Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Fase 1-2 en fase 2-studie van sacituzumab tirumotecan voor gevorderd NSCLC met of zonder EGFR-mutaties (0)
2025-04-11 15:00   ( Nieuws )
Tags:  sac-TMT
Prof. Li ZhangSacituzumab tirumotecan (sac-TMT) is een nieuw op TROP2-gericht antibody-drug conjugate. Een multicenter fase 1-2 studie en een multicenter fase 2-studie in China hebben sac-TMT geëvalueerd voor eerder-behandeld gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom (aNSCLC). Prof. Li Zhang (Sun Yat-sen University Cancer Center) en collega’s publiceren de studies in Nature Medicine.1

De fase 1-2 studie (KL264-01) includeerde 43 patiënten met EGFR-wildtype of EGFR-gemuteerd aNSCLC. De objective response rate op sac-TMT was 40% (95%-bti 25-56), en de mediane progressievrije overleving was 6,2 maanden (5,3-11,3). Post-hoc subgroepanalyse liet zien dat de uitkomsten beter waren in de groep van 22 patiënten met EGFR-gemuteerd aNSCLC: ORR 55% en mediane PFS 11,1 maanden. Deze resultaten werden gesteund door de uitkomsten van de fase 2-studie (SKB264-II-08) met 64 patiënten met EGFR-gemuteerd aNSCLC. Onder deze patiënten resulteerde sac-TMT in een ORR 34% (95%-bti 23-47) en mediane PFS 9,3 maanden (7,6-11,4). Onder de 107 patiënten die in de twee studies sac-TMT kregen waren de meest-gerapporteerde treatment-related adverse events hematologische toxiciteiten. Diarree (4%) en institiële longziekte (1%) waren zeldzaam.

De onderzoekers concluderen dat sac-TMT bemoedigende single-agent activiteit en manageable tolerabiliteit had voor eerder-behandeld aNSCLC met EGFR-mutaties.

1.Zhao S, Cheng Y, Wang Q et al. Sacituzumab tirumotecan in advanced non-small-cell lung cancer with or without EGFR mutations: phase 1/2 and phase 2 trials. Nature Med 2025-03638-2

Summary: Combined analysis of a phase 1-2 trial and a phase 2 trial in China found encouraging single-agent activity and manageable tolerability of sacituzumab tirumotecan among previously treated patients with aNSCLC with EGFR-mutations.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Niet-operatief management van technisch-resectabel pancreas ductaal adenocarcinoom met ablatieve radiotherapie (0)
2025-04-11 13:30   ( Nieuws )
Tags:  resectable PDAC A-RT
Dr. Marsha ReyngoldChirurgische resectie van pancreas ductaal adenocarcinoom (PDAC) kan resulteren in matige verbetering van de lange-termijn overleving. Postoperatieve morbiditeit interfereert echter vaak met toediening van systemische therapie. Ablatieve radiotherapie (A-RT) is een effectieve niet-invasieve lokale behandeling gebleken voor veel typen tumoren. Een retrospectieve cohortstudie van Memorial Sloan Kettering Cancer Center MSKCC, New York) heeft A-RT geëvalueerd onder patiënten met resectabel PDAC. Dr. Marsha Reyngold en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

De studie includeerde patiënten met technisch-resectabel T1-2N0-1M0 PDAC die geen chirurgie konden ondergaan vanwege comorbiditeiten. Tussen juni 2016 en eind december 2022 werden 25 MSKCC-patiënten (12 vrouwen en 13 mannen) in de studie geïncludeerd. De mediane leeftijd op het moment van A-RT was 80 jaar (IQR 74-87). Twintig patiënten (80%) hadden een Karnofsky Performance Status score van 80 of lager. Vijftien tumoren (60%) waren T2 en vier (16%) waren klierpositief. Zeventien patiënten (68%) ondergingen inductiechemotherapie. De twee-jaars percentages voor overall survival, lokale progressie, en afstandsmetastasevrije overleving waren 43,7% (95%-bti 27,4-69,5) respectievelijk 20,8% (7,3-39,0) en 20,0% (9,1-43,8). Graad 3 acute en late gastro-intestinale toxiciteiten werden gezien in drie respectievelijk één patiënt; er waren geen graad 4 of 5 gebeurtenissen.

De onderzoekers concluderen dat A-RT voor technisch-resectabel PDAC resulteerde in effectieve lokale tumorcontrole en gunstige overlevingsuitkomsten ondanks gevorderde leeftijd en slechte Karnofsky Performance Status score en conservatief gebruik van chemotherapie.

