Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Nieuws

Retrospectieve studie van risico van tweede maligniteit onder patiënten met Erdheim-Chester ziekte (0)
2025-02-28 14:30   ( Nieuws )
Tags:  ECD risk of second cancer
Prof. Augusto VaglioErdheim-Chester ziekte (ECD) is een klonaal-inflammatoire aandoening die wordt gedreven door veranderingen in genen van de MAPK-route. Een retrospectieve studie in twee histiocytosecentra in Frankrijk en Italië heeft het risico van tweede maligniteiten onder patiënten met ECD geïnventariseerd. Prof. Augusto Vaglio (Universiteit van Florence) en colleag’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1

Tussen begin 2000 en eind 2023 werden in de twee centra 515 ECD-patiënten gezien. In 146 van deze patiënten werden maligniteiten gezien: hematologische maligniteiten in 73 patiënten (14%) en solide maligniteiten in 87 patiënten (17%); 14 patiënten (3%) hadden zowel hematologische als solide maligniteiten. In 63 patiënten (43%) werd de diagnose van een andere maligniteit eerder gesteld dan de ECD-diagnose, terwijl in 83 patiënten (57%) de tweede maligniteit gelijktijdig met of na de ECD-diagnose gedetecteerd werd. Vergeleken met ECD-patiënten zonder geasssocieerde maligniteit waren patiënten met tweede maligniteiten op het moment van ECD-diagnose ouder, ze waren meer frequent mannen, en ze hadden een hogere frequentie van cardiovasculaire risicofactoren. Onder maligniteiten die werden gedetecteerd na de ECD-diagnose bereikte de incidentie van hematologische maligniteiten een plateau na tien jaar, terwijl de incidentie van solide maligniteiten toe bleef nemen. De overall waarschijnlijkheid van tweede maligniteiten onder ECD-patiënten bedroeg 36% na twintig jaar. Vergeleken met de algemene Franse bevolking was het risico van een tweede maligniteit onder de ECD-patiënten bijna vijfmaal hoger (SIR 4,84; 95%-bti 4,11-5,62).

De onderzoekers concluderen dat de studie een associatie heeft laten zien tussen ECD en het risico van een tweede maligniteit.

1.Pegorano F, Peyronel F, Errahmani M-Y et al. Risk of second cancer in Erdheim-Chester disease. JAMA Oncol 2025; epub ahead of print

Summary: A retrospective study in France and Italy found an association between Erdheim-Chester disease and an increased risk of a second cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve studie van adherentie aan follow-up richtlijn na behandeling voor stadium II en III CRC in Nederland (0)
2025-02-28 13:00   ( Nieuws )
Tags:  stage II and III CRC follow-up adherence
Tara BouteNa behandeling voor colorectaalcarcinoom (CRC) ondergaan patiënten vijf jaar follow-up met CEA-testen, imaging, en coloscopie. Een retrospectieve cohortstudie in Nederland evalueerde adherentie aan de CRC follow-up richtlijn tot 2021 en de associatie van deze adherentie met curatieve-intentie behandeling van recidief. PhD-student Tara Boute (Amsterdam UMC) en collega’s publiceren de studie in Cancer Medicine.1

De studie includeerde 430 stadium II of III CRC-patiënten met recidiverende ziekte binnen drie jaar na de diagnose. De figuur laat zien dat onder deze patiënten 18,3% minder CEA-testen hadden ondergaan dan was aanbevolen; 41,3% minder imaging; 56,1% minder coloscopiën, met lager dan aanbevolen adherentie voor de drie modaliteiten tezamen in 71,9% van de patiënten. Factoren die geassocieerd waren met minder follow-up momenten waren locatie van de tumor, leeftijd, comorbiditeiten, tumordifferentiatie, en gebruik van adjuvante chemotherapie. Patiënten die minder dan aanbevolen CEA-testen hadden ondergaan hadden hoger risico van symptoom-gedetecteerd recidief (OR 4,8; 95%-bti 2,9-8,1) en een lagere waarschijnlijkheid van curatieve-intentie behandeling (0,5; 0,3-0,9). Ontvangst van minder dan aanbevolen imaging en coloscopieën was niet significant geassocieerd met curatieve-intentie behandeling.

