Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Retrospectieve cohortstudie van somatische tumor next-generation sequencing in veteranen met metastatisch prostaatcarcinoom (0)
2025-05-13 15:00   ( Nieuws )
Tags:  mPCa NGS
Dr. Kosh YamoahRichtlijnen bevelen next-generation sequencing (NGS) van tumoren in patiënten met metastatisch prostaatcarcinoom (mPCa) aan om potentieel actionabele veranderingen in mPCa-gerelateerde genen te identificeren. Non-Hispanic Black (NHB)-mannen zijn slecht vertegenwoordigd in precisie-oncologie cohort, zodat er geen duidelijkheid is over verschillen in frequenties van veranderingen tussen NHB en NHW-mannen. Een retrospectieve cohortstudie van NHB- en NHW-veteranen met mPCa heeft deze verschillen geïnventariseerd. Dr. Kosj Yamoah (Moffitt Cancer Center, Tampa FL) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1


De studie includeerde 5015 veteranen met mPCa die NGS ondergingen (1784 NHB- en 3231 NHW-veteranen; gemiddelde leeftijd bij inclusie 67,4 ± 9,0 jaar). Negen van de top tien meest-veranderde genen waren dezelfde in NHB- en NHW-veteranen, maar de frequenties van de veranderingen liepen uiteen met ras/etniciteit. De figuur laat zien dat NHB-ras/etniciteit geassocieerd was met hogere waarschijnlijkheid van genomische verandering in SPOP en in immuuntherapie-targets, waaronder MSI-status, terwijl NHW-ras/etniciteit geassocieerd was met hogere waarschijnlijkheid van genomische veranderingen in de AKT/PI3K-route, de androgeenreceptor-as en tumorsuppressorgenen. TP53-veranderingen waren in gelijke mate geassocieerd met slechte overleving in zowel NHB- als NHW-mannen.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten de waarde van genomisch testen in mPCa onderstrepen.

1.Valle LF, Li J, Desai H et al. Somatic tumor next-generation sequencing in US veterans with metastatic prostate cancer. JAMA Network Open 2025;8:e259119

Summary: A retrospective cohort study of non-Hispanic Black and non-Hispanic White US veterans with metastatic prostate cancer identified differences between both groups in frequency of genomic alterations in prostate cancer-related genes and pathways.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van eerstelijns nab-paclitaxel en gemcitabine met of zonder tocilizumab voor gevorderd pancreascarcinoom (0)
2025-05-13 13:30   ( Nieuws )
Tags:  aPaC
Dr. Inna ChenTocilizumab is een gehumaniseerd antilichaam gericht op de interleukine-6 receptor. Een gerandomiseerde fase 2 studie van de Universiteitsziekenhuizen van Kopenhagen en Oslo heeft toevoeging van tocilizumab aan eerstelijns nab-paclitaxel en gemcitabine voor gevorderd pancreascarcinoom (aPaC) geëvalueerd. Dr. Inna Chen (Kopenhagen) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde 147 aPaC-patiënten met modified Glasgow prognostic score 1 of 2, die 1:1 werden gerandomiseerd naar gemcitabine 1000 mg/m2 en nab-paclitaxel 125 mg/m2 op dagen één, acht, en vijftien (GemNab) met of zonder tocilizumab 8 mg/kg op dag één (Toc) van vier-weekse cycli. Het primaire eindpunt van de studie was overall survival (OS)-percentage na zes maanden (OS6).

De mediane follow-up was 8,1 maanden (IQR 4,2-13,9). De OS6 was 68,8% in de GemNabToc-groep vergeleken met 62,0% in de GemNab-groep (p=0,459). Na achttien maanden was het OS-percentage significant beter in de GemNabToc-groep dan in de GemNab-groep (27,1% versus 7,0%; p=0,001). Er waren geen verschillen tussen de groepen in mediane OS, PFS, en ORR. De incidentie van graad 3 of hoger treatment-related adverse events was 88,1% in de GemNabToc-groep en 63,4% in de GemNab-groep (p<0,001). GemNabToc was geassocieerd met verminderd spierverlies dan GemNab, met mediaan verschil + 0,1% vergeleken met -3,4% na twee maanden (p=0,0012) en +0,7% vergeleken met -3,4% na vier maanden (p=0,036). Toevoeging van Toc aan GemNab had geen effect op het gehalte van het cachexie-bevorderende eiwit growth differentiation factor 15 (GDF15).

