Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Gepoolde analyse van impact van corticosteroïden voor irAEs op werkzaamheid van immuuncheckpointremmers (0)
2024-08-08 11:52   ( Nieuws )
Tags:  corticosteroids for immune-related adverse events ICI efficacy
Prof. Karijn SuijkerbuijkIn retrospectieve studies is gezien dat immuunsuppressieve behandeling voor immuun-gerelateerde bijwerkingen (irAEs) ongunstige invloed heeft op de overleving van patiënten die immuuncheckpointremmers (ICIs) krijgen van melanoom. Een post hoc gepoolde analyse van zes fase 2- of 3-studies heeft de impact van corticosteroïden op werkzaamheid van ICIs voor andere typen maligniteiten. Prof. Karijn Suijkerbuijk (UMC Utrecht) en collega’s publiceren de analyse in het Journal of Clinical Oncology.1


De analyse betreft de CheckMate-studies 067, 142, 214, 648, 743, en 9LA waarin tezamen 1959 patiënten anti-PD-1 plus anti-CTLA-4 behandeling kregen. Onder deze patiënten waren er 834 die immuunsuppressie kregen voor irAEs, van wie 832 corticosteroïden kregen en 81 (9,7%) tweedelijns immuunsuppressiva. Hoge corticosteroïd-piekdosering was geassocieerd met slechtere progressievrije overleving; 1,0 versus 0,5 mg/kg prednisolon: aHR 1,15 (95%-bti 1,02-1,29) en 2,0 versus 0,5 mg/kg prednisolon: 1,43 (1,05-1,96). Vergelijkbare associaties werden gezien voor overall survival. De cumulatieve corticosteroïd-dosering was niet geassocieerd met overleving. De associaties van gebruik van tweedelijns immuunsuppressiva met PFS en OS waren niet significant.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten die irAEs hadden met ICIs voor maligniteiten, hogere piek-dosering maar niet cumulatieve dosering van corticosteroïden geassocieerd was met slechtere overlevingsuitkomsten.

1.Verheijden RJ, de Groot JS, Fabriek BO et al. Corticosteroids for immune-related adverse events and checkpoint inhibitor efficacy: analysis of six clinical trials. J Clin Oncol 2024.00191

Summary: Pooled analysis of six phase 2 and phase 3 trials found that higher corticosteroid peak dose for treatment-related adverse events was associated with worse survival among patients receiving immune checkpoint inhibitors for various tumor types, while cumulative corticosteroid dose was not.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Associatie tussen omgevings-luchtverontreining en overleving van maligniteiten in kinderen (0)
2024-08-07 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ambient air pollution survival of childhood cancer
Dr. Leticia NogueiraEerdere studies hebben associaties laten zien tussen blootstaan aan fijnstof bestaande uit deeltjes met een diameter kleiner dan 2,5 micron (PM2,5), een onderdeel van luchtverontreiniging, en verscheidene ongunstige gezondheidsuitkomsten. Dr. Leticia Noguiera (American Cancer Society, Kennesaw GA) en collega’s publiceren in Cancer een analyse van de National Cancer Database van de associatie tussen blootstaan aan deze luchtverontreiniging en de overleving van kinderen met maligniteiten.1

In de NCDB identificeerden de onderzoekers 172.550 patiënten die tussen begin 2004 en eind 2019 voor de leeftijd 20 jaar een diagnose van een maligniteit kregen. Onder deze patiënten waren er 27.456 (15,9%) met een woonomgeving met jaarlijkse PM2,5-concentraties hoger dan 12 μg/m3 (de standaard van de US Environmental Protection Agency). Patiënten die in deze high-pollution omgevingen woonden hadden een slechtere overall survival dan elders wonende patiënten (aHR 1,06; 95%-bti 1,01-1,10). Deze associatie werd gezien in verschillende sociaal-demografische subgroepen.

De onderzoekers concluderen dat blootstaan aan PM2,5 significant geassocieerd was met slechtere overleving van childhood cancer.

1.George PE, Zhao J, Liang D, Nogueira LM. Ambient air pollution and survival in childhood cancer: a nationwide survival analysis. Cancer 2024.35484

