Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Multicenter fase 3-studie van benmelstobart plus anlotinib versus sunitinib voor gevorderd niercelcarcinoom (0)
2025-09-02 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ETER100 trial aRCC
Prof. Xinan ShengBenmelstobart is een nieuwe PD-L1 remmer. De fase 3-studie ETER100, in 37 centra in China, heeft de combinatie van benmelstobart en anlotinib vergeleken met sunitinib als eerstelijns behandeling voor gevorderd niercelcarcinoom (aRCC). Prof. Xinan Sheng (Peking University Cancer Hospital & Institute, Beijing) en collega’s publiceren de studie in The Lancet Oncology.1

De studie includeerde patiënten in de leeftijd van 18 tot en met 80 jaar met niet-eerder behandeld heldercellig aRCC en een ECOG performance status 0 of 1. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar intraveneus benmelstobart 1200 mg iedere drie weken plus oraal anlotinib 12 mg eens per dag gedurende de eerste twee weken van drie-weekse cycli (n=266) of oraal sunitinib 50 mg eens per dag gedurende de eerste vier weken van zes-weekse cycli (n=265). De behandeling werd voortgezet tot ziekteprogressie of niet-acceptabele toxiciteit. Het primaire eindpunt was centraal-beoordeelde progressievrije overleving.

De mediane leeftijd van de 531 geïncludeerde patiënten was 60 jaar (IQR 54-67); 76% waren mannen. De full analysis set bestond uit 263 patiënten in de benmelstobart plus anlotinibgroep en 264 patiënten in de sunitinibgroep. Op het moment van de nu gepubliceerde analyse was de mediane follow-up 22,8 maanden (IQR 15,2-29,7). De mediane PFS was 19,0 maanden met benmelstobart-anlotinib versus 9,8 maanden met sunitinib (HR 0,53; p<0,001) in de full analysis set en 19,0 maanden versus 11,0 maanden (HR 0,55; p<0,0001) in de per-protocol set. De meest frequent graad 3 of hoger treatment-related adverse event was hypertensie, in 34% van de patiënten met benmelstobart-anlotinib en 21% van de patiënten met sunitinib. Graad 5 TRAEs troffen drie patiënten in de benmelstobart-anlotinibgroep en geen van de patiënten in de sunitinibgroep.

De onderzoekers concluderen dat de combinatie van benmelstobart plus anlotinib resulteerde in betere PFS dan sunitinib onder patiënten met niet-eerder behandeld heldercellig aRCC.

1.Zhou A, Shen P, Li J et al. First-line benmelstobart plus anlotinib versus sunitinib in advanced renal cell carcinoma (ETER100): a multicentre, randomised, open-label, phase 3 trial. Lancet Oncol 2025;26:1145-1157

Summary: The multicenter phase 3 ETER100 trial in China found that benmelstobart plus anlotinib improved progression-free survival compared with sunitinib among patients with previously untreated, advanced clear-cell renal cell carcinoma.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Relmacabtagene autoleucel voor recidiverend of refractair folliculair lymfoom: twee-jaar follow-up van RELIANCE (0)
2025-09-02 13:30   ( Nieuws )
Tags:  R R FL relma-cel
Prof. Jun ZhuDe multicenter fase 2-studie RELIANCE in China evalueerde relmacabtagene autoleucel (relma-cel) voor recidiverend of refractair folliculair lymfoom (R/R FL) in 28 patiënten (mediane leeftijd 54 jaar (range 36-71) onder wie 60,7% meer dan drie eerdere lijnen behandeling hadden gekregen. Eerder is gepubliceerd dat na drie maanden objectieve respons was gezien in alle patiënten en complete respons in 85,2%. Prof. Jun Zhu (Peking University Cancer Hospital, Beijing) en collega’s publiceren nu twee-jaars follow-up resultaten van de studie in het British Journal of Haematology.1

De mediane follow-up was 24,4 maanden. De twee-jaars percentages voor progressievrije overleving en overall survival waren 80,3% respectievelijk 100%. Geen van de patiënten had graad 3 of hoger cytokine release syndrome en één patiënt had graad 3 of hoger neurologische toxiciteit. Neutropenie (in 39,3% van de patiënten) was de meest-gerapporteerde treatment-emergent adverse event. Er waren geen graad 5 AEs.