De onderzoekers concluderen dat de studie geen OS6-profijt heeft laten zien en dat de TRAEs toenamen met toevoeging van Toc aan GemNab, maar dat deze toevoeging wel een resulteerde in betere OS na achttien maanden en in significante vermindering van spierverlies, onafhankelijk GDF15.

1.Chen IM, Johansen JS, Theile S et al. Randomized phase II study of nab-paclitaxel and gemcitabine with or without tocilizumab as first-line treatment in advanced pancreatic cancer: survival and cachexia. J Clin Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: A randomized phase 2 trial in Denmark and Norway found that among patients with advanced pancreatic cancer, addition of tocilizumab to first-line nab-paclitaxel and gemcitabine did not result in improvement of OS after 6 months and did result in increase of grade > 3 TRAEs, but did also result in improved OS at 18 months and a significant anticachexia effect.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Real-world uitkomsten met toevoegen van bevacizumab aan eerstelijns chemotherapie voor stadium III of IV ovariumcarcinoom (0)
2025-05-13 12:00   ( Nieuws )
Tags:  BEV1L study EOC bevacizumab
Dr. Linda DuskaIn klinische studies was toevoegen van bevacizumab aan eerstelijns (1L) chemotherapie voor stadium III of IV epitheliaal ovariumcarcinoom (EOC) geassocieerd met verbetering van de progressievrije overleving maar niet overall survival. De retrospectieve USA-brede database-studie BEV1L heeft de waarde van toevoegen van bevacuzimab aan 1L chemotherapie voor stadium III of IV EOC in de klinische praktijk geïnventariseerd. Dr. Linda Duska (University of Virginia School of Medicine, Charlottesville) en collega’s publiceren publiceren de studie in Cancer.1

In de database identificeerden de onderzoekers 1752 patiënten die tussen begin 2017 en eind mei 2023 1L chemotherapie met of zonder bevacizumab kregen voor stadium III of IV EOC, met mediaan 18,5 maanden follow-up (IQR 8,0-36,6). Hoog-risico prognostische factoren werden gedefinieerd als stadium IV of stadium III met hetzij waarneembare residuele ziekte of geen documentatie van chirurgie. Onder de patiënten met hoog-risico prognostische factoren kregen 826 alleen chemotherapie en 382 chemotherapie plus bevacizumab. Onder de patiënten zonder hoog-risico prognostische factoren kregen 414 alleen chemotherapie en 130 chemotherapie plus bevacizumab.

Onder de patiënten met hoog-risico prognostische factoren was de mediane tijd tot volgende behandeling 13,6 maanden met eerstelijns chemotherapie plus bevacizumab vergeleken met 11,7 maanden met alleen eerstelijns chemotherapie (HR 0,85; p=0,03), met een trend van langere mediane overall survival (31,1 maanden versus 27,4 maanden; HR 0,84; p=0,052). Onder patiënten zonder hoog-risico prognostische factoren had toevoeging van bevacizumab aan eerstelijns chemotherapie geen effect op real-world uitkomsten.

De onderzoekers concluderen dat profijt van toevoegen van bevacizumab aan eerstelijns chemotherapie voor stadium III of IV EOC beperkt lijkt te blijven tot patiënten met hoog-risico prognostische factoren.

