Dr. Alayew
Tefferi (Mayo Clinic, Rochester MN) en collega’s publiceren online in het American Journal of Hematology een studie van risicofactoren, overleving en behandelingsuitkomst van
blastentransformatie (BT) in chronische myelomonocytische leukemie (CMML).1
De onderzoekers volgden 274 CMML-patiënten gedurende mediaan 17,1
maanden. Tijdens de follow-up trad BT op in 36 patiënten (13%). Risicofactoren
voor BT waren in multivariate analyse aanwezigheid van circulerende blasten (HR
5,7; 95%-bti 2,8-11,9) en vrouwelijk geslacht (HR 2,6; 95%-bti 1,3-5,1). Tussen
het tijdstip van CMML-diagnose en BT waren er geen significante verschillen in
mutatiefrequenties in ASCL1/SRSF2/SF3B1/U2AF1/SETBP1.
De mediane
overleving na BT was 4,7 maanden; de vijf-jaars overleving was 6%. De mediane
overleving na BT was beter met alloSCT (14,3 maanden, versus 4,3 maanden met
chemotherapie versus 0,9 maanden voor supportive
care). Karyotype en mutatiestatus waren niet onafhankelijk geassocieerd met
het BT-risico of de overleving na BT.
De
onderzoekers concluderen dat vrouwelijke patiënten met CMML en patiënten met
circulerende blasten een verhoogd BT-risico hebben. De post-BT overleving is
slecht. AlloSCT voor BT optreedt dient overwogen te worden.
1.Patnaik MM, Wassie EA, Lasho TL et al. Blast
transformation in chronic myelomoncytic leukemia: risk factors, genetic
features, survival and treatment outcome. Am J Hematol 2015; epub ahead of
print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)