De onderzoekers concluderen dat de studie inzicht levert in adherentie van follow-up na behandeling voor stadium II of III CRC in Nederland.

1.Boute TC, van Eekelen R, Elferink MAG et al. Follow-up adherence after treatment with curative intent for stage II and III colorectal cancer patients. Cancer Medicine 2025.4.70667

Summary: A retrospective cohort study in The Netherlands investigated follow-up adherence after treatment with curative intent for stage II and stage III colorectal cancer.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Retrospectieve analyse van associatie van geschiedenis van 5-ARI gebruik met werkzaamheid van ICIs voor mRCC (0)
2025-02-27 16:00   ( Nieuws )
Tags:  mRCC ICIs 5-ARIs
Prof. Peng WuImmuuncheckpointremmers (ICIs) hebben de uitkomsten van patiënten met metastatisch niercelcarcinoom (mRCC) verbeterd, maar de responsen zijn heterogeen, en er zijn geen betrouwbare predictieve biomarkers. Er zijn aanwijzingen dat de androgeenreceptor (AR)-signalering een rol speelt in de regulering van CD8+ T-celfunctie, hetgeen zou kunnen betekenen dat 5α-reductaseremmers (5-ARIs), die de androgeenactiviteit verlagen, de antitumoractivieit kunnen versterken. Een multicenter retrospectieve studie in China heeft de impact van tenminte 12 maanden gebruik van 5-ARIs op werkzaamheid van ICIs voor mRCC geïnventariseerd. Prof. Peng Wu (Southern Medical University, Guangzhou) en collega’s publiceren de studie in het Journal for ImmunoTherapy of Cancer.1

De studie includeerde 185 patiënten die ICIs kregen voor mRCC, onder wie 108 geen 5-ARIs gebruikten en 78 tenminste twaalf maanden voor de start van de ICIs met gebruik van 5-ARIs waren begonnen. De 5-ARI groep had betere respons op ICIs (objective response rate 59,8% versus 39,8%; p=0,0075) en numeriek betere disease control rate (87,0% versus 78,7%; p=0,1747). De figuur laat zien dat progressievrije overleving en overall survival significant beter waren in de 5-ARI groep dan in de controlegroep.

De onderzoekers concluderen dat deze retrospectieve studie suggereert dat geschiedenis van gebruik van 5-ARIs geassocieerd was met versterkte activiteit van ICIs voor mRCC.

1.Cheng B, Wu J, Chen K et al. Association of 5α-reductase inhibitor prescription with immunotherapy efficacy in metastatic renal cell carcinoma: a multicenter retrospective analysis. J ImmunoTher Cancer (2025) 2024-011154

Summary: A multicenter retrospective study in China found that among patients with metastatic renal cell carcinoma, a history of 5-ARI use was associated with improved responses to ICI therapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Rasgebonden verschillen in ctDNA-profielen, gebruik van gerichte therapie, en uitkomsten in metastatisch mammacarcinoom (0)
2025-02-27 14:30   ( Nieuws )
Tags:  mBC racial differences
Dr. Andrew DavisZwarte patiënten met metastatisch mammacarcinoom (mBC) hebben hogere mortaliteitspercentages dan blanke patiënten. Een retrospectieve cohortstudie in drie centra in de Verenigde Staten heeft genomische verschillen tussen zwarte blanke mBC-patiënten geïnventariseerd en onderzocht of er dispariteiten zijn in gebruik van gerichte therapie tussen deze groepen. Dr. Andrew Davis (Washington University in St Louis, MO) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1