Summary: Analysis of the National Cancer Database found that exposure to particulate matter consisting of fine particles measuring 2.5 microns or less in diameter was significantly associated with worse overall survival among children with cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 3-studie van olanzapine als emese-profylaxe in matig-emetogene chemotherapie (0)
2024-08-07 13:30   ( Nieuws )
Tags:  MEC olanzapine
Dr. Amant RamaswamyEr is weinig informatie beschikbaar over de waarde van olanzapine voor emese-profylaxe in patiënten die matig-emetogene chemotherapie krijgen. Een fase 3-studie in drie centra in India heeft deze waarde geïnventariseerd. Dr. Anant Ramaswamy (Tata Memorial Hospital, Mumbai) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie includeerde volwassen patiënten die oxaliplatine-, carboplatine-, of irinotecan-gebaseerde MEC-regimes kregen voor solide maligniteiten. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar dexamethason, aprepitant, en palonosetron met olanzapine 10 mg eenmaal daags op dagen één tot en met drie van de chemotherapie (experimentele groep; n=274) of zonder olanzapine (controlegroep; n=270). Het primaire eindpunt was complete respons (CR), gedefinieerd als geen braken, geen misselijkheid (<5 op een visuele analoge schaal van 1 tot 100), en geen gebruik van rescue medicatie. CR tijdens de eerste 120 uur werd gezien in 91% van de patiënten in de experimentele groep versus 82% van de patiënten in de controlegroep (p=0,005). Er waren ook significante verschillen tussen de experimentele groep en de controlegroep voor controle van misselijkheid (96% versus 87%; p<0,001) en chemotherapie-geïnduceerde misselijkheid en braken tijdens de overall assessment period (96% versus 91%; p=0,02) en het percentage patiënten met rescue medicatie (4% versus 11%; p=0,001). Graad 1 somnolentie werd gerapporteerd door 10% van de patiënten in de experimentele groep en geen van de patiënten in de controlegroep.

De onderzoekers concluderen dat toevoeging van olanzapine geassocieerd was met significante verbetering van de CR-percentages in patiënten die MEC-regimes kregen (visual abstract).

1.Ostwal V, Ramaswamy A, Mandavkar S et al. Olanzapine as antiemetic prophylaxis in moderately emetogenic chemotherapy. A phase 3 randomized clinical trial. JAMA Network Open 2024;7:e2426076

Summary: A phase 3 trial at 3 centers in India found that addition of olanzapine to dexamethasone, aprepitant, and palonosetron significantly improved complete response rates as well as nausea and vomiting prevention rates in patients receiving moderately emetogenic chemotherapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Gerandomiseerde fase 2-studie van systemische therapie plus metastase-gerichte therapie voor oligometastatisch PDAC (0)
2024-08-07 12:00   ( Nieuws )
Tags:  EXTEND trial PDAC addition of metastasis-directed therapy to systemic therapy
Dr. Chad TangEr is geen duidelijkheid over de waarde van toevoegen van metastase-gerichte therapie (MDT) aan chemotherapie voor oligometastatisch (ten hoogste vijf metastasen) pancreas ductaal adenocarcinoom (PDAC). De fase 2-studie EXTEND van MD Anderson Cancer Center (Houston TX) randomiseerde patiënten met oligometastatisch PDAC 1:1 naar MDT plus systemische therapie of alleen systemische therapie. Dr. Chad Tang en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde 41 patiënten, onder wie 40 die evalueerbaar waren voor het primaire eindpunt progressievrije overleving (19 in de MDT-groep en 21 in de controlegroep). De mediane duur van follow-up was 17 maanden. De mediane PFS was 10,3 maanden (95%-bti 4,6-14,0) in de MDT-groep versus 2,5 maanden (1,7-5,1) in de controlegroep. Toevoegen van MDT aan systemische therapie was geassocieerd met significante verbetering van de PFS (HR 0,43; p=0,030). Toevoegen van MDT aan systemische therapie was niet geassocieerd met graad 3 of hoger MDT-gerelateerde adverse events. MDT was geassocieerd met systemische immuunactivering die was gecorreleerd met verbeterde PFS.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten toevoeging van MDT aan systemische therapie voor oligometastatisch PDAC steunen.

1.Ludmir EB, Sherry AD, Fellman BM et al. Addition of metastasis-directed therapy to systemic therapy for oligometastatic pancreatic ductal adenocarcinoma (EXTEND): a multicenter, randomized phase II trial. J Clin Oncol 2024.00081

Summary: The randomized phase 2 EXTEND trial at MD Anderson Cancer Center (Houston, TX) found that addition of metastasis-directed therapy to systemic therapy was associated with prolonged progression-free survival among patients with oligometastatic pancreatic ductal adenocarcinoma.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multinationale gerandomiseerde fase 2-studie van trastuzumab deruxtecan voor HER2-positief gevorderd colorectaalcarcinoom (0)
2024-08-06 15:00   ( Nieuws )
Tags:  DESTINY-CRC02 HER2-positive aCRC T-DXd
Dr. Kanwal RaghavTrastuzumab deruxtecan (T-DXd) heeft bemoedigende activiteit laten zien voor behandelings-refractair, HER2-positief, RAS-wildtype en BRAF-wildtype metastatisch colorectaalcarcinoom (mCRC). De fase 2-studie DESTINY-CRC02, in 53 centra in tien landen, heeft gezocht naar de optimale T-DXd dosering onder volwassen patiënten met eerder-behandeld niet-resectabel, recidiverend of metastatisch HER2-positief CRC en een ECOG performance status 0 of 1. Dr. Kanwal Raghav (MD Anderson Cancer Center, Houston TX) en collega’s publiceren de studie in The Lancet Oncology.1

