
Bisfosfonaatbehandeling resulteerde slechts in marginale vermindering van recidief (RR 0,94; 95%-bti 0,87-1,01), recidief op afstand (RR 0,92; 95%-bti 0,85-0,99) en mammacarcinoom-specifieke mortaliteit (RR 0,91; 95%-bti 0,83-0,99). Er was wel een sterke reductie van recidief in het bot (RR 0,83; 95%-bti 0,73-0,94). Onder premenopauzale vrouwen was er geen effect van bisfosfonaat op enige uitkomst, maar onder de 11.767 postmenopauzale deelneemsters waren er significante effecten op redicidief (RR 0,86; 95%-bti 0,78-0,94), recidief op afstand (RR 0,82; 95%-bti 0,74-0,92); botrecidief (RR 0,72; 95%-bti 0,60-0,86), en mammacarcinoom-specifieke mortaliteit (RR 0,82; 95%-bti 0,73-0,93).
De onderzoekers concluderen dat adjuvant bisfosfonaat resulteert in vermindering van recidief in het bot en betere overleving in vrouwen die postmenopauzaal zijn bij aanvang van de behandeling.
1.EBCTCG. Adjuvant bisphosphonate treatment in early breast cancer: meta-analyses of individual patient data form randomised trials. Lancet 2015; epub ahead of print