De onderzoekers concluderen dat na twee jaar follow-up relma-cel resulteerde in duurzame remissie met manageable veiligheid onder patiënten met R/R FL.

1.Song Y, Zou D, Yang H et al. Two-year follow-up of relmacabtagene autoleucel in relapsed or refractory follicular lymhoma in RELIANCE study. Br J Haematol 2025.20122

Summary: Two-year follow-up of the multicenter phase 2 RELIANCE study in China found durable remissions and manageable safety of relmacabtagene autoleucel for R/R FL.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Anti-angiogene therapie met of zonder ICIs voor eerder-behandeld kleincellig longcarcinoom (0)
2025-09-02 12:00   ( Nieuws )
Tags:  SCLC
Prof. Yutao LiuPatiënten met kleincellig longcarcinoom (SCLC) dat recidiveert na eerstelijns behandeling hebben weinig behandelopties. Een studie van de Chinese Academy of Medical Sciences/Peking Union Medical College (Beijing) heeft angiogene therapie met of zonder immuuncheckpointremmers (ICIs) als tweede- of laterlijns behandeling voor SCLC geëvalueerd. Prof. Yutao Liu en collega’s publiceren de studie in het International Journal of Cancer.1

De studie includeerde 61 patiënten na falen van eerstelijns therapie. De patiënten werden gerandomiseerd naar anti-angiogene therapie plus ICIs (n=40) of anti-angiogene monotherapie (n=21). De baselinekenmerken van beide groepen verschilden niet significant. De combinatietherapie was geassocieerd met significant betere progressievrije overleving (4,0 versus 2,7 maanden; p=0,029) en disease control rate (77,5% versus 52,4%; p=0,044) vergeleken met de monotherapie. De veiligheidsprofielen verschilden niet significant, met lage percentages van ernstige AEs in beide groepen. Vier klinisch-pathologische factoren (levermetastasen, neuron specific enolase niveaus,rook geschiedenis, en geslacht) en acht plasma-eiwitniveaus waren geassocieerd met PFS en respons op behandeling. Extracellular vesicle membrane protein interleukine-12 was een marker van slechte prognose.

De onderzoekers concluderen dat de combinatie van anti-angiogene therapie plus ICIs werkzaamheid en veiligheid heeft laten zien voor eerder-behandeld SCLC.

1.Chen T, Wang W, Qian Y et al. Immune checkpoint inhibitors combined with anti-angiogenic therapy as second- or further-line treatment for small cell lung cancer: efficacy, safety, and prognostic biomarkers. In t J Cancer 2025.70102

Summary: A single-center cohort study in China found that the combination of anti-angiogenic therapy and ICIs showed efficacy and safety for relapsed SCLC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter prospectieve studie van regressie-voorspellende biomarkers tijdens actieve surveillance voor CIN2 (0)
2025-09-01 15:00   ( Nieuws )
Tags:  cervical intraepithelial neoplasia grade 2
Dr. Annarosa Del MistroOnder patiënten met graad 2 intraepitheliale neoplasie van de cervix (CIN2) wordt in een substantieel percentage spontane regressie gezien. Een multicenter prospectieve studie in Italië heeft predictieve biomarkers voor deze regressie geïnventariseerd onder patiënten die actieve surveillance ondergingen. Dr. Annarosa Del Mistro (Veneto Instituut van Oncologie, Padua) en collega’s publiceren de studie in het International Journal of Cancer.1




