maligniteiten geïnventariseerd. Dr. Jiang Bian (Indiana University, Indianapolis) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1


De studie includeerde volwassen personen die tussen begin 2014 en eind 2024 in aanmerking kwamen voor anti-obesitas medicatie. De 43.317 gebruikers van GLP-1RAs werden vergeleken met 43.315 gematchte niet-gebruikers. De gemiddelde leeftijd was 52 ± 14,5 jaar; 68,2% waren vrouwen. De gepoolde risico’s van veertien typen maligniteiten waren 13,6 per 1000 persoonsjaren onder de gebruikers van GLP-1RAs en 16,4 per 1000 persoonsjaren onder niet-gebruikers (HR 0,83; p=0,002). Gebruik van GLP-1RAs was in het bijzonder geassocieerd met verlaagd risico van endometriumcarcinoom, ovariumcarcinoom, en meningioom, maar ook met een niet-significant verhoogd risico van niercarcinoom (HR 1,38; 95%-bti 0,99-1,93).

De onderzoekers concluderen dat de retrospectieve cohortstudie suggereert dat gebruik van GLP-1RAs voor obesitas geassocieerd is met verlaagd risico van maligniteiten.

1.Dai H, Li Y, Lee YA et al. GLP-1 receptor agonists and cancer risk in adults with obesity. JAMA Oncol 2025.2681

Summary: A retrospective cohort study in the USA found that use of GLP-1RAs for weight management was associated with reduced risk of overall cancer but also a nonsignificant increased risk of kidney cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Model voor voorspelling van chronische nierziekte na cisplatinebehandeling voor solide maligniteiten (0)
2025-08-22 12:00   ( Nieuws )
Tags:  cisplatin for solid cancers CKD
Dr. Robert GrantEen veel-gebruikte behandeling voor maligniteiten is cisplatine dat permanente schade aan de nieren kan veroorzaken. De incidentie van cisplatine-geassocieerde chronische nierziekte (CKD) is niet goed bekend. Een cohortstudie in Ontario heeft de incidentie en voorspelbaarheid van CKD na cisplatinebehandeling voor solide maligniteiten geïnventariseerd. Dr. Robert Grant (Princess Margaret Cancer Centre, Toronto) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

De bevolkings-gebaseerde prognostische studie ontwikkelde CKD-voorspellingsmodellen op basis van resultaten van een retrospectieve studie van patiënten die in een outpatient-setting cisplatine kregen voor niet-hematologische maligniteiten tussen 1 juli 2013 en 30 juni 2017. De modellen werden getest in een Canadees cohort van patiënten die de behandeling startten tussen 1 juli 2017 en 30 juni 2020 en een extern testcohort in de Verenigde Staten.

In het bevolkings-gebaseerde cohort met 9010 patiënten zonder pretreatment CKD ontwikkelden 13,6% CKD terwijl 0,9% graad 4 of slechter CKD ontwikkelden en 0,18% dialyse nodig hadden. De estimated glomerular filtration rate (eGFR) nam af met gemiddeld 8,1 ml/min/1,73m2. Een eenvoudig spline-based regressiemodel op basis van alleen pretreatment eGFR voorspelde posttreatment CKD in het Canadese testcohort met een AUC 0,80 (95%-bti 0,78-0,82) en in het Amerikaanse testcohort met een AUC 0,73 (0,73-0,78). Ook de posttreatment eGFR werd voorspeld door een regressiemodel gebaseerd op alleen pretreatment eGFR. Gecompliceerde machine learning systemen die een groot aantal klinische kenmerken incorporeerden resulteerden niet in betere voorspellingen.

De onderzoekers concluderen dat cisplatinebehandeling geassocieerd is met voorspelbare afname van eGFR, en dat patiënten met lagere baseline nierfunctie de hoogste waarschijnlijkheid hebben van het ontwikkelen van CKD na cisplatinebehandeling.

