Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Risicofactoren voor primaire botmaligniteit in overlevers van maligniteiten tijdens de jeugd (0)
2023-05-28 15:00   ( Nieuws )
Tags:  childhood cancer survivors risk factors for primary bone cancer
Dr. Raoul ReulenBestraling naar het bot en blootstelling aan alkylerende middelen verhoogt het risico van botmaligniteiten in overlevers van maligniteiten tijdens de jeugd (CCSs), maar er is geen duidelijkheid over schadelijke effecten van stralingsdosering naar het bot lager dan 10 Gy en de doserings-respons relatie van specifieke typen chemotherapie. Een patiënt-controlestudie in twaalf Europese landen is uitgevoerd om meer duidelijkheid te krijgen. Dr. Raoul Reulen (University of Birmingham, UK) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1


Binnen een cohort van 69,460 tenminste vijf-jaar overlevers selecteerden de onderzoekers 228 patiënten met primaire botmaligniteit en 228 controlepatiënten. De OR geassocieerd met blootstelling van botweefsel aan 1 tot 5 Gy was 4,8 (95%-bti 1,2-19,6) en met blootstelling van 5 tot 10 Gy was 9,6 (2,4-37,4) vergeleken met niet-blootgesteld botweefsel. De OR nam lineair toe met toenemende stralingsdosering (p voor trend <0,001) tot 78 (95%-bti 9,2-669,9) voor doseringen van 40 Gy of hoger. Voor cumulatieve doseringen van alkylerende middelen 10.000-20.000 en meer dan 20.000 mg/m2 waren de voor straling gecorrigeerde ORs 7,1 (95%-bti 2,2-22,8) respectievelijk 8,3 (2,8-24,4) met onafhankelijke bijdragen van procarbazine, ifosfamide, en cyclofosfamide. Andere cytoxische middelen waren niet geassocieerd met botmaligniteit.

De onderzoekers concluderen dat onder CSSs blootgesteld zijn aan lage stralingsdoseringen naar het bot geassocieerd was met aanzienlijk verhoogd risico van botmaligniteit, terwijl blootgesteld zijn aan meer dan 10.000 mg/m2 alkylerende middelen (met name procarbazine, ifosfamide, en cyclofosfamide) eveneens geassocieerd was met substantiële verhoging van het risico.

1.Reulen RC, Winter DL, Diallo I et al. Risk factors for primary bone cancer after childhood cancer: a pancare childhood and adolescent cancer survivor care and follow-up studies nested case-control study. J Clin Oncol 2023; epub ahead of print

Summary: A case-control study in 12 European countries investigated the risks of subsequent primary bone cancer among childhood cancer survivors. The risk of bone cancer was 5- to 10-fold increased after exposure of bone tissue to cumulative radiation doses of 1-9 Gy, indicating that the risk at these doses is far greater than previous studies suggested. Exposure to alkylating agents exceeding 10,000 mg/m2 increased the risk of bone cancer 7- to 8-fold.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van docetaxel en trametinib voor KRAS-mutatiepositief recidiverend niet-kleincellig longcarcinoom (0)
2023-05-28 13:30   ( Nieuws )
Tags:  KRAS mutation positive rNSCLC docetaxel and trametinib
Dr. Shirish GadgeelHet is denkbaar dat de werkzaamheid van MEK-remmers voor KRAS-mutatiepositief niet-kleincellig longcarcinoom (KRAS+ NSCLC) uiteenloopt met verschillende specifieke KRAS-mutaties en comutaties. De multicenter fase 2-studie SWOG S1507 in de Verenigde Staten heeft de werkzaamheid van de combinatie van docetaxel en trametinib voor recidiverend KRAS+ NSCLC en specifiek KRAS G12C NSCLC geïnventariseerd. Dr. Shirish Gadgeel (Henry Ford Cancer Institute, Detroit MI) en collega’s publiceren de studie in Clinical Cancer Research.1