De studie includeerde 319 vrouwen in de leeftijd van 25 tot en met 45 jaar die voldeden aan de vooraf-gedefinieerde inclusie- en exclusiecriteria (zichtbaarheid van transformatiezone en lesie; geen eerdere geschiedenis van CIN2+ of immuunstoornis). De vrouwen werden gedurende 24 maanden gevolgd. Tijdens de follow-up werd onder 294 vrouwen regressie gezien in 56%, persistentie in 23%, en progressie in 21%. Er waren geen associaties van deze uitkomsten met leeftijd. Honderdtien deelnemers ondergingen tijdens de follow-up excisionele behandeling; in 53 vrouwen in CIN2 gezien en in 50 vrouwen CIN3+. De waarschijnlijkheid van CIN2-regressie was geassocieerd met vroege HPV-negativiteit (OR 6,45; 95%-bti 1,68-42,6), geen expressie van p16/ki67 (2,49; 1,38-4,52), en ongemethyleerde status (2,12; 1,09-4,20).

De onderzoekers concluderen dat studie biomarkers heeft gevonden die CIN2-patiënten identificeren met mogelijk profijt van actieve surveillance voor CIN2 (visual abstract).

1.Frayle H, Gori S, Pagan A et al. Predictive biomarkers for regression in women undergoing active surveillance for cervical intraepithelial neoplasia grade 2: a prospective multicenter study in Italy. Int J Cancer 2025.70104

Summary: A multicenter prospective study in Italy identified predictive biomarkers for regression in women undergoing active surveillance for cervical intraepithelial neoplasia grade 2.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Identificeren van voorspellers van PDAC in electronische dossiers van eerstelijns zorgaanbieders: patiënt-controlestudie (0)
2025-09-01 13:30   ( Nieuws )
Tags:  pancreatic ductal adenocarcinoma
Dr. Eli RassyEr is behoefte aan methoden voor het identificeren van personen met hoog risico van het ontwikkelen van pancreas ductaal adenocarcinoom (PDAC). Een patiënt-controlestudie in het Verenigd Koninkrijk heeft voorspellers van PDAC in electronische patiënten dossiers van eerstelijns zorgaanbieders geïdentificeerd. Dr. Elie Rassy (Université Paris-Saclay, Frankrijk) en collega’s publiceren de studie in het British Journal of Cancer.1

De studie maakte gebruik van dossiers in de database van het UK-brede The Health Improvement Network. PDAC-patiënten (cases; n=10.575) werden 1:10 gematcht voor geslacht, leeftijd, duur van follow-up, en jaar van opname in de database met controlepersonen (n=105.750). Tenminste twee jaar voor de PDAC-diagnose/indexdatum werd in de dossiers van de PDAC-patiënten hogere prevalentie gezien van alcoholgebruik, roken, dyslipidemie, verhoogde bloeddruk, en diabetes die langer dan vier jaar bestond. Onafhankelijke voorspellers van PDAC waren pancreascysten (OR 4,39), pancreatitis (OR 2,16), dyslipidemie (OR 1,50), roken (OR 1,09) en alcoholgebruik (OR 1,09). Laboratorium-markers die twee jaar of langer voor de diagnose geassocieerd waren met verhoogd risico van PDAC waren verhoogd alkalisch fosfatase (OR 3,21), bilirubine (OR 2,48), alanine-aminotransferase (OR 1,76), erytrocyten-sedimentatiesnelheid (OR 1,27), en verlaagd albumine (OR 1,54).

De onderzoekers concluderen dat analyse van electronische dossiers van eerstelijns zorgaanbieders kan bijdragen aan identificatie van personen met verhoogd risico van PDAC tenminste twee jaar voor de diagnose.

