Obinutuzumab
(O) en rituximab (R) zijn tot op heden nog niet head-to-head vergeleken in een
prospectieve studie van mantelcellymfoom (MCL). De Franse multcenterstudie
LYMA-101 evalueerde O plus chemotherapie gevolgd door transplantatie en
O-onderhoud. Dr. Clémentine Sarkozy (Institut Curie, Saint Cloud) publiceren in Blood lange-termijn
resultaten van de studie en vergelijken deze resultaten met die van
MCL-patiënten die R plus chemotherapie kregen gevolgd door transplantatie en
R-onderhoud, na propensity score matching (PSM).1
In LYMA-01
(n=85) waren de vijf-jaars percentages 83,4% (95%-bti 73,5-89,8) voor
progressievrije overleving en 86,9% (77,6-92,5) voor overall survival. Aan het eind van de inductie hadden patiënten in
LYMA-01 vaker beenmerg MRD-negatieve ziekte dan in het R-vergelijkingscohort
(83,1% versus 63,4%; p=0,007). PSM resulteerde in twee groepen van 82 patiënten
met vergelijkbare kenmerken bij inclusie. Patiënten in de O-groep hadden
significant langere PFS (na vijf jaar 82,8% versus 66,6%; p=0,029) en OS (86,4%
versus 71,4%; p=0,039) dan patiënten in de R-groep.
De
onderzoekers concluderen dat onder voor transplantatie in aanmerking komende
MCL-patiënten obinutuzumab-inductie en -onderhoud resulteerde in betere
uitkomsten dan rituximab-inductie en –onderhoud.
1.Sarkozy C, Callanan MB, Thieblemont
C et al. Obinutuzumab versus rituximab in transplant-eligible mantle cell
lymphoma patients. Blood 2024.023944
Summary: Analysis of prospective data found that among transplant-eligible mantle cell lymphoma patients,
obinutuzumab prior to transplantation and in maintenance provided better
disease control and enhanced PFS and OS as compared to rituximab.
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)