SWOG S1507 includeerde 53 patiënten met KRAS+ NSCLC, onder wie 18 met de G12C-mutatie. Respons op docetaxel-trametinib werd gezien in 34% (95%-bti 22-48) van alle patiënten en 28% (10-53) van de patiënten met de G12C-mutatie. De mediane PFS was 4,1 respectievelijk 3,3 maanden, en de mediane OS was 10,9 respectievelijk 8,8 maanden. Veel-gerapporteerde toxiciteiten waren vermoeidheid, diarree, misselijkheid, rash, anemie, mucositis, en neutropenie. Onder 26 patiënten met bekende status voor TP53 (10+ve) en STK11 (5+ve) waren OS (HR 2,85; 95%-bti 1,16-7,01) en response rate (0% versus 56%; p=0,004) slechter onder patiënten met TP53-gemuteerde versus wildtype tumoren.

De onderzoekers concluderen dat de combinatie van docetaxel en trametinib actief was onder de patiënten met recidiverend KRAS+ NSCLC, en (in tegenspraak met preklinische resultaten) geen betere activiteit had onder patiënten met de G12C-mutatie. De studie laat impact van comutaties op de werkzaamheid van KRAS-gerichte behandelingen zien.

1.Gadgeel SM, Miao J, Riess JW et al. Phase II study of docetaxel and trametinib in patients with KRAS mutation positive recurrent non-small cell lung cancer (NSCLC (SWOG S1507, NCT-02642042). Clin Cancer Res 2023; epub ahead of print

Summary: The multicenter phase 2 SWOG S1507 trial found that the combination of docetaxel and trametinib was active for recurrent NSCLC with KRAS mutations. The combination showed no improved efficacy among patients with specific G12C mutation (versus overall KRAS mutated tumors). Co-mutation of TP53 was associated with worse efficacy of the combination.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Associatie tussen medisch gediagnostiseerde postnatale infectie en het risico van maligniteiten in kinderen (0)
2023-05-28 12:00   ( Nieuws )
Tags:  medically diagnosed postnatal infection childhood cancer
Dr. Julia HeckEr is geen duidelijkheid over de associatie tussen infectie en het risico van maligniteiten in kinderen. Een patiënt-controlestudie in Denemarken heeft de associatie tussen in medische dossiers geregistreerde postnatale infectie en het risico van maligniteiten in patiënten in de leeftijd tot 20 jaar geïnventariseerd. Dr. Julia Heck (University of California, Los Angeles) en collega’s publiceren de studie in het International Journal of Cancer.1

De studie includeerde 4125 patiënten met childhood cancer tussen 1978 en 2017, en 103.526 controlepersonen, met de patiënten gematcht voor geslacht en week van geboorte. Medisch gediagnostiseerde postnatale infectie was positief geassocieerd met een groot aantal maligniteiten voor de leeftijd van 20 jaar, waaronder ALL (aOR 1,42; 95%-bti 1,23-1,63), AML (1,80; 1,28-2,52), non-Hodgkin lymfoom (1,53; 1,19-1,97), en tumoren van het centraal zenuwstelsel (1,57; 1,39-1,77). Een hoger aantal infectie-episoden was geassocieerd met verhoogd risico van deze maligniteiten. Specifieke infecties zoals darm- en urineweginfecties waren eveneens sterk geassocieerd met specifieke typen maligniteiten.

De onderzoekers concluderen dat kinderen die later een maligniteit zullen ontwikkelen ongunstige reactie hebben op postnatale infecties die medische interventie noodzakelijk maken.