De studie werd uitgevoerd in twee delen. In deel één werden 80 patiënten 1:1 gerandomiseerd naar T-DXd intraveneus 5,4 mg/kg of 6,4 mg/kg iedere drie weken. In deel twee werden nog 42 patiënten geïncludeerd in de 5,4 mg/kg groep. De mediane duur van follow-up was 8,9 maanden (IQR 6,7-10,5) in de 5,4 mg/kg groep en 10,3 maanden (5,9-12,7) in de 6,4 mg/kg groep. De onafhankelijk geblindeerd centraal-beoordeelde bevestigde objective response rate was 37,8% in de 5,4 mg/kg groep en 27,5% in de 6,4 mg/kg groep. Graad 3 of hoger treatment-related adverse events werden gezien in 41% van de patiënten in de 5,4 mg/kg groep en 49% van de patiënten in de 6,4 mg/kg groep. Eén patiënt in de 5,4 mg/kg groep overleed aan behandelingsgerelateerd leverfalen. Behandelings-gerelateerde interstitiële longziekte of pneumonitis werden gezien in 8% van de patiënten in de 5,4 mg/kg groep (graad 1 of 2) en 13% van de patiënten in de 6,4 mg/kg groep (één graad 5).

De onderzoekers concluderen dat trastuzumab 5,4 mg/kg eens per drie weken de optimale dosering is voor patiënten met eerder-behandeld HER2-positief mCRC.

1.Raghav K, Siena S, Takashima A et al. Trastuzumab deruxtecan in patients with HER2-positive advanced colorectal cancer (DESTINY-CRC02): primary results from a multicentre, randomised, phase 2 trial. Lancet Oncology 2024-00380-2

Summary: The multinational randomized phase 2 DESTINY-CRC02 trial found that trastuzumab deruxtecan 5.4 mg/kg every three weeks was the optimal single-agent dose for patients with pretreated HER2-positive metastatic colorectal cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Voorspelling van lokaal recidief na complete resectie van hersenmetastasen zonder onmiddellijke radiotherapie (0)
2024-08-06 13:30   ( Nieuws )
Tags:  brain metastases local recurrence after complete resection
Dr. Yoshitaka NaritaRichtlijnen bevelen postoperatieve stereotactische radiochirurgie naar de resectieholte aan na complete resectie van hersenmetastasen. De Japanese Clinical Oncology Group study 0504 heeft echter laten zien dat postoperatieve observatie in deze setting een optie kan zijn. Een retrospectieve studie van het National Cancer Center Hospital (Tokio) heeft incidentie van en risicofactoren voor lokaal recidief na complete resectie van hersenmetastasen zonder onmiddellijke radiotherapie geïnventariseerd. Dr. Yoshitaka Narita en collega’s publiceren de studie in het Journal of Neuro-Oncology.1

De studie includeerde 53 patiënten met 54 hersenmetastasen, die tussen begin 2016 en eind 2021 complete resectie ondergingen zonder onmiddellijke radiotherapie. Tijdens mediaan 21,0 maanden follow-up werd lokaal redicief gezien in 37 van 54 tumoren (68,5%). De mediane tijd tot lokaal recidief was 5,1 maanden. Risicofactoren voor lokaal recidief waren niet-long adenocarcinoom (p=0,035), infratentoriële tumoren (p=0,044), en geen postoperatieve systemische therapie (p=0,0069). In patiënten met twee of drie van deze risicofactoren was de mediane tijd tot lokaal recidief 2,1 maanden; in patiënten met geen of één van deze risicofactoren was de mediane tijd tot lokaal recidief 30,8 maanden (p=0,0002).

De onderzoekers concluderen dat dit scoresysteem lokaal recidief kan voorspellen, met mogelijke implicaties voor behandelkeuzen.

1.Ohno M, Takahashi M, Yanagisawa S et al. Development of a scoring system to predict local recurrence in brain metastases following complete resection and observation. J Neuro-Oncol 2024-04790-4

Summary: A retrospective study in Japan found that after complete resection of brain metastases followed by observation, non-lung adenocarcinoma, infratentorial tumors, and no postoperative systemic therapy were risk factors for local recurrence.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Temporele trends in real-world overleving van longcarcinoompatiënten van Institut Curie, 2000 tot en met 2020 (0)
2024-08-06 12:00   ( Nieuws )
Tags:  lung cancer patients of Institut Curie temporal trends in overall survival from 2000-2020
Prof. Nicolas GirardDe introductie van gerichte therapie in 2010 en van immuuntherapie in 2018 heeft de uitkomsten van patiënten met metastatisch longcarcinoom in klinische studies verbeterd. Of deze verbetering ook in de klinische praktijk wordt gezien is nog niet duidelijk. Een retrospectieve studie van Institut Curie (Parijs) heeft de overleving van metastatisch-longcarcinoompatiënten van het instituut tussen begin 2000 en eind 2020 geïnventariseerd. Prof. Nicolas Girard en collega’s publiceren de studie in Cancers.1