1.Grant RC, He JC, Liu N et al. Predicting chronic kidney disease after cisplatin treatment using population-level data. JAMA Oncol 2025.2590

Summary: A prognostic study in Ontario found that cisplatin treatment is associated with a predictable decrease in estimated glomerular filtration rate and that patient with lower baseline kidney function are most likely to develop chronic kidney disease after cisplatin.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Impact van statinegebruik op uitkomsten met apalutamide voor gevorderd prostaatcarcinoom in TITAN en SPARTAN (0)
2025-08-21 15:00   ( Nieuws )
Tags:  advanced prostate cancer statin use
Prof. Neeraj AgarwalDe fase 3-studies TITAN en SPARTAN randomiseerden patiënten met gevorderd prostaatcarcinoom naar androgeendeprivatie met of zonder apalutamide voor metastatisch hormoongevoelig prostaatcarcinoom (TITAN) of niet-metastatisch castratieresistent prostaatcarcinom (SPARTAN). Onder de 2187 patiënten waren er 748 (34,2%) die ook statines gebruikten. Prof. Neeraj Agarwal (University of Utah, Salt Lake City) en collega’s publiceren in JAMA Network Open een analyse van de impact van gebruik van statines op de uitkomsten met apalutamide in de twee studies.

Patiënten die statines gebruikten waren ouder, hadden een hogere BMI, en een lager percentage met ECOG performance status 1. De figuur laat zien dat gebruik van statines geassocieerd was met betere overall survival in de apalutamidegroepen (TITAN HR 0,53; 95%-bti 0,32-0,87; SPARTAN 0,54; 0,39-0,74) maar niet in de placebogroepen (TITAN 0,65; 0,38-1,13; SPARTAN 1,16; 0,76-1,77). Gecorrigeerde drie-jaars OS onder patiënten met versus zonder statines waren 81% versus 67% in de apalutamide-behandelde patiënten in TITAN en 86% versus 78% in de apalutamide-behandelde patiënten in SPARTAN. Patiënten die statines gebruikten hadden in beide studies een hoger risico van graad 3 of hoger cardiale adverse events dan patiënten die geen statines gebruikten, zowel in de apalutamidegroepen als in de placebogroepen.

De onderzoekers concluderen dat blootstelling aan statines geassocieerd was met langere OS in de apalutamide-behandelde patiënten. Het hogere risico van graad 3 of hoger cardiale AEs zou kunnen samenhangen met een vooraf-bestaande cardiovasculaire comorbiditeit.

1.Roy S, Ozay ZI, Guha A et al. Statin use in patients with advanced prostate cancer in the TITAN and SPARTAN trials. JAMA Network Open 2025;8:e2527988

Summary: Post hoc analyses of the phase 3 TITAN and SPARTAN studies found that among patients with advanced prostate cancer treated with androgen deprivation and apalutamide, exposure to statins was associated with superior overall survival but also with higher risk of grade 3 or greater cardiac adverse events, possibly reflecting their preexisting cardiovascular comorbidity.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 3-studie van perioperatief pembrolizumab plus chemotherapie voor LA G/GEJ carcinoom: finale analyse van KEYNOTE-585 (0)
2025-08-21 13:30   ( Nieuws )
Tags:  locally advanced gastric and gastroesophageal junction cancer
De fase 3-studie KEYNOTE-585, in 143 centra in 24 landen, includeerde volwassen patiënten met nieuw-gediagnostiseerd resectabel lokaal-gevorderd adenocarcinoom van maag of slokdarm-maagovergang (LA G/GEJ adenocarcinoom) die werden gerandomiseerd naar pembrolizumab of placebo toegevoegd aan perioperatieve chemotherapie, gevolgd door pembrolizumab of placebo onderhoudstherapie. Chemotherapie was cisplatine-gebaseerd doublet in het main cohort (n=804) en fluorouracil, docetaxel, en oxaliplatine in het FLOT-cohort (n=203). In 2024 is gepubliceerd dat neoadjuvant plus adjuvant pembrolizumab versus placebo resulteerde in verbetering van de pathologisch complete respons, maar niet in significante verbetering van de gebeurtenisvrije overleving. Dr. Kohei Shitara (National Cancer Center Hospital East, Kashiwa, Japan) en collega’s publiceren nu in het Journal of Clinical Oncology de finale analyse van KEYNOTE-585.1

Op het moment van de nu gepubliceerde analyse was de mediane follow-up 59,9 maanden (range 39-76). In het main cohort was de mediane overall survival 71,8 maanden in de pembrolizumabgroep versus 55,7 maanden in de placebogroep (HR 0,86; 95%-bti 0,71-1,06). De HR voor gebeurtenisvrije overleving was 0,81 (95%-bti 0,67-0,98), en graad 3 of hoger drug-related adverse events werden gerapporteerd voor 65% versus 63%. Toevoegen van pembrolizumab aan perioperatieve chemotherapie resulteerde niet in verslechtering van de gezondheid-gerelateerde kwaliteit van leven.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van pembrolizumab aan perioperatieve chemotherapie voor niet-eerder behandeld LA G/GEJ adenocarcinoom resulteerde in niet-significante verbetering van de OS.