1.Duska LR, Lim J, Boyle TAC et al. The BEV1L study: do real-world outcomes associated with the addition of bevazcizumab to first-line chemotherapy in patients with ovarian cancer reinforce clinical trial findings? Cancer 2025.35821

Summary: The USA nationwide BEV1L database study found that among real-world patients with stage III/IV epithelial ovarian cancer, the benefit of addition of bevacizumab to first-line chemotherapy was limited to patients with high-risk prognostic factors.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Patiënt-gerapporteerde uitkomsten van DESTINY-Breast04: T-DXd versus chemotherapie voor HER2-laag mBC (0)
2025-05-12 15:00   ( Nieuws )
Tags:  DESTINY-Breast04 PROs
Prof. Naoto UenoDe multinationale fase 3-studie DESTINY-Breast04 randomiseerde patiënten met eerder-behandeld HER2-laag metastatisch mammacarcinoom (mBC) 2:1 naar trastuzumab deruxtecan (T-DXd) of chemotherapie naar keus van de behandelaar. In 2022 is gepubliceerd dat de progressievrije overleving en overall survival significant langer waren in de T-DXd groep dan in de chemotherapiegroep. Prof. Naoto Ueno (University of Hawai’I Cancer Center, Honolulu) en collega’s publiceren nu in The Oncologist patiënt-gerapporteerde uitkomsten (PROs) van de studie.1

De nu gepubliceerde analyse includeerde 331 patiënten in de T-DXd groep en 163 in de chemotherapiegroep. De PROs werden prospectief bepaald met de QLQ-C30, QLQ-BR45, en EQ-5D-5L vragenlijsten. De baseline global health status/quality of life (GHS/QoL) verschilde niet significant tussen de beide groepen. De figuur laat de tijd tot definitieve verslechtering (TDD) zien voor GHS/QoL (panel A), pijn (B), en fysiek functioneren (C) tijdens de behandeling (mediane duur 8,2 maanden in de T-DXd groep en 3,5 maanden in de chemotherapiegroep).

De onderzoekers concluderen dat met T-DXd de GHS/QoL-score stabiel bleef gedurende mediaan 8,2 maanden behandeling, en vergeleken met chemotherapie resulteerde in langere TTD voor PROs. Het eerder-gerapporteerde PFS- en OS-profijt met T-DXd gaat niet ten koste van slechtere PROs.

1.Ueno NT, Cottone F, Dunton K et al. Patient-reported outcomes from DESTINY-Breast04: trastuzumab deruxtecan versus physician’s choice of chemotherapy in patients with HER2-low mBC. The Oncologist 2025.oyaf048

Summary: Patient-reported outcomes from DESTINY-Breast04 found that among patients with HER2-low metastatic breast cancer, trastuzumab deruxtecan compared with physician’s choice of chemotherapy maintained GHS/QoL scores and delayed definitive deterioration across all prespecified PROs.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter retrospectieve studie van pulsed electrical fields in de setting van recalcitrant stadium IV longcarcinoom (0)
2025-05-12 13:30   ( Nieuws )
Tags:  stage IV NSCLC PEF
Prof. William MooreOndanks recente vorderingen in de behandeling van gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) ervaren veel patiënten behandelfalen, resulterend in slechte prognose. Er is behoefte aan nieuwe behandelingen voor patiënten na falen van behandeling. Een retrospectieve studie in drie centra in de Verenigde Staten heeft pulsed electrical fields (PEF) voor patiënten met progressief stadium IV NSCLC na falen van eerdere behandeling geëvalueerd. Prof. William Moore (New York University Grossman School of Medicine) en collega’s publiceren de studie in Lung Cancer.1

De studie includeerde 41 patiënten die tussen begin 2023 en eind juni 2024 PEF kregen voor stadium IV NSCLC na falen van eerdere behandelingen. De progressievrije overleving en overall survival in dit cohort werden vergeleken met PFS en OS in een cohort van 50 propensity gematchte patiënten die systemische therapie kregen. De één-jaars percentages voor PFS en OS waren 63,2% respectievelijk 74,3% in het PEF-cohort vergeleken met 11,8% respectievelijk 33% in het controlecohort. De HR voor PFS in de PEF-groep was 3,66 (p<0,0001) en de HR voor OS in de PEF-groep was 3,5 (p=0,0007).