1.Reyngold M, Schoenfeld JD, O’Reilly EM et al. Nonoperative management of technically resectable pancreatic cancer with ablative radiation therapy. JAMA Oncol 2025.0460

Summary: A retrospective cohort study at Memorial Sloan Kettering Cancer Center (New York, NY) found that ablative radiotherapy for technically resectable PDAC led to effective tumor control and favorable overall survival.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van regorafenib plus avelumab voor gevorderde GEP-NENs (0)
2025-04-11 12:00   ( Nieuws )
Tags:  gastroenteropancreatic neuroendocrine neoplasms regorafenib plus avelumab
Prof. Antoine ItalianoGastro-enteropancreatische neuro-endocriene neoplasmata (GEP-NENs) zijn heterogene tumoren met slechts beperkte behandelingsopties. Een multicenter fase 2-studie in Frankrijk evalueerde de combinatie van de multikinaseremmer regorafenib en de PD-L1 remmer avelumab in patiënten met gevorderde GEP-NENs na progressie op eerdere therapieën. Prof. Antoine Italiano (Institut Bergonié, Bordeaux) en collega’s publiceren de studie in Nature Cancer.1

De studie includeerde 47 patiënten die regorafenib 160 mg eenmaal daags plus avelumab 10 mg/kg eens per twee weken kregen. Het primaire eindpunt was zes-maands objective response rate. Deze bedroeg 18,8% (95%-bti 8-31) met een mediane progressievrije overleving van 5,5 maanden (3,6-8). Treatment-related adverse events waren manageable, met als meest-gerapporteerde TRAEs vermoeidheid, diarree, en palmoplantaire erythrodysesthesie.


De onderzoekers concluderen dat deze resultaten het klinisch potentieel van de combinatie van regorafenib en avelumab voor GEP-NENs illustreren.

1.Cousin S, Guégan J-P, Palmieri LJ et al. Regorafenib plus avelumab in advanced gastroenteropancreatic neuroendocrine neoplasms: a phase 2 trial and correlative analysis. Nature Cancer 2025-00916-3

Summary: A multicenter phase 2 trial in France found activity and manageable treatment-related adverse events of the combination of regorafenib and avelumab in patients with advanced GEP-NENs.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Finale analyse van ALCYONE: D-VMP versus VMP voor nieuw-gediagnostiseerd MM in transplant-ineligible patiënten (0)
2025-04-10 15:00   ( Nieuws )
Tags:  ALCYONE
Dr. Maria-Victoria MateosDe multinationale fase 3-studie ALCYONE randomiseerde patiënten met nieuw-gediagnostiseerd multipel myeloom (NDMM) die niet in aanmerking kwamen voor transplantatie vanwege leeftijd of comorbiditeiten 1:1 naar daratumumab, bortezomib, melfalan, en prednison (D-VMP) of alleen VMP. Eerdere publicaties hebben laten zien dat de uitkomsten significant beter waren in de groep met D-VMP dan in de groep met VMP. Dr. Maria-Victoria Mateos (Academisch Ziekenhuis Salamanca, Spanje) en collega’s publiceren nu in The Lancet Oncology de finale analyse van ALCYONE.1

De studie includeerde 706 patiënten, met een ECOG performance status 2 of beter (54% vrouwen). De D-VMP groep telde 350 patiënten en de VMP-groep 356. De mediane follow-up op het moment van de nu gepubliceerde analyse was 86,7 maanden. De mediane overall survival was 83,0 maanden met D-VMP versus 53,6 maanden met VMP (HR 0,65; p<0,0001). De meest-gerapporteerde graad 3 of 4 treatment-emergent adverse events waren neutropenie (40% met D-VMP versus 39% met VMP), trombocytopenie (35% versus 38%), en anemie (18% versus 20%); ernstige TEAEs werden gerapporteerd voor 21% versus 16%; graad 5 TEAEs werden gerapporteerd voor vijf versus drie patiënten.

De onderzoekers concluderen dat met meer dan zeven jaar follow-up, toevoegen van daratumumab aan VMP resulteerde in aanhoudend klinisch profijt onder niet voor transplantatie in aanmerking komende patiënten met NDMM.

1.Mateos M-V, San-Miguel J, Cavo M et al. Bortezomib, melphalan, and prednisone with or without daratumumab in transplant-ineligible patients with newly diagnosed multiple myeloma (ALCYONE): final analysis of an open-label, randomised, multicentre, phase 3 trial. Lancet Oncol 2025-00018-X

Summary: Final analysis of the multinational phase 3 ALCYONE trial showed that among transplant-ineligible NDMM patients with more than 7 years of follow-up, addition of daratumumab to VMP resulted in continuing clinical benefits.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Gebruik van een polygene risicoscore in screening op prostaatcarcinoom (0)
2025-04-10 13:30   ( Nieuws )
Tags:  BARCODE1 trial prostate cancer screening PRS
Prof. Rosalind EelesDe incidentie van prostaatcarcinoom (PrC) neemt toe. PrC-screening met een PSA-assay resulteert in een hoog percentage vals-positieve uitkomsten. Genoombrede associatiestudies hebben veel-voorkomende kiemlijnvarianten in PrC-patiënten geïdentificeerd, die kunnen worden gebruikt voor het berekenen van een polygene PrC-risicoscore. De multicenter BARCODE1-studie in het Verenigd Koninkrijk heeft gebruik van een polygene PrC-risicoscore in PrC-screening geëvalueerd. Prof. Rosalind Eeles (Institute of Cancer Research, Londen) en collega’s publiceren de studie in The New England Journal of Medicine.1