1.Sirirungreun A, Hansen J, Ritz B, Heck JE. Association between medically diagnosed postnatal infection and childhood cancers: a matched case-control study in Denmark, 1978 to 2016. Int J Cancer 2023; epub ahead of print

Summary: A case-control study in Denmark found an association between medically diagnosed postnatal infections and development of childhood cancers.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Impact van gebruik van PET-CT op stadiëring in patiënten met lokaal-gevorderd mammacarcinoom (0)
2023-05-27 15:00   ( Nieuws )
Tags:  LABC PET-CT versus conventional staging
Prof. Mark LevinePatiënten met lokaal-gevorderd mammacarcinoom (LABC) ondergaan bij presentatie gewoonlijk stadiëring. Een studie in zes centra in Canada heeft de meerwaarde van 18F-PET-CT in deze stadiëring boven conventionele testen (botscan, CT van romp en bekken) geïnventariseerd. Prof. Mark Levine (McMaster University, Hamilton ON) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde patiënten met LABC, die werden gerandomiseerd naar whole-body PET-CT (n=184) of conventionele stadiëring. Upstaging naar stadium IV vond plaats in 43 PET-CT patiënten (23%) versus 21 conventioneel gestadieerde patiënten (11%; p=0,002). Verandering van het behandelplan vond plaats in 35 van 43 upstaged PET-CT patiënten (81,3%) en 20 van de 21 upstaged conventioneel-gestadieerde patiënten (95,2%). Gecombineerde-modaliteitentherapie (CMT: neoadjuvant chemotherapie, chirurgie, en radiotherapie) ondergingen 149 patiënten in de PET-CT groep (81,0%) versus 165 patiënten in de conventioneel-gestadieerde groep (89,2%; p=0,03).

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met LABC, PET-CT meer afstandsmetastasen detecteerde dan conventionele stadiëring, en dat minder PET-CT patiënten CMT kregen. De studie demonstreert de bruikbaarheid van PET-CT voor stadiëring in LABC.

1.Dayes IS, Metser U, Hodgson N et al. Impact of 18F-labeled fluorodeoxyglucose positron emission tomography-computed tomography versus conventional staging in patients with locally advanced breast cancer. J Clin Oncol 2023; epub ahead of print

Summary: A multicenter randomized controlled trial in Canada compared whole-body PET-CT with conventional tests for staging in LABC patients. More than twice as many PET-CT were upstaged to stage IV than conventionally staged patients.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Impact van introductie van adjuvante behandeling voor stadium III melanoom op overleving (0)
2023-05-27 13:30   ( Nieuws )
Tags:  adjuvant treatment for stage III melanoma overall survival
Dr. Hildur HelgadottirIntroductie van adjuvante behandelingen met PD-1 remmers of BRAF + MEK remmers heeft geresulteerd in significante verlenging van recidiefvrije overleving van patiënten met stadium III melanoom. Op basis van deze waarnemingen zijn deze behandelingen goedgekeurd en in veel landen geïmplementeerd. De impact van deze introductie op de overall survival is nog niet duidelijk. Een nationwide studie in Zweden heeft deze impact geïnventariseerd. Dr. Hildur Helgadottir (Karolinska Instituut, Stockholm) en collega’s publiceren de studie in het Journal of the National Cancer Institute.1

In het Swedish Melanoma Registry identificeerden de onderzoekers gegevens van 1371 patiënten die tussen begin 2016 en eind 2020 behandeld werden voor stadium III melanoom. Er waren 634 patiënten die werden behandeld voor de introductie van adjuvante behandeling in juli 2018 (pre-cohort), en 737 patiënten in het post-cohort. De twee-jaars OS-percentages waren 84,3% in het pre-cohort en 86,1% in het post-cohort (aHR 0,91; p=0,51). Er waren evenmin significante verschillen in OS of melanoom-specifike overleving in subgroepen onderscheiden op basis van leeftijd, geslacht, of tumorkenmerken.

De onderzoekers concluderen dat introductie van adjuvante behandelingen voor stadium III melanoom niet heeft geresulteerd in verbetering van de OS.