De onderzoekers concluderen dat de studie suggereert dat PEF-therapie geassocieerd kan zijn met significant betere PFS en OS dan systemische therapie onder patiënten met progressief stadium IV NSCLC. Deze conclusie dient te worden bevestigd in prospectieve gecontroleerde studies.

1.Moore WH, Silk M, Bhattacharji P et al. Early experience with PEF in the setting of recalcitrant stage IV lung cancer. Lung Cancer 2025.108575

Summary: A retrospective study in three centers in the USA found that pulsed electrical fields therapy may be associated with significantly improved PFS and OS in patients with progressive stage IV NSCLC compared to a matched cohort receiving systemic therapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter prospectieve studie van proton beam therapy voor mediastinaal Hodgkin lymfoom (0)
2025-05-12 12:00   ( Nieuws )
Tags:  MHL PBS
Dr. Kateřina DĕdečkováProtonentherapie met pencil beam scanning (PBS) is een gevorderde radiotherapietechniek die gezond weefsel kan ontzien en zo toxiciteit kan verminderen. Een prospectieve studie van de Czech Hodgkin Lymphoma Study Group heeft PBS voor mediastinaal Hodgkin lymfoom (MHL) geëvalueerd. Dr. Kateřina Dĕdečková (Proton Therapy Center Czech, Praag) en collega’s publiceren de studie in Radiotherapy & Oncology.1


De studie includeerde 162 patiënten die tussen mei 2013 en december 2020 PBS ondergingen voor MHL, en gevolgd werde tot april 2024. De mediane leeftijd was 32 jaar (range 18-79). De mediane dosering was 30 GyE (range 20-40). In 146 patiënten werd deep inspiration breath hold toegepast om targeting precisie te verhogen. De mediane follow-up was 59,1 maanden (range 4,0-120,1). Percentages voor ziektevrije overleving, overall survival, en lokale controle waren 95,1% respectievelijk 98,8% en 98,8%. De meest-waargenomen acute toxiciteiten waren slokdarm- en huidtoxiciteit. Graad 1 respectievelijk 2 mucositis van de slokdarm werd gezien in 76 patiënten (47%) respectievelijk 16 patiënten (10%), en graad 1 respectievelijk 2 dermatitis in 65 patiënten (40%) respectievelijk vier patiënten (3%), en graad 1 respectievelijk2 pulmonaire toxiciteit in acht patiënten (4,9%) en één patiënt. De meest-waargenomen late toxiciteit was graad 2 hypothyreoïdie in 37 patiënten (23%). Drie patiënten (1,8%) ondergingen coronaire interventies tijdens de follow-up, en in één patiënt werd levercelcarcinoom vastgesteld drie maanden na PBS.

De onderzoekers concluderen dat PBS voor MHL veilig was en effectief in termen van lokale controle en toxiciteit.

1.Dĕdečková K, Andrlik M, Móciková H et al. Proton beam therapy for mediastinal Hodgkin lymphoma: a prospective study of clinical efficacy and safety. Radiotherapy Oncol 2025.110931

Summary: A prospective study by the Czech Hodgkin Lymphoma Study Group found that proton beam therapy using pencil beam scanning for mediastinal Hodgkin lymphoma was safe and effective in terms of toxicity and local control.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van lazertinib voor gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom met ongebruikelijke EGFR-mutaties (0)
2025-05-11 15:00   ( Nieuws )
Tags:  NSCLC harboring uncommon EGFR mutations lazertinib
Dr. Min Hee HongOngebruikelijke EGFR-mutaties, die tussen 10 en 20% van de EGFR-mutaties in niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) uitmaken, zijn over het algemeen geassocieerd met slechte respons op EGFR-TKIs. Lazertinib is een derdegeneratie EGFR-TKI. Een multicenter fase 2-studie in Zuid-Korea heeft lazertinib voor gevorderd NSCLC met ongebruikelijke EGFR-mutaties geëvalueerd. Dr. Min Hee Hong (Yonsei Universiteit, Seoel) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Thoracic Oncology.1

