Prof. Robert
Coleman (University of Sheffield) en zijn collega’s van de Early Breast Cancer
Trialists’ Collaborative Group hebben een meta-analyse uitgevoerd van individuele
patiënt-gegevens van 26 gerandomiseerde studies van bisfosfonaten versus geen
bisfosfonaten in de adjuvante behandeling van mammacarcinoom. De uitkomsten van de meta-analyse zijn online gepubliceerd in The Lancet.1 De studies hadden tezamen 18.766
deelneemsters; van wie 97% in studies van twee tot vijf jaars bisfosfonaten. De
mediane follow-up was 5,6 jaar; er waren 3453 eerste recidieven, waarna 2106 deelneemsters
overleden.
Bisfosfonaatbehandeling
resulteerde slechts in marginale vermindering van recidief (RR 0,94; 95%-bti
0,87-1,01), recidief op afstand (RR 0,92; 95%-bti 0,85-0,99) en
mammacarcinoom-specifieke mortaliteit (RR 0,91; 95%-bti 0,83-0,99). Er was wel
een sterke reductie van recidief in het bot (RR 0,83; 95%-bti 0,73-0,94). Onder
premenopauzale vrouwen was er geen effect van bisfosfonaat op enige uitkomst,
maar onder de 11.767 postmenopauzale deelneemsters waren er significante
effecten op redicidief (RR 0,86; 95%-bti 0,78-0,94), recidief op afstand (RR
0,82; 95%-bti 0,74-0,92); botrecidief (RR 0,72; 95%-bti 0,60-0,86), en
mammacarcinoom-specifieke mortaliteit (RR 0,82; 95%-bti 0,73-0,93).
De
onderzoekers concluderen dat adjuvant bisfosfonaat resulteert in vermindering
van recidief in het bot en betere overleving in vrouwen die postmenopauzaal
zijn bij aanvang van de behandeling.
1.EBCTCG. Adjuvant bisphosphonate treatment in
early breast cancer: meta-analyses of individual patient data form randomised
trials. Lancet 2015; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)