Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Retrospectieve cohortstudie van waarde van toevoegen van chirurgie aan immuuntherapie voor metastatisch melanoom (0)
2025-07-24 12:00   ( Nieuws )
Tags:  metastatic melanoma adding surgery to immunotherapy
Dr. Hilary KellerOnder patiënten met stadium IV cutaan melanoom is de toevoeging van chirurgie aan immuuntherapie geassocieerd met verbetering van de uitkomsten, maar het is niet duidelijk welke patiënten op basis van de locatie van metastase profijt hebben van de toevoeging van chirurgie. Een retrospectieve analyse van gegevens in de National Cancer Database heeft het profijt van eerstelijns immuuntherapie plus chirurgie geïnventariseerd voor patiënten met uiteenlopende metastaselocaties. Dr. Hilary Keller (Saint John’s Cancer Institute, Santa Monica CA) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Surgery.1

In de NCDB over de periode van 2016 tot en met 2019 identificeerden de onderzoekers 11.41 patiënten met stadium IV melanoom, onder wie 4630 (40,6%) met een enkele metastaselocatie: 25,3% in de long; 22,5% in de hersenen; 11,8% afstands-lymfeklieren (LN); 8,3% in de lever; 7% in het bot; en 25,2% overige locaties. Combinatie van chirurgie en eerstelijns immuuntherapie was geassocieerd met beter vijf-jaars OS-percentage onder patiënten met metastase in de long (69,9%), afstands-LN (69,6%), en hersenen (51,3%) vergeleken met alleen eerstelijns immuuntherapie (50,8% respectievelijk 43,7% en 41,7%). Onder patiënten met meer dan één metastaselocatie (n=6023) was alleen chirurgie geassocieerd met betere OS dan chirurgie plus immuuntherapie of alleen immuuntherapie.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met stadium IV melanoom de locatie van de metastase in overweging dient te worden genomen bij de keus voor al of niet toevoegen van chirurgie aan eerstelijns immuuntherapie.

1.Keller HR, Hanes DA, McCabe JK et al. Metastatic melanoma outcomes and the evolving role of surgery in the immunotherapy era. JAMA Surg 2025.2334

Summary: A retrospective stage IV melanoma cohort study using the National Cancer Database found differences in outcomes of addition of surgery to first-line immunotherapy on the basis of location of the metastasis.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve studie van mortaliteit na gebruik van spoedeisende hulp voorafgaand aan diagnose van een maligniteit (0)
2025-07-23 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ED use prior to cancer diagnosis mortality
Dr. Keeral GrewalMeer dan één op de drie patiënten in Canada bezoekt de afdeling spoedeisende hulp (ED) voorafgaand aan de diagnose van een maligniteit. Een retrospectieve studie in Ontario heeft de associatie tussen gebruik van de ED in de negentig dagen voorafgaand aan de diagnose van een maligniteit en mortaliteit geïnventariseerd. Dr. Keeral Grewal (Schwartz/Reisman Emergency Medicine Institute, Toronto) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1


De studie includeerde patiënten met ED-gebruik in de negentig dagen voorafgaand aan een diagnose van een maligniteit tussen begin 2014 en eind 2021, die 1:1 werden gematcht voor geslacht en jaar van diagnose met patiënten zonder ED-gebruik voorafgaand aan diagnose van een maligniteit, en vervolgens propensity score gematcht werden. Beide groepen telden 205.060 patiënten. De gemiddelde leeftijd was 67,4 ± 15,0 jaar, en 52% van de patiënten waren mannen. De overall mortaliteit tijdens ten hoogste zeven jaar follow-up was 49,7%: 61,7% in de groep met ED-bezoek en 37,8% in de groep zonder ED-bezoek. De figuur laat zien dat de mortaliteit significant hoger was in de groep met ED-bezoek dan in de groep zonder ED-bezoek. De HR na dertig dagen was 4,49 (95%-bti 4,40-4,58); na één jaar 1,85 (1,82-1,88); na drie jaar 1,48 (1,46-1,50); en na zeven jaar 1,05 (1,01-1,09).