De studie includeerde 673 patiënten die werden behandeld van begin 2000 tot eind 2009 (periode 1), 752 patiënten die werden behandeld tussen begin 2010 en eind 2017 (periode 2), en 768 patiënten die werden behandeld tussen begin 2018 en eind 2020 (periode 3). De mediane overall survival in de drie perioden was 11,1 maanden respectievelijk 15,5 maanden en 16,2 maanden. Deze verbetering werd vrijwel geheel verklaard door patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (11,2; 17,2; en 18,2 maanden) en werd niet gezien onder patiënten met kleincellig longcarcinoom (10,9; 11,7; en 11,2 maanden). In alle perioden waren de uitkomsten statistisch significant beter onder vrouwen dan onder mannen.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met metastatisch niet-kleincellig longcarcinoom de overleving tussen begin 2000 en eind 2020 verbeterde, coïnciderend met de introductie van nieuwe behandelingen.

1.Basse C, Carton M, Milder M et al. Real-world survival impact of new treatment strategies for lung cancer: a 2000-2020 French cohort. Cancers 2024;16:2768

Summary: A retrospective study at Institut Curie (Paris, France) found that among patients with metastatic non-small cell lung cancer overall survival improved coinciding with the introduction of targeted therapy in 2010 and of immunotherapy in 2018. This improvement was not seen among patients with metastatic small cell lung cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multinationale fase 3-studie van atezolizumab plus chemotherapie voor gevorderd of recidiverend endometriumcarcinoom (0)
2024-08-05 15:00   ( Nieuws )
Tags:  AtTEnd trial A R endometrial cancer atezolizumab plus chemotherapy
Prof. Nicoletta ColomboEr is behoefte aan meer-werkzame behandelingen voor patiënten met gevorderd of recidiverend (A/R) endometriumcarcinoom. De doorlopende fase 3-studie AtTEnd, in 89 centra in elf landen, evalueert toevoeging van atezolizumab aan chemotherapie voor deze patiënten. Prof. Nicoletta Colombo (Europees Instituut voor Oncologie, Milaan) en collega’s publiceren een interimanalyse van de studie in The Lancet Oncology.1

De studie includeerde volwassen patiënten met A/R endometriumcarcinoom en een ECOG performance status 2 of beter, die niet eerder systemische chemotherapie voor recidief hadden gekregen. De patiënten werden 2:1 gerandomiseerd naar atezolizumab (n=360) of placebo (n=189) toegevoegd aan carboplatine-paclitaxel chemotherapie. De hiërarchisch geteste coprimaire eindpunten waren progressievrije overleving onder patiënten met dMMR-tumoren (23% van de patiënten) en onder alle patiënten, en overall survival onder alle patiënten.

De mediane follow-up was 28,3 maanden (IQR 21,2-37,6). In de dMMR-populatie was de mediane PFS niet bereikt in de atezolizumabgroep en was 6,9 maanden in de placebogroep (HR 0,36; p=0,0005). Onder alle patiënten was de mediane PFS 10,1 maanden in de atezolizumabgroep en 8,9 maanden in de placebogroep (HR0,74; p=0,022). De mediane OS was 38,7 maanden in de atezolizumabgroep en 30,3 maanden in de placebogroep (HR 0,82; p=0,048). De meest-gerapporteerde graad 3 of 4 treatment-related adverse events waren neutropenie (27% van de patiënten in de atezolizumabgroep en 28% van de patiënten in de placebogroep) en anemie (14% en 13%). In beide groepen overleed één patiënten aan behandelings-gerelateerde pneumonie.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van atezolizumab aan carboplatine-paclitaxel chemotherapie resulteerde in langere PFS onder patiënten met A/R endometriumcarcinoom, met name onder patiënten met dMMR tumoren.

1.Colombo N, Biagioli E, Harano K et al. Atezolizumab and chemotherapy for advanced or recurrent endometrial cancer (AtTEnd): a randomised, double-blind, placebo-controlled, phase 3 trial. Lancet Oncol 2024; epub ahead of print

Summary: The multinational phase 3 AtTEnd trial showed that addition of atezolizumab to carboplatin-paclitaxel chemotherapy was associated with improved progression-free survival among patients with advanced or recurrent endometrial cancer, particularly among those with dMMR carcinomas.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)