De risicoscore is gebaseerd op 130 met PrC samenhangende varianten in uit speeksel geëxtraheerd kiemlijn DNA. De onderzoekers nodigden 40.292 patiënten van huisartsenpraktijken uit om deel te nemen; onder wie 6393 deelnamen en hun risicoscoren lieten berekenen. Onder deze deelnemers hadden 745 (11,7%) een risicoscore in het 90e percentiel of hoger. Van deze 745 deelnemers ondergingen 468 (62,8%) MRI en prostaatbiopsie, resulterend in detectie van PrC in 187 deelnemers (40,0%). De mediane leeftijd bij diagnose was 64 jaar (range 57-73). Onder deze 187 deelnemers hadden 103 (55,1%) intermediair- of hoger risico ziekte zodat behandeling geïndiceerd was; aan de hand van hoog PSA en positieve MRI-resultaten zou de ziekte niet zijn gedetecteerd in 74 van deze deelnemers (71,8%).

De onderzoekers concluderen dat gebruik van een polygene risicoscore met als drempelwaarde het hoogste deciel in een PrC-screeningsprogramma resulteerde in detectie van klinisch relevante ziekte in een hoger percentage van de deelnemers dan gebruik van PSA of MRI.

1.Hugh JK, Bancroft EK, Saunders E et al. Assessment of a polygenic risk score in screening for prostate cancer. N Engl J Med 2025;392:1406-1417

Summary: The multicenter BARCODE1 trial in the UK found that in a prostate cancer screening program involving participants in the top decile of risk as determined by a polygenic risk score, the percentage found to have clinically significant disease was higher than the percentage that would have been identified with the use of PSA or MRI.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Symptomatische necrose met duale immuuncheckpointremming en radiochirurgie voor hersenmetastasen (0)
2025-04-10 12:00   ( Nieuws )
Tags:  dual ICI and radiosurgery for BMs symptomatic necrosis
Dr. Zachary ReitmanDuale immuuncheckpointremming (ICI) heeft geresulteerd in significante verbetering van overleving van patiënten met gevorderd melanoom en niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC) en wordt vaak gecombineerd met radiochirurgie voor de behandeling van hersenmetastasen (BMs). Radionecrose, een late vorm van hersenschade na radiochirurgie, is een ernstig neuro-oncologisch probleem met significante morbiditeit en mortaliteit. Een cohortstudie van Duke Cancer Institute (Durham NC) heeft de associatie van concurrente duale ICI en radiochirurgie voor BMs van melanoom of NSCLC met symptomatische radionecrose geïnventariseerd. Dr. Zachary Reitman en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

Tussen januari 2014 en augustus 2022 werden in het instituut 288 patiënten (47% vrouwen, mediane leeftijd 64 jaar; IQR 56-71) met BMs van melanoom of NSCLC behandeld met radiochirurgie. Er waren 82 patiënten (28%) die concurrent duale ICI kregen (vanaf vier weken voor de start tot vier weken na voltooiing van de radiochirurgie), 129 patiënten (45%) die enkele ICI kregen, en 77 patiënten (27%) die geen ICI kregen. Na mediaan 58,8 maanden follow-up, vanaf voltooiing van de radiochirurgie was symptomatische radionecrose vastgesteld in 51 patiënten (18%). Na correctie voor andere patiënt- en behandeling-gerelateerde factoren was alleen duale ICI geassocieerd met verhoogd risico van symptomatische radionecrose (HR 2,4; p=0.01). De 24-maands cumulatieve incidentie van symptomatische radionecrose was 21,8% na duale ICI, 13,5% na enkele ICI, en 13,7% na geen ICI. De overleving van patiënten met radionecrose binnen een jaar na de radiochirurgie was significant slechter vergeleken met die van patiënten zonder radionecrose (mediaan 6,9 versus 46,0 maanden; p<0,001).

De onderzoekers concluderen dat concurrente duale ICI, vergeleken met enkele of geen ICI, met radiochirurgie voor BMs van melanoom of NSCLC geassocieerd was met significant verhoogd risico van radionecrose.

1.Valois EK, Shenker RF, Hendrickson PG et al. Symptomatic necrosis with dual immune-checkpoint inhibition and radiosurgery for brain metastases. JAMA Network Open 2025;8:e254347

Summary: A cohort studyat Duke Cancer Institute (Durham, NC) found that dual immune checkpoint inhibition concurrent with radiosurgery for BMs from melanoma or NSCLC was associated with increased risk for symptomatic radionecrosis.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 2-studie van eerstelijns bevacizumab plus tislelizumab en nab-paclitaxel voor metastatisch triple-negatief mammacarcinoom (0)
2025-04-09 15:00   ( Nieuws )
Tags:  BETINA trial mTNBC
Prof. Yanxia ShiEr is geen duidelijkheid over de optimale eerstelijns behandeling voor metastatisch triple-negatief mammacarcinoom (mTNBC). De fase 2-studie BETINA van Sun Yat-sen University Cancer Center (SYSUCC; Guangzhou, China) heeft de combinatie van anti-angiogeen bevacizumab, anti-PD1 tislelizumab, en nab-paclitaxel chemotherapie voor niet-eerder behandeld mTNBC geëvalueerd. Prof. Yanxia Shi en collega’s publiceren de studie in het Journal for ImmunoTherapy of Cancer.1

BETINA includeerde 30 vrouwen met niet-eerder behandeld mTNBC, die drie-weekse cycli kregen van tislelizumab 200 mg en bevacizumab 7,5 of 15 mg/kg op dag één, en nab-paclitaxel 125 mg/m2 op dagen één en acht. Onder de patiënten die bevacizumab 15 mg/kg kregen (n=9) was het percentage met hypertensie significant hoger dan onder de patiënten die bevacizumab 7,5 mg/kg kregen (55,5% versus 0) waarna nog 12 patiënten werden geïncludeerd die 7,5 mg/kg kregen. De figuur toont de werkzaamheidsuitkomsten. Het primaire eindpunt van de studie was objective response rate. De ORR bedroeg 73,3% met ziektecontrole in 90,0%. De mediane progressievrije overleving en overall survival waren 6,0 maanden respectievelijk 19,8 maanden. Er waren geen nieuwe veiligheidssignalen.

De onderzoekers concluderen dat BETINA veelbelovende werkzaamheid en gunstige tolerabiliteit heeft laten zien van de combinatie van bevacizumab, tislelizumab, en nab-paclitaxel voor niet-eerder behandeld mTNBC.

1.Chen M, Huang R, Rong Q et al. Bevacizumab, tislelizumab and nab-paclitaxel for previously untreated metastatic triple-negative breast cancer: a phase II trial. J ImmonuTher Cancer (2025) 2024-011314

Summary: The phase 2 BETINA trial, at Sun Yat-sen University Cancer Center (Guangzhou, China) found promising efficacy and favorable tolerability of the combination of bevacizumab, tislelizumab, and nab-paclitaxel for previously untreated mTNBC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Placebo-gecontroleerde studie van regorafenib-onderhoud na eerstelijns chemotherapie voor gevorderd NASTS (0)
2025-04-09 13:30   ( Nieuws )
Tags:  EREMISS trial non-adipocytic soft tissue sarcoma
Prof. Nicolas PenelEr is geen goedgekeurde onderhoudstherapie voor gevorderd niet-adipocytisch wekedelensarcoom (aNASTS). De fase 2-studie EREMISS, in zeventien centra in Frankrijk, heeft regorafenib onderhoudstherapie voor aNASTS geëvalueerd. Prof. Nicolas Penel (Universiteit van Lille) en collega’s publiceren de studie in Annals of Oncology.1

De studie includeerde 126 aNASTS-patiënten (mediane leeftijd 58 jaar; range 18-85; 55% vrouwen) die na zes cycli eerstelijns doxorubicine-gebaseerde chemotherapie partiëlte respons of stabiele ziekte hadden. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar regorafenib (120 mg/d gedurende de eerste drie weken van vier-weekse cycli) of placebo. Het primaire eindpunt was progressievrije overleving. Onder de 122 evalueerbare patiënten was de mediane PFS 5,6 maanden met regorafenib versus 3,5 maanden met placebo (HR 0,53; p=0,001). Graad 3 of hoger adverse events werden gezien in 56,3% van de patiënten in de regorafenibgroep en 4,8% van de patiënten in de placebogroep.

De onderzoekers concluderen dat onder patiënten met stabiele ziekte of partiële respons na eerstelijns chemotherapie voor aNASTS, regorafenib onderhoudstherapie resulteerde in significante verlenging van de PFS.

1.Penel N, Italiano A, Wallet J et al. Regorafenib as maintenance therapy after first-line doxorubicin-based chemotherapy in advanced non-adipocytic soft tissue sarcoma patients: a double-blind randomised trial. Ann Oncol 2025.03.024

Summary: The multicenter placebo-controlled EREMISS trial in France found that regorafenib maintenance after first-line chemotherapy significantly prolonged progression-free survival among patients with advanced non-adipocytic soft tissue sarcoma.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)