De onderzoekers concluderen dat gebruik van spoedeisende hulp in de negentig dagen voor diagnose van een maligniteit geassocieerd was met verhoogd risico van all-cause mortality dat ook na zeven jaar nog statistisch significant was.

1.Grewal K, Calzavara A, McLeod SL et al. Emergency department use prior to cancer diagnosis and mortality. JAMA Network Open 2025;8:e2522585

Summary: A retrospective, population-based cohort study in Ontario found that patients with ED use prior to a cancer diagnosis had statistically significant higher risk of mortality compared with matched patients without ED use.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 3-studie van achterwege laten van mediastinale lymfeklierdissectie in GGO-dominant longadenocarcinoom (0)
2025-07-23 13:30   ( Nieuws )
Tags:  GGO-dominant LUAD LND
Prof. Haiquan ChenSystematische mediastinale lymfeklierdissectie (LND) wordt aanbevolen voor patiënten met vroeg-stadium niet-kleincellig longcarcinoom. Een multicenter fase 3 studie in China heeft de noninferioriteit van achterwege laten van LND onder patiënten met ground glass opacity (GGO)-dominant invasief longadenocarcinoom geïnventariseerd. Prof. Haiquan Chen (Fudan Universiteit, Shanghai) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde 302 patiënten die gerandomiseerd werden naar systematische mediastinale LND of geen LND. Het primaire eindpunt was drie-jaars ziektevrije overleving. Bij interimanalyse werd in geen van beide armen lymfekliermetastase gezien. Patiënten in de arm zonder LND hadden significant kortere duur van chirurgie (gemiddeld 74 versus 109 minuten; p<0.001), minder bloedverlies (gemiddeld 44 versus 82 ml; p=0,033), en korter postoperatief verblijf in het ziekenhuis (gemiddeld 3,9 versus 4,5 dagen; p=0.002), en geen lymfadenectomie-gerelateerde complicaties versus één geval van cyclothorax en één geval van intraoperatieve massieve bloeding in de LND-arm. De studie werd na de interimanalyse gesloten.

De onderzoekers concluderen dat systematische LND niet langer dient te worden aanbevolen voor patiënten met GGO-dominant longadenocarcinoom.

1.Zhang Y, Qian B, Song Q et al. Phase III study of mediastinal lymph node dissection for ground glass opacity-dominant lung adenocarcinoma. J Clin Oncol 2025-00610

Summary: A multicenter phase 3 trial in China found noninferiority of avoiding systemic mediastinal lymph node dissection in ground glass opacity-dominant invasive lung adenocarcinoma.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Cohortstudie van associatie van prediagnostische serumwaarden van syndecan-4 met risico van mammacarcinoom (0)
2025-07-23 11:51   ( Nieuws )
Tags:  SDC4 breast cancer
Dr. Hege HaugnesSyndecanen zijn transmembraan-eiwitten die betrokken zijn bij inflammatie- en signaleringsroutes. Een patiënt-controlestudie in Noorwegen heeft de associatie tussen prediagnostische serumwaarden van syndecan-4 (SDC4) en het risico van mammacarcinoom geïnventariseerd. Dr. Hege Haugnes (Arctische Universiteit van Noorwegen, Tromsø) en collega’s publicerenn de studie in Breast Cancer Research and Treatment.1

