
Van de patiënten die chemoradiotherapie kregen had 62% een behandelingsgerelateerde toxiciteit; van de patiënten die alleen radiotherapie kregen had 46% een behandelingsgerelateerde toxiciteit. Na controle voor demografische en ziektekenmerken hadden patiënten die chemoradiotherapie kregen een tweemaal zo groot risico van behandelingsgerelateerde toxiciteit als patiënten die alleen radiotherapie kregen. Gedurende of na de behandeling moest 55% van de chemoradiotherapie-patiënten via een sonde gevoed worden, versus 28% van de radiotherapie-patiënten.
De onderzoekers stellen dat voor sommige oudere patiënten de voordelen van het toevoegen van chemotherapie aan de radiotherapie niet opwegen tegen de nadelen.
1.O’Neill CB, Baxi SS, Atoria CL et al. Treatment-related toxicities in older adults with head and neck cancer: A population-based analysis. Cancer 2015; epub ahead of print