1.Shitara K, Rha SY, Wyrwicz L et al. Pembrolizumab plus chemotherapy versus chemotherapy as perioperative therapy in locally advanced gastric and gastroesophageal junction cancer: final analysis of the randomized, phase III KEYNOTE-585 study. J Clin Oncol 2025-00486

Summary: Final analysis of the multinational phase 3 KEYNOTE-585 trial found that addition of pembrolizumab to perioperative chemotherapy for previously untreated resectable locally advanced gastric or gastroesophageal junction adenocarcinoma resulted in non-significant improvement of the overall survival.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van eerstelijns sacituzumab tirumotecan plus tagitanlimab voor gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (0)
2025-08-21 12:00   ( Nieuws )
Tags:  OptiTROP-Lung01 study aNSCLC sac-TMT plus tagitanlimab
Dr. Wenfeng FangSacituzumab tirumotecan (sac-TMT) is een antibody-drug conjugate gericht op trophoblast cell surface antigen 2, en tagitanlimab is een anti-PD-L1 antilichaam. De doorlopende multicenter fase 2 studie OptiTROP-Lung01 in China evalueert de combinatie van sac-TMT en tagitanlimabals eerstelijns behandeling voor gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (aNSCLC) zonder bekende actionabele genomische veranderingen. Dr. Wenfeng Fang (Sun Yat-sen Universiteit, Guangzhou) en collega’s publiceren de eerste resultaten de studie in Nature Medicine.1

De studie includeerde 103 patiënten in twee cohorten. De 40 patiënten (mediane leeftijd 63 jaar; 97,5% ECOG performance status 1) in cohort 1A kregen sac-TMT 5 mg/kg iedere drie weken plus tagitanlimab 1200 mg iedere drie weken, en de 63 patiënten in cohort 1B (mediane leeftijd 63 jaar; 85,7% ECOG performance status 1) kregen sac-TMT 5 mg/kg iedere twee weken plus tagitanlimab 900 mg iedere twee weken. De behandeling werd voortgezet tot ziekteprogressie of niet-acceptabele toxiciteit. De primaire eindpunten waren veiligheid en objective response rate.

De meest-gerapporteerde graad 3 of 4 treatment-related adverse events waren verlaagd neutrofielengetal (30,0% respectievelijk 34,9% in 1A en 1B), verlaagd leukocytengetal (5,0% en 19,0%), en anemie (5,0% en 19,0%). Er waren geen graad 5 TRAEs. Na mediaan 19,3 maanden follow-up in cohort 1A was de bevestigde objective response rate 40,0% en de disease control rate 85,0% met een mediane progressievrije overleving van 15,4 maanden (95%-bti 6,7-17,9). In cohort 1B was de mediane follow-up 13,0 maanden, de ORR 66,7%, de DCR 92,1% en de mPFS niet bereikt.

De onderzoekers concluderen dat de combinatie van sac-TMT en tagitanlimab veelbelovende werkzaamheid had als eerstelijns behandeling van aNSCLC, met een manageable veiligheidsprofiel.

1.Hong S, Wang Q, Cheng Y et al. First-line sacituzumab tirumotecan with tagitanlimab in advanced non-small-cell lung cancer: a phase 2 trial. Nature Med 2025-03883-5