De studie includeerde patiënten met gevorderd NSCLC met ongebruikelijke EGFR-mutaties met uitzondering van exon 20-inserties. De patiënten kregen lazertinib 240 mg eenmaal daags tot ziekteprogressie of niet-acceptabele toxiciteit. Het primaire eindpunt van de studie was objective response rate. Van de 36 geïncludeerde patiënten hadden 18 patiënten partiële respons, voor een ORR van 50% (95%-bti 34,5-65,5) waarmee het primaire eindpunt bereikt werd. De disease control rate was 88,9% (95%-bti 74,1-96,2). De mediane duur van respons was 15,1 maanden, en de mediane progressievrije overleving was 10,8 maanden (95%-bti 4,4-19,2). Onder patiënten met de meest-voorkomende ongebruikelijke mutaties (G719X, L861Q, S768I) was de ORR 54,8% (17/31). Onder patiënten met G719X-mutaties was de ORR 61% en de mediane PFS 20,3 maanden. Treatment-emergent adverse events werden gezien in alle patiënten, met graad 3 of hoger TRAEs in 33,3%.

De onderzoekers concluderen dat lazertinib veelbelovende werkzaamheid en een manageable veiligheidsprofiel had in patiënten met gevorderd NSCLC met ongebruikelijke EGFR-mutaties.

1.Park S, Ahn HK, Lee S et al. Lazertinib for patients with NSCLC harboring uncommon EGFR mutations: a phase II multi-center trial. J Thor Oncol 2025.05.006

Summary: A multicenter phase 2 study in South Korea found that lazertinib had promising activity for advanced NSCLC with uncommon EGFR mutations.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Lange-termijn risico van majeure cardiale gebeurtenissen na IMRT of 3D-CRT voor mammacarcinoom (0)
2025-05-11 12:00   ( Nieuws )
Tags:  KROG 15-03 study breast cancer
Dr. Jong Hoon LeeDe multicenter fase 3-studie KROG 15-03 in Zuid-Korea randomiseerde patiënten die borstsparende chirurgie (BCS) hadden ondergaan voor mammacarcinoom naar driedimensionale conformele radiotherapie (3D-CRT) of intensiteit-gemoduleerde radiotherapie (IMRT). In 2021 is gepubliceerd dat er geen significant verschil was tussen beide groepen in regionale tumorcontrole. Dr. Jong Hoon Lee (Katholieke Universiteit van Zuid-Korea, Suwon) publiceren publiceren nu in het International Journal of Cancer een secundaire analyse van de studie betreffende de associatie tussen stralingsdosering naar het hart en het lange-termijn risico van majeure cardiale gebeurtenissen (MCEs; angina pectoris of myocardinfarct of hospitalisatie voor aritmie).1

De analyse includeerde 643 patiënten die na BCS 3D-CRT of IMRT ondergingen. De mean heart dose (MHD) was 2,1 Gy, en de cumulatieve incidentie van MCEs was 1,8% na 6,5 jaar follow-up. De cumulatieve incidentie van MCEs was 1,1% in de subgroep met een MHD lager dan 2,9 Gy en 3,3% in de subgroep met een MHD 2,9 Gy of hoger (p=0,010) en 0,9% in de subgroep van patiënten in de leeftijd van 55 jaar of jonger en 3,3% in de subgroep van patiënten ouder dan 55 jaar (p=0,006). In multivariate analyse waren MHD (HR 1,21 per 1 Gy; p=0,044) en leeftijd (HR 1,07 per 1 jaar; p=0,034) significante voorspellende factoren voor MCEs.

De onderzoekers concluderen dat MHD en leeftijd voorspellend zijn voor MCEs na BCS en radiotherapie voor mammacarcinoom.

1.Kang NK, Choi KH, Jeong JU et al. Long-term risk of major cardiac events in breast cancer patients treated with intensity-modulated and 3-dimensional conformal radiotherapy: secondary analysis of a randomized clinical trial. Int J Cancer 2025.35476

Summary: Secondary analysis of a phase 3 trial in South Korea found that among patients undergoing breast-conserving surgery, mean heart dose of 3D-CRT or IMRT and age were significant factors for major adverse cardiac events.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)