De studie werd uitgevoerd in het cohort van de Tromsø-studie. Onder vrouwen die in 2001 bloedmonsters afstonden in het kader van de vijfde ronde van de Tromsø-studie werd tijdens de follow-up tot en met 2022 mammacarcinoom vastgesteld in 158 (‘cases’). De mediane leeftijd van deze patiënten bij diagnose was 69 jaar; en 83% van de tumoren waren HR-positief. De controls waren 708 random gekozen vrouwen die eveneens in 2001 bloedmonsters hadden afgestaan maar geen mammacarcinoom hadden ontwikkeld. In de bloedmonsters bepaalden de onderzoekers de gehalten van SDC-4 en SDC1. De figuur laat de uitkomsten van de analyses zien. Het risico van mammacarcinoom was verdubbeld voor vrouwen in de kwartielen 2 tot en met 4 van het SDC-4 gehalte vergeleken met vrouwen in het eerste kwartiel, en het risico van het HR-positief subtype was bijna verdrievoudigd in de kwartielen 2 tot en met 4 (Q2 versus Q1: HR 3,81; 95%-bti 1,57-9,23; Q3 versus Q1: HR 3,43; 95%-bti 1,41-8,40; Q4 versus Q1: HR 3,54; 95%-bti 1,45-8,65). SDC1-gehalten waren niet geassocieerd met het risico.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten wijzen op een rol van SDC4 bij de ontwikkeling en vroege progressie van mammacarcinoom.

1.Gabrielsen E, Wilsgaard T, Frydenberg H et al. Higher pre-diagnostic serum syndecan-4 levels are associated with increased breast cancer risk: a case-cohort study. Breast Cancer Res Treat 2025-07786-4

Summary: A case-control analysis in the cohort of the Tromsø study (Norway) found evidence for a role of syndecan-4 in the initiation and early progression of breast cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van respons-aangepaste deëscalatie van behandeling na neoadjuvant pembrolizumab in resectabel cSCC (0)
2025-07-22 15:00   ( Nieuws )
Tags:  De-Squamate study
Dr. Rahul LadwaNeoadjuvant pembrolizumab voor cutaan squameus celcarcinoom (cSCC) leidt tot hoge percentages patiënten met pathologisch complete respons (pCR). De multicenter fase 2-studie De-Squamate in Australië heeft de veiligheid en werkzaamheid van respons-aangepaste deëscalatie van chirurgie en radiotherapie na neoadjuvant pembrolizumab geëvalueerd. Dr. Rahul Ladwa (University of Queensland, Brisbane) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1




De studie includeerde patiënten die vier neoadjuvante cycli pembrolizumab 200 mg eens per drie weken kregen en vervolgens FDG-PET bepaling ondergingen. Patiënten met klinisch complete respons (cCR), gedefinieerd als complete metabole respons en negatieve biopsie van de targe site(s), vermeden de geplande chirurgie en radiotherapie (‘totale deëscalatie’). Patiënten zonder cCR ondergingen chirurgie en konden in geval van pathologisch complete respons (pCR) adjuvante radiotherapie vermijden (‘partiële deëscalatie’). Alle patiënten kregen dertien additionele cycli pembrolizumab.

Onder de 27 geïncludeerde patiënten werd cCR gezien in 13 patiënten (48%) voor totale deëscalatie en pCR in 4 patiënten (15%) voor partiële deëscalatie. Tijdens mediaan 18 maanden follow-up werd in geen van deze patiënten recidief gezien. Graad 3 of 4 treatment-related adverse events werden gezien in twee patiënten (7%); er waren geen graad 5 TRAEs.

De onderzoekers concluderen dat neoadjuvant pembrolizumab resulteerde in een hoog percentage patiënten met cSCC die in aanmerking kwamen voor partiële of totale deëscalatie van de behandeling.