1.Rassy E, Delaloge S, Slaouti Y et al. Identifying health conditions associated with an increased risk of pancreatic ductal adenocarcinoma at medium term in nationwide electronic health records of primary care physicians. Br J Cancer 2025-03172-5

Summary: A nationwide case-control study in the UK found that analysis of electronic health records can contribute to early identifying individuals with increased risk of PDAC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Adherentie aan ASCO’s Language of Respect richtlijnen in presentaties van studies van urotheelcarcinoom (0)
2025-09-01 12:00   ( Nieuws )
Tags:  UC abstracts LoR adherence
Dr. Sumantha PalDe ASCO Language of Respect (LoR)-richtlijnen zijn ontwikkeld om patiënt-respecterend taalgebruik in wetenschappelijke publicaties en presentaties te bevorderen. De richtlijnen stellen (1) do not blame patients, (2) respect the role of patients , en (3) do not dehumanize patients. Een analyse van alle urotheelcarcinoom (UC)-presentaties van de 2023 ASCO Annual Meeting heeft de adherentie aan de richtlijnen geïnventariseerd. Dr. Sumantha Pal (City of Hope Comprehensive Cancer Center, Duarte CA) en collega’s publiceren de analyse in JCO Oncology Advances.1

De analyse includeerde 118 UC-presentaties. In 67,8% van de presentaties identificeerden de onderzoekers tenminste één niet-compliante bewering, met tenminste één dehumanizing respectievelijk blaming of disrespectful statement in 52,2% respectievelijk 33,1% en 0,8% van de presentaties. Univariate analyse liet hogere waarschijnlijkheid van noncompliance zien in presentaties met eerste auteur uit een niet-natief Engelstalig land (OR 3,0; 95%-bti 1,1-8,1), presentaties van single-country samenwerkingen (2,8; 1,2-6,4), en presentaties zonder gerapporteerde financiering (2,8; 1,0-7,6). Hogere waarschijnlijkheid van noncompliance in multivariate analyse werd gezien voor presentaties van studies in één land (OR 2,6; 95%-bti 1,1-6,5), abstracts met minder dan 2471 letters/cijfers (2,4; 1,0-5,6), en presentaties zonder gerapporteerde financiering (3,0; 1,0-8,7).

De onderzoekers concluderen dat een substantieel percentage van de UC-presentaties van ASCO 2023 niet adherent was aan ASCO LoR-richtlijnen.

1.Castro DV, Dizman N, Barragan-Carrillo R et al. Examinig adherence to ASCO’s Language of Respect in urothelial carcinoma research. JCO Oncology Advances 2025-00003

Summary: Analysis of all urothelial carcinoma abstracts from the 2023 ASCO Annual Meeting found that a substantial proportion of abstracts failed to adhere to ASCOs Language of Respect guidelines, highlighting a gap in current scientific communication.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van tislelizumab plus lenvatinib en GEMOX voor conversie van niet-resectabel lokaal-gevorderd galwegcarcinoom (0)
2025-08-31 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ZSAB-TransGOLP study
Prof. Jia FanEr is geen duidelijkheid over het optimale conversieregime waarmee patiënten met aavankelijk niet-resectabel lokaal-gevorderd galwegcarcinoom toch chirurgie kunnen ondergaan. De fase 2-studie ZSAB-TransGOLP in twee centra in China heeft neoadjuvant tislelizumab plus lenvatinib en gemcitabine plus oxaliplatine (GOLP-regime) voor niet-resectabel lokaal-gevorderd galwegcarcinoom geëvalueerd. Prof. Jia Fan (Fudan Universiteit, Shanghai) en collega’s publiceren de studie in The Lancet Oncology.1

ZSAB-TransGOLP includeerde patiënten in de leeftijd van 18 tot en met 70 jaar met niet-eerder behandeld lokaal-gevorderd galwegcarcinoom, een ECOG performance status 0 of 1, Child-Pugh score A, en tenminste drie maanden levensverwachting. De patiënten kregen drie 3-weekse cycli van tislelizumab op dag één, gemcitabine op dagen één en acht, oxaliplatine op dag één, en lenvatinib eenmaal daags. De resectabiliteit werd na drie cycli beoordeeld door een multidisciplinair team. Patiënten met als R0-resectabel beoordeelde ziekte ondergingen chirurgie; de overige patiënten kregen nog drie GOLP-cycli; en patiënten die na zes cycli als niet-resectabel werden beoordeeld kregen GOLP-onderhoud voor de duur van een jaar, of tot ziekteprogressie of niet-acceptabele toxiciteit. Het primaire eindpunt was percentage patiënten met R0-resectie.