1.Helgadottir H, Ny L, Ullenhag GJ et al. Survival after introduction of adjuvant treatment in stage III melanoma: a nationwide registry-based study. J Natl Cancer Inst 2023;djad081

Summary: Introduction of adjuvant treatments for stage III melanoma in Sweden did not result in improved overall survival

  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Vroege voorspellers van respons of progressie met eerstelijns atezolizumab plus bevacizumab voor levercelcarcinoom (0)
2023-05-27 12:00   ( Nieuws )
Tags:  atezo-bev for HCC early prediction of response or progression
Dr. Norikazu TanabeCombinatie van atezolizumab en bevacizumab (azeto-bev) als eerstelijns behandeling voor niet-resectabel levercelcarcinoom (uHCC) heeft tot veelbelovende resultaten geleid, maar in sommige patiënten wordt toch progressie gezien. Een retrospectieve studie in het ziekenhuis van de universiteit van Yamaguchi (Japan) heeft gezocht naar voorspellers van vroege respons of progressie met eerstelijns atezo-bev voor uHCC. Dr. Norikazu Tanabe en collega’s publiceren de studie in Cancers.1


De studie includeerde 154 patiënten. In de groep met hoog baseline AFP (20 mg/ml of hoger) was afname van AFP met meer dan 30% een onafhankelijke voorspeller van objectieve respons (OR 5,52; p=0,0032). In de groep met laag baseline AFP (lager dan 20 ng/ml) was baseline des-gamma-carboxy protrombine (DCP)-niveau lager dan 40 mAU/ml een onafhankelijke voorspeller van objectieve respons (OR 3,98; p=0,026). Onafhankelijke voorspellers van vroege progressie waren toename van AFP met 30% of meer na drie weken (OR 4,08; p=0,026) en aanwezigheid van extrahepatic spread (OR 3,68; p=0,034) in de groep met hoge AFP, en up-to-seven criteria (OR 15,76; p=0,026) in de groep met lage AFP.

De onderzoekers concluderen dat vroege AFP-veranderingen, baseline DCP, en tumorbelastingscriteria bruikbare voorspellers zijn van respons van uHCC op eerstelijns atezo-bev.

1.Tanabe N, Saeki I, Aibe Y et al. Early prediction of response focused on tumor markers in atezolizumab plus bevacizumab therapy for hepatocellular carcinoma. Cancers 2023;15:2927

Summary: A retrospective study at Yamaguchi University Hospital (Japan) found that among patients receiving first-line atezolizumab plus bevacizumab for unresectable hepatocellular carcinoma, found that early AFP changes, baseline DCP, and tumor burden were useful criteria in predicting response to treatment.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van CPX-351 voor hoger-risico myelodysplastisch syndroom en chronische myelomonocytische leukemie (0)
2023-05-26 15:00   ( Nieuws )
Tags:  MDS and CMML CPX-351
Dr. Pierre PeterlinCPX-351 is een geïncapsuleerde vorm van cytarabine en daunorubicine. Een fase 2-studie in twaalf centra in Frankrijk heeft veiligheid en werkzaamheid geïnventariseerd van CPX-351 voor hoger-risico myelodysplastisch syndroom (MDS) en chronische myelomonocytische leukemie (CMML). Dr. Pierre Peterlin (Universiteitsziekenhuis Nantes) en zijn collega’s van de Groupe Francophone des Myélodysplasies publiceren de studie in The Lancet Haematology.1

De studie includeerde 31 patiënten (21 mannen en 10 vrouwen) met nieuw-gediagnostiseerd hoger-risico MDS of CMML en een ECOG performance status 0 of 1. Ze kregen intraveneus CPX-351 (cytarabine 100 mg/m2 en daunorubicine 44 mg/m2) op dagen één, drie en vijf van de inductiebehandeling. Patiënten zonder tenminste partiële respons kregen een tweede inductiecyclus met dezelfde doseringen op dagen één en drie. Patiënten met respons konden vier maandelijkse consolidatiecycli (zelfde doseringen op dag één) of allogene hematopoïetische stamceltransplantatie (allo-HSCT) ondergaan.

Het primaire eindpunt van de studie was percentage patiënten met respons na één of twee inductiecycli. Respons werd gezien in 27 patiënten (ORR 87%; 95%-bti 70-96). Zestien patiënten (52%) kregen tenminste één consolidatiecyclus, en 29 patiënten (94%) ondergingen allo-HSCT. De meest-gerapporteerde graad 3 of 4 adverse events waren pulmonair (26% van de patiënten) of cardiovasculair (19%). Geen van de patiënten overleed aan gevolgen van de behandeling.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met hoger-risico MDS of CMML CPX-351 actief en veilig is en bridging naar allo-HSCT mogelijk maakt in de meeste patiënten.