1.Ladwa R, Lee JH, McGrath M et al. Response-adapted surgical and radiotherapy de-escalation in resectable cutaneous squamous cell cancer using pembrolizumab: the De-Squamate study. J Clin Oncol 2025-00387

Summary: The multicenter phase 2 De-Squamate study in Australia found that among patients with resectable cSCC, neoadjuvant pembrolizumab enabled the potential to avoid surgery and radiotherapy in patients with favorable FDG-PET response.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve cohortstudie van frequent gemiste mogelijkheden voor vroegere diagnose van gevorderd CRC of NSCLC (0)
2025-07-22 13:30   ( Nieuws )
Prof. Hardeep SinghGemiste of vertraagde diagnosen van een maligniteit zijn geassocieerd met slechtere uitkomsten. Een retrospectieve cohortstudie van twee gezondheidszorgsystemen in de Verenigde Staten heeft frequentie van gemiste mogelijkheden voor vroegere diagnose van gevorderd colorectaalcarcinoom en niet-kleincellig longcarcinoom geïnventariseerd. Prof. Hardeep Singh (Baylor College of Medicine, Houston TX) en collega’s publiceren de studie in JAMA Internal Medicine.1

De cohortstudie includeerde patiënten van het Department of Veterans Affairs (VA) systeem en van Geisinger Health System, met een diagnose CRC of NSCLC tussen begin 2016 en eind 2020, en tenminste één bezoek aan eerstelijns gezondheidszorg in de twee jaar voorafgaand aan de diagnose. Een random sample van honderd gevorderd-stadium patiënten per type maligniteit voor VA en Geisinger werd handmatig bestudeerd met een twee-jaar look-back periode. Als maat voor gemiste mogelijkheid van vroege diagnose hanteerden de onderzoekers het aantal patiënten met nieuw-gediagnostiseerd stadium III of IV ziekte gedeeld door het aantal patiënten met nieuw-diagnostiseerde alle stadia maligniteiten.

De studie includeerde 37.691 VA-patiënten met 2914 Geisinger-patiënten met NSCLC, en 14.672 VA-patiënten en 627 Geisinger-patiënten met CRC. Het percentage gevorderd-stadium NSCLC was 45,9% onder de VA-patiënten en 58,3% onder de Geisinger-patiënten, met frequent gemiste mogelijkheden van eerdere diagnose (58,9% respectievelijk 77,8%). Het percentage gevorderd-stadium CRC was 33,2% onder de VA-patiënten en 36,2% onder de Geisinger-patiënten, met gemiste mogelijkheden voor 66,3% respectievelijk 69,7%. De mediane diagnostische vertragingen in het cohort liepen uiteen van één tot twintig maanden.

De onderzoekers concluderen dat de analyse frequentie van gemiste mogelijkheden voor vroege diagnose heeft geïnventariseerd.

1.Zimolzak AJ, Kapadia P, Upadhyay DK et al. Frequent missed opportunities for earlier diagnosis of advanced-stage colorectal or lung cancer. JAMA Intern Med 2025.2875

Summary: A retrospective study at two US health systems found that an advanced-stage cancer digital quality measure can help identify preventable delays in cancer diagnosis.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multinationale fase 1b-studie van tarlatamab voor neuro-endocrien prostaatcarcinoom (0)
2025-07-22 12:00   ( Nieuws )
Tags:  DeLLpro-300
Dr. Rahul AggarwalNeuro-endocrien prostaatcarcinoom (NEPC) is een agressieve vorm van prostaatcarcinom met slechte prognose en beperkte behandelingsopties. In NEPC wordt frequent expressie van delta-like ligand 3 (DLL3) gezien. De multinationale fase 1b-studie DeLLpro-300 heeft de bispecifieke T-cell engager tarlatamab (die cytoxische T-cellen naar DLL3-positieve cellen brengt) voor NEPC geëvalueerd. Dr. Rahul Aggarwal (University of California San Francisco) en collega’s publiceren de studie in Clinical Cancer Research.1

De studie includeerde 40 patiënten met metastatisch NEPC, onder wie 18 patiënten met DLL3-positieve tumoren, 14 patiënten met DLL3-negatieve tumoren, en 8 patiënten met DLL3-onbekend tumoren. De meest-waargenomen treatment-related adverse events waren cytokine release syndrome (geen graad 4 of 5; alleen tijdens de eerste cyclus), dysgeusie, en verminderde eetlust. De objective response rate was 10,5% (95%-bti 2,9-24,8) en de mediane duur van response was 7,3 maanden in het gehele cohort. Patiënten met DLL3-positieve tumoren (versus de andere patiënten hadden hogere ORR (22,2% versus 0) en hoger radiografisch progressievrije-overlevingspercentage na zes maanden (27,7% versus 0).