De studie includeerde 41 patiënten (mediane leeftijd 58 jaar; IQR 54-65; 51% mannen). De mediane duur van de GOLP-behandeling was drie cycli (IQR 3-6). Achtentwintig patiënten (68%) ondergingen chirurgie. Na mediaan 19,5 maanden follow-up was het R0-resectiepercentage 63% (95%-bti 47-78). Alle patiënten hadden tenminste één treatment-related adverse event; twintig patiënten hadden graad 3 of 4 TRAEs. Er waren geen graad 5 TRAEs.

De onderzoekers concluderen dat GOLP een mogelijk feasible conversieregime met hoge werkzaamheid is voor niet-resectabel lokaal-gevorderd galwegcarcinoom.

1.Shi G, Huang X, Li X et al. Conversion therapy of tislelizumab plus lenvatinib and GEMOX in unresectable locally advanced biliary tract cancer (ZSAB-TransGOLP): a multicenter, prospective, phase 2 study. Lancet Oncol 2025-00376-6

Summary: The phase 2 ZSAB-TransGOLP study, at two centers in China, found that tislelizumab plus lenvatinib and GEMOX chemotherapy (GOLP) was a potentially feasible and high-efficiency conversion therapy for unresectable locally advanced biliary tract cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nomogram voor het voorspellen van ontwikkeling van hersenmetastase in patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (0)
2025-08-31 12:00   ( Nieuws )
Tags:  NSCLC BrM
Dr. Alireza MansouriHersenmetastasen (BrM) vormen een frequente complicatie onder patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC). Een retrospectieve analyse van routinematig beschikbare gegevens van NSCLC-patiënten van Penn State Medical Center (Hershey PA) in de Verenigde Staten en Canada heeft geresulteerd in het ontwikkelen van een nomogram voor het voorspellen van BrM in NSCLC-patiënten. Dr. Alireza Mansouri en collega’s publiceren de analyse in The Lancet Regional Health Americas.1


De analyse includeerde 1904 patiënten (mediane leeftijd 68 jaar; range 38-94; 55,6% mannen). Tijdens de follow-up werden BrM gezien in 22,8% van de patiënten. De onderzoekers ontwikkelden twee nieuwe modellen voor het voorspellen van BrM: een baseline-model dat klinische en imaging data bij diagnose incorporeerde (cTNM-stadium, leeftijd bij diagnose) en een uitgebreid model met additionele klinische en behandelingsdata (aantal extracraniële metastatische sites, voorafgaande radiotherapie, chemotherapie, en chirurgie, en histologie). De figuur toont de nomogrammen voor beide modellen. De performance van beide modellen voor korte-termijn voorspelling van BrMs was vergelijkbaar; voor lange-termijn voorspelling was de performance van het uitgebreide model beter.

De onderzoekers concluderen dat de nomogrammen, die berusten op eenvoudig beschikbare klinische kenmerken en geen additionele onderzoeken vereisen, prognosticatie en risicostratificatie in NSCLC faciliteren.

1.Wilding H, Mikolajewicz N, Bhanja D et al. A nomogram to predict development of brain metastasis in non-small cell lung cancer patients: a retrospective analysis using routinely available medical records. Lancet Regional Health Am 2025.101213

Summary: A retrospective analysis of patients of Penn State Medical Center (Hersey, PA) resulted in development of a nomogram to predict brain metastasis in patients with non-small cell lung cancer using routinely available medical records.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)