Summary: The multicenter phase 2 OptiTROP-Lung01 study in China found promising efficacy and manageable safety of the combination of sacituzumab tirumotecan and tagitanlimab as first-line treatment for advanced NSCLC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Cross-sectionele studie van gebruik van antidepressiva en anxiolytica door volwassen overlevers van een maligniteit (0)
2025-08-20 15:00   ( Nieuws )
Tags:  adult cancer survivors antidepressant and anxiolytic use
Dr. Daniela Miro-RiveraOverlevers van maligniteiten rapporteren meer frequent depressie en angst dan personen in de algemene bevolking. Een cross-sectionele analyse van resultaten van de National Health Interview Survey (2016-2018) heeft gebruik van antidepressiva en anxiolytica door volwassen overlevers van maligniteiten vergeleken met het gebruik in de algemene bevolking. Dr. Daniela Miro-Rivera (Yale University, Hew Haven CT) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie gebruikte gegevens van 53.117 volwassen respondenten, onder wie 48.026 die geen geschiedenis van een maligniteit rapporteerden en 5091 overlevers van een maligniteit. Na correctie voor sociaal-demografische variabelen hadden overlevers van een maligniteit een hogere waarschijnlijkheid van het rapporteren van gebruik van antidepressiva (aOR 1,32; 95%-bti 1,18-1,49) en anxiolytica (1,38; 1,23-1,54) dan personen zonder geschiedenis van een maligniteit. Onder de overlevers hadden non-Hispanic Black personen lagere waarschijnlijkheid van gebruik van antidepressiva (aOR 0,60; 95%-bti 0,39-0,91) en anxiolytica ( 0,63; 0,42-0,94) dan non-Hispanic White personen. Medicare- of Medicaid-verzekerde overlevers hadden hogere waarschijnlijkheid van gebruik van anxiolytica dan particulier-verzekerde overlevers. Overlevers van hersenmaligniteiten gebruikten meer frequent antidepressiva en overlevers van pancreascarcinoom gebruikten meer frequent antidepressivan en anxiolytica dan overlevers van mammacarcinoom.

De onderzoekers concluderen dat overlevers van maligniteiten significant hogere waarschijnlijkheid hadden van het rapporteren van gebruik van antidepressiva en anxiolytica dan personen zonder geschiedenis van een maligniteit.

1.Miro-Rivera D, Norris RA, Osazuwa-Peters OL et al. Differential use of depression and anxiety medications in adults with a history of cancer. JAMA Network Open 2025;8:e2527585

Summary: A cross-sectional study using data from the National Health Interview Survey (2016-2018) found that cancer survivors were significantly more likely to take medications for depression and anxiety compared with noncancer survivors.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Associatie van kiemlijn pathogene mutaties met volgende neoplasmen in overlevers van maligniteit tijdens de jeugd (0)
2025-08-20 13:30   ( Nieuws )
Tags:  ALTE03N1 study CCSs P LP mutations in CPGs
Prof. Smita BhatiaEr zijn aanwijzingen dat kiemlijn pathogene of waarschijnlijk pathogene (P/LP)-mutaties in cancer predisposition genes (CPGs) geassocieerd zijn met verhoogd risico van volgende neoplasmen (SNs) in overlevers van maligniteiten tijdens de jeugd (CCSs). Klinische toepassing van deze aanwijzingen wordt gehinderd door gebrek aan informatie over subpopulaties met verhoogd risico van SNs die zouden kunnen profiteren van genetische screening. De ALTE03N1-studie door de Children’s Oncology Group heeft deze associaties geïnventariseerd. Prof. Smita Bhatia (University of Alabama at Birmingham) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde 499 overlevers die SNs hadden ontwikkeld en 625 gematchte overlevers zonder SNs. De onderzoekers voerden whole-exome sequencing uit van kiemlijn DNA. Het risico van SNs was een factor 4,26 (95%-bti 2,36-7,69) hoger onder dragers van P/LP-mutaties dan onder niet-dragers. De performance van de klinische risk classifier (op basis van geslacht, type primaire maligniteit, jaar van diagnose, blootstelling aan bestraling en platina-verbindingen, en duur van follow-up) werd significant beter door toevoeging van de P/LP-mutatiestatus. Op basis van deze verbeterde classifier werden overlevers onderverdeeld in groepen met laag risico (22% van de overlevers) en matig-tot-hoog risico (78%) van het ontwikkelen van SNs. Alle dragers van TP53- en RB1-mutaties en 86,4% van dragers van any P/LP-mutatie vielen in de matig-tot-hoog risicogroep.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten een risico-gebaseerde benadering leveren voor het identificeren van CCSs met verhoogd risico van ontwikkelen van SNs.

1.Zhou L, Singh P, Crossman D et al. Germline pathogenic/likely pathogenic mutations and subsequent neoplasms among childhood cancer survivors: a report from the Children’s Oncology Group ALTE03N1 study. J Clin Oncol 2025-00542

Summary: The ALTE03N1 study by the Children’s Oncology Group provided a risk-based approach for identifying childhood cancer survivors who could be referred for genetic testing, informing surveillance strategies on the basis of refined risk classification.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)