1.Peterlin P, Le Bris Y, Turlure P et al. CPX-351 in higher risk myelodysplastic syndrome and chronic myelomonocytic leukaemia: a multicentre, single-arm, phase 2 study. Lancet Haematol 2023; epub ahead of print

Summary: A phase 2 trial at 12 centers in France found that CPX-351 was active and safe in patients with higher-risk MDS and CMML, allowing bridging to allo-HSCT in most patients.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Olvimulogene nanivacirepvec gevolgd door chemotherapie voor eerder-behandeld platina-resistent of refractair ovariumcarcinoom (0)
2023-05-26 13:30   ( Nieuws )
Tags:  phase 2 VIRO-15 trial PRROC Olvi-Vec
Dr. Robert HollowayPatiënten met platina-resistent of platina-refractair ovariumcarcinoom (PRROC) hebben weinig therapeutische opties. Olvimulogene nanivacirepvec (Olvi-Vec) is een gemodificeerd oncolytisch vaccinia virus dat selectief maligne cellen infecteert. De multicenter niet-gerandomiseerde fase 2-studie VIRO-15 in de Verenigde Staten heeft de activiteit en veiligheid van intraperitoneaal toegediend Olvi-Vec gevolgd door platina-doublet chemotherapie met of zonder bevacizumab voor PRROC geëvalueerd. Dr. Robert Holloway (AdventHealth Cancer Institute, Orlando FL) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1




De studie includeerde 27 PRROC-patiënten met progressie na hun laatste voorafgaande behandelingslijn. De mediane leeftijd was 62 jaar (range 35-78) en het mediane aantal eerdere lijnen therapie was 4 (range 2-9). De patiënten kregen op twee achtereenvolgende dagen via een tijdelijk katheter IP Olvi-Vec (3 x 109 plaque-forming units), zes weken later gevolgd door chemotherapie met of zonder bevacizumab. Alle patiënten voltooiden de geplande behandeling. Primaire eindpunten van de studie waren objective response rate en progressievrije overleving.

De mediane duur van follow-up was 47,0 maanden. De ORR per RECIST1.1 was 54% (95%-bti 33-74) met een mediane duur van respons van 7,6 maanden. Ziektecontrole werd gezien in 88% van de evalueerbare patiënten. De mediane PFS was 11,0 maanden (95%-bti 6,4-NR) met een zes-maands PFS-percentage van 77%. De mediane PFS was 10,0 maanden onder de 14 platina-resistente patiënten en 11,4 maanden onder de 13 platina-refractaire patiënten. De mediane overall survival was 15,7 maanden (95%-bti 12,3-23,8) met mediane OS 18,5 maanden in de platina-resistente groep en 14,7 maanden in de platina-refractaire groep. Graad 3 treatment-related adverse events waren pyrexie (3,7% van de patiënten) en abdominale pijn (7,4%). Er waren geen graad 4 of 5 TRAEs.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met PRROC, Olvi-Vec gevolgd door platina-doublet chemotherapie met of zonder bevacizumab resulteerde in veelbelovende ORR en PFS.

1.Holloway RW, Mendivil AA, Kendrick JE et al. Clinical activity of olvimulogene nanivacirepvec-primed immunochemotherapy in heavily pretreated patients with platinum-resistant or platinum-refractory ovarian cancer. The nonrandomized phase 2 VIRO-15 clinical trial. JAMA Oncol 2023.1007

Summary: The phase 2 nonrandomized VIRO-15 trial with heavily pretreated platinum-resistant or platinum-refractory ovarian cancer patients, found promising activity with the oncolytic virotherapy olvimulogene nanivacirepvec followed by platinum-doublet chemotherapy with or without bevacizumab.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)