De onderzoekers concluderen dat de studie voorlopige evidentie leverde voor veiligheid en antitumorwerkzaamheid van tarlatamab voor DLL3-positief NEPC.

1.Aggarwal R, Rottey S, Bernard-Tessier et al. Safety and efficacy of tarlatamab in patients with neurendocrine prostate cancer: results from the phase 1b DeLLpro-300 study. Clin Cancer Res 2025-1211

Summary: The multinational phase 1b trial DeLLpro-300 found preliminary evidence for the safety and antitumor efficacy of tarlatamab in DLL3-positive neuroendocrine prostate cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van gedeëscaleerd neoadjuvant nab-paclitaxel plus pyrotinib en trastuzumab voor intrinsiek HER2-verrijkt mammacarcinoom (0)
2025-07-21 15:00   ( Nieuws )
Tags:  NJMU-BC01
Dr. Wenbin ZhouEr is behoefte aan nieuwe neoadjuvante gedeëscaleerde-chemotherapie strategieën voor HER2-positief mammacarcinoom. Pyrotinib is een irreversibele pan-HER receptor TKI. De multicenter fase 2-studie NJMU-BC01 in China heeft de neoadjuvante combinatie van gedeëscaleerd nab-paclitaxel met pyrotinib en trastuzumab geëvalueerd voor intrinsiek HER2-verrijkt mammacarcinoom. Dr. Wenbin Zhou (Medische Universiteit Nanjing) en collega’s publiceren de studie in eClinicalMedicine.1

De studie includeerde 74 patiënten met HER2-positief mammacarcinoom (klinisch stadium IIA-IIIC). De patiënten kregen eenmaal pyrotinib 400mg plus zes drie-weekse cycli van trastuzumab (8mg/kg loading dose gevolgd door 6 mg/kg maintenance dose) en nab-paclitaxel 260 mg/m2 op dag één van elke cyclus. Onder de 43 patiënten met BluePrint HER2-verrijkt mammacarcinoom hadden 23 totale pathologisch complete respons in borst en axilla (53%; 95%-bti 38-69) en hadden 28 borst-pCR (65%; 49-79). Onder de 23 patiënten met non-HER2 verrijkte subtypen hadden 7 tpCR (30%; 95%-bti 13-53) en hadden 10 bpCR (43%; 23-66). Onder de 66 patiënten met een MammaPrint risicoscore-index was het percentage met tpCR in de MammaPrint ultra-high groep (24 van 39) significant hoger dan in de MammaPrint high groep (6 van 26; p=0,0024). Met mediaan 19,9 maanden follow-up (IQR 15,5-25,4) werden geen gevallen van redicief, metastase of overlijden gezien. Graad 3 of 4 treatment-related adverse events werden gerapporteerd voor 23% van de patiënten; er waren geen graad 5 TRAEs en geen patiënten die de behandeling discontinueerden vanwege ziekteprogressie tijdens de neoadjuvante therapie.

De onderzoekers concluderen dat dit regime van neoadjuvante gedeëscaleerde chemotherapie veelbelovende werkzaamheid had voor BluePrint HER2-verrijkt mammacarcinoom.

1.Pan H, Ren Y, Zha M et al. De-escalated neoadjuvant nab-paclitaxel combined with pyrotinib and trastuzumab in intrinsic HER2-enriched breast cancer (NJMU-BC01): a multicenter, single-arm, phase 2 trial. eClinMed 2025.103376

Summary: The multicenter phase 2 NJMU-BC01 trial multicenter phase 2 NJMU-BC01 trial in China found promining efficacy of a de-escalated chemotherapy regimen for intrinisic HER2-enriched breast cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)