De studie includeerde 1327 vrouwelijke mBC-patiënten (gemiddelde leeftijd 58,0 ± 12,8 jaar) die tussen begin 2015 en eind 2023 ctDNA genomische profilering ondergingen bij Washington University (n=474), Massachusetts General Hospital (Boston; n= 412), en Norhtwestern University, Chicago IL; n=441). Zwarte patiënten hadden significant hoger percentage van GATA3 single-nucleotide variants (OR 2,31; p=0,02) en CCND2 copy number variants (OR 4,63; p=0,002) dan blanke patiënten. Deze verschillen werden gevalideerd in een bevolkings-gebaseerd cohort van mBC-patiënten (3774 zwart; 23.450 blank). Onder patiënten met PIK3CA SNVs was gebruik van PI3K-remmers significant minder frequent onder zwarte patiënten (1 van 17; 5,9%) dan onder blanke patiënten (45 van 156; 28,8%; p=0,04) terwijl er geen significant verschil was tussen beide groepen in gebruik van CDK4/6-remmers en mTOR-remmers. Zwarte patiënten hadden kortere overall survival vanaf het moment van ctDNA-testen dan blanke patiënten (mediaan 22,0 versus 29,0 maanden; p=5,8 x 10-22).

De onderzoekers concluderen dat de studie somatische verschillen, verschillen in OS, en dispariteiten in gebruik van PI3K-remmers tussen zwarte en blanke mBC-patiënten heeft laten zien, ondanks vergelijkbare incidentie van PIK3CA-veranderingen.

1.Podany EL, Foffano L, Garratana L et al. Racial differences in ctDNA profiles, targeted therapy use, and outcomes in metastatic breast cancer. JAMA Network Open 2025;8:e2461899

Summary: A retrospective cohort study at three centers in the US, with validation in a population-based cohort, found somatic differences, shorter overall survival, and targeted treatment disparities in PI3K inhibitor use in Black compared with White mBC patients, despite equal incidence of PIK3CA alterations.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Fase 3-studie van toevoegen van cladribine aan idarubicine-cytarabine inductieregime voor de novo AML (0)
2025-02-27 12:58   ( Nieuws )
Tags:  acute myeloid leukemia IAC versus IA induction
Er is geen duidelijkheid over het optimale inductieregime voor nieuw-gediagnostiseerde acute myeloïde leukemie (AML). Een multicenter fase 3-studie in Chinaheeft toevoeging van cladribine aan inductie met idarubicine en cytarabine geëvalueerd. Prof. Depei Wu (eerste geaffilieerde ziekenhuis van Soochow Universiteit, Suzhoo) en collega’s publiceren de studie in Clinical Cancer Research.1

De studie includeerde 618 patiënten met de novo AML, die 1:2 werden gerandomiseerd naar inductie met idarubicine-cytarabine (IA) of IA plus cladribine (IAC). Het primaire eindpunt was percentage patiënten met complete remissie (CR) na inductie. Dit percentage was 80,5% in de IAC-groep en 72,4% in de IA-groep (p=0,029). Het profijt van IAC boven IA werd vooral gezien in patiënten met ongunstig risico (CR in 69,8% versus 49,1%; p=0,008). De twee-jaars overall survival percentages waren 81,3% in de IAC-groep en 70,0% in de IA-groep (p=0,011); onder de patiënten met ongunstig risico: 80,1% versus 58,1% (p=0,014). Er waren geen verschillen in toxiciteiten tussen beide groepen.

De onderzoekers concluderen dat toevoegen van cladribine aan IA-inductie voor de novo AMLveilig en effectief was.

1.Zhang X, Han Y, Qiu H et al. Cladribine added to idarubicin and cytarabine as an induction regimen for patients with de novo acute myeloid leukemia: a multicenter, randomized phase III trial. Clin Cancer Res 2025; epub ahead of print

Summary: A multicenter phase 3 trial in China found that addition of cladribine to idarubicin-cytarabine induction for de novo AML was effective and safe.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Uitkomsten na complete respons van levercelcarcinoom op immuuntherapie (0)
2025-02-26 16:00   ( Nieuws )
Tags:  HCC outcomes after complete response to immunotherapy
Dr. David HsiehImmuuntherapie is de geprefereerde eerstelijns behandeling voor de meeste patiënten met levercelcarcinoom, maar slechts een kleine subset van de patiënten heeft complete respons (afwezigheid van radiografisch detecteerbare ziekte). Een post hoc analyse van IMbrave150 (279 patiënten in zeventien landen, eerstelijns atezolizumab plus bevacizumab) en een niet-eerder gepubliceerde tricenterstudie (194 patiënten in twee landen, eerstelijns atezolizumb plus bevacizumab, durvalumab met of zonder tremelimumab, pembrolizumab, of nivolumab) heeft uitkomsten na complete respons op eerstelijns immuuntherapie voor gevorderd levercelcarcinoom (aHCC). Dr. David Hsieh (University of Texas Southwestern Medical Center, Dallas) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Network Open.1

Onder de patiënten in IMbrave150 had 13,2% complete respons op eerstelijns immuuntherapie, en onder de patiënten in de tricenterstudie 8,7%. De figuur laat zien dat de completeresponders betere progressievrije overleving en overall survival hadden dan patiënten met partiële respons, stabiele ziekte, of progressieve ziekte. Onder de completeresponders die de behandeling na mediaan 24 maanden discontinueerden was recidief van de ziekte zeldzaam. Completeresponders hadden ook hogere expressie van PD-L1 en lagere niveaus van circulerend tumor DNA.

De onderzoekers concluderen dat patiënten met complete respons van aHCC op eerstelijns immuuntherapie lange overleving en duurzame ziektecontrole hadden, ook na discontinuering van de behandeling. Deze patiënten zouden een afzonderlijke patiëntenpopulatie kunnen zijn.

1.Lim M, Espinoza M, Huang Y-H et al. Complete response to immunotherapy in patients with hepatocellular carcinoma. JAMA Network Open 2025:8:e2461735

Summary: Post hoc analysis of IMbrave150 combined with data from a tricenter cohort found that among patients receiving first-line immunotherapy for advanced hepatocellular carcinoma, patients with complete response (13.2% in IMbrave150 and 8.7% in the tricenter cohort) had prolonged survival and durable disease control even after discontinuation of therapy.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Prospectieve cohortstudie van late bijwerkingen na CAR T-celtherapie voor agressief B-cel non-Hodgkin lymfoom (0)
2025-02-26 14:30   ( Nieuws )
Tags:  R R LBCL CAR T-cell therapy late adverse events
Dr. Antònia AgustiAcute ongunstige bijwerkingen (AEs) na CAR T-celtherapie zijn goed gedocumenteerd, maar er is minder informatie beschikbaar over lange-termijn toxiciteiten. Een prospectieve cohortstudie in zes centra in Spanje heeft voorkomen van late AEs na behandeling met commercieel-beschikbare CD19-gerichte CAR T-cellen onder volwassen patiënten met recidiverend of refractair grootcellig B-cel lymfoom (R/R LBCL) geïnventariseerd. Dr. Antònia Agusti (Universiteitsziekenhuis Vall d’Hebron, Barcelona) en collega’s publiceren de studie in JAMA Network Open.1

De studie includeerde 172 patiënten (gemiddelde leeftijd 58,5 ± 13,7 jaar; 58,7% mannen) die CD19-gerichte CAR T-celtherapie kregen voor R/R LBCL en tenminste drie maanden na de infusie overleefden zonder volgende anti-lymfoomtherapie. De patiënten werden vanaf de derde maand tot twee jaar na de infusie gevolgd, of tot begin van volgende anti-lymfoomtherapie, of tot overlijden of loss to follow-up. Onder deze patiënten waren er 135 (78,5%) met tenminste één late any grade AE. De incidentie van infectieuze episoden bleef stabiel tijdens de follow-up, terwijl de incidentie van cytopenie afnam vanaf zes maanden na de infusie. Alle zeven gevallen van nonrelapse-gerelateerde mortaliteit waren te wijten aan infecties (COVID-19 pneumonie in drie patiënten en sepsis of bacteriële pneumonie in vier patiënten). Vijf secundaire neoplasmen werden gerapporteerd voor vier patiënten (2,3%), met geen gevallen van T-cel maligne neoplasmen.

De onderzoekers concluderen dat deze resultaten suggereren dat CAR T-celtherapie een gunstig laat veiligheidsprofiel heeft; continue follow-up van patiënten blijft geboden omdat ernstige AEs jaren na infusie zouden kunnen voorkomen.

1.Camacho Arteaga L, Iacoboni G, Kwon M et al. Late adverse events after chimeric antigen receptor T-cell therapy for patients with aggressive B-cell non-hodgkin lymphoma. JAMA Network Open 2025;8:e2461683

Summary: A multicenter prospective cohort study in Spain found that CAR T-cell therapy for R/R LBCL has a favorable safety profile.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Multicenter fase 2-studie van trastuzumab rezetecan voor gevorderd HER2-gemuteerd niet-kleincellig longcarcinoom (0)
2025-02-26 13:00   ( Nieuws )
Tags:  HORIZON-Lung HER2-mutant aNSCLC trastuzumab rezetecan
Prof. Shun LuTrastuzumab rezetecan (ook bekend als SHR-A1811) is een nieuw antibody-drug conjugate dat bestaat uit een HER2-gericht antilichaam, een kliefbare tetrapeptide-gebaseerde linker, en een DNA topoisomerase I remmer. De fase 1-2 studie HORIZON-Lung, in 35 centra in China, evalueerde trastuzumab rezetecan onder patiënten met HER2-gemuteerd gevorderd niet-kleincellig longcarcinoom. Fase 1 liet voorlopige antitumoractiviteit en een gunstig veiligheidsprofiel van trastuzumab rezetecan zien. Prof. Shun Lu (Shanghai Jiao Tong Universiteit) en collega’s publiceren nu fase 2-resultaten van de studie in The Lancet Oncology.1

De studie includeerde patiënten in de leeftijd van 18 tot en met 75 jaar met lokaal-gevorderd of metastatisch NSCLC met een activerende HER2-mutatie en een ECOG performance status 0 of 1, met progressie na (of intolerantie voor) platina-gebaseerde chemotherapie en anti-PD-(L)1 behandeling. De patiënten kregen intraveneus trastuzumab rezetecan 4,8 mg/kg iedere drie weken. Het primaire eindpunt was onafhankelijk centraal beoordeelde objective response rate.

Fase 2 includeerde 94 patiënten (55% vrouwen) die trastuzumab rezetecan kregen. De mediane duur van follow-up was 8,7 maanden (IQR 7,0-10,4). Bevestigde objectieve respons werd gezien in 69 patiënten (73%; 95%-bti 63,3-82,0). De meest-gerapporteerde graad 3 of 4 treatment-related adverse events waren afname van het neutrofielengetal (40% van de patiënten), afname van het leukocytengetal (27%), anemie (23%), afname van het trombocytengetal (11%), en afname van het lymfocytengetal (7%). Er waren geen graad 5 TRAEs.

De onderzoekers concluderen dat trastuzumab rezetecan klinisch relevante activiteit en manageable veiligheid had onder patiënten met eerder-behandeld HER2-gemuteerd gevorderd NSCLC.

1.Li Z, Wang Y, Sun Y et al. Trastuzumab rezetecan, a HER2-directed antibody-drug conjugate, in patients with advanced HER2-mutant non-small cell lung cancer (HORIZON-Lung): phase 2 results from a multicentre, single-arm study. Lancet Oncol 2025-00012-9

Summary: Phase 2 results of the multicenter phase 1-2 HORIZON-Lung trial in China showed clinically meaningful activity and manageable safety of trastuzumab rezetecan among patients with previously treated HER2-mutant advanced